Preview document (🔗 origineel)

---

Datum

5 januari 2009

Onderwerp

Beantwoording Kamervragen van de leden Van der Ham (D66), Van Velzen
(SP), Azough (GroenLinks) en Bouwmeester (PvdA) over het op handen
zijnde paddoverbod.



In antwoord op uw brief van 18 november 2008, deel ik u mee, mede namens
de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dat de schriftelijke
vragen van de leden Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Azough
(GroenLinks) en Bouwmeester (PvdA) van uw Kamer over het op handen
zijnde paddoverbod (ingezonden 17 november 2008) worden beantwoord zoals
aangegeven in de bijlage bij deze brief.



De Minister van Justitie,

	

Antwoorden van de Minister van Justitie op vragen van de leden Van der
Ham (D66), Van Velzen (SP), Azough (GroenLinks) en Bouwmeester (PvdA)
over het op handen zijnde paddoverbod (ingezonden 17 november 2008; nr.
2080905380).

__________________________________________________________

Vraag 1

Wat is uw reactie op het onderzoek van Advocaat Adèle van der Plas dat
niets vermoedende burgers strafrechtelijke vervolging riskeren als
gevolg van het paddoverbod dat per 1 december 2008 wordt ingevoerd? 

Antwoord

Op grond van artikel 3 van de Opiumwet is het verboden de op lijst II
opgenomen middelen aanwezig te hebben. Deze verbodsbepaling heeft bewust
een ruime reikwijdte. Echter, strafrechtelijk optreden tegen het van
nature aanwezig zijn van in de lijst genoemde soorten paddenstoelen, dat
wil zeggen zonder dat sprake is van doelbewuste menselijke beïnvloeding
anders dan reguliere algemeen aanvaarde beheersactiviteiten zoals
natuurbeheer, landschapsbeheer of tuinonderhoud, wordt daarmee niet
beoogd. 

Vraag 2

Deelt u de mening dat dit een uitvloeisel is van de onuitvoerbaarheid
van het door u voorgestelde verbod?

Antwoord  

Nee. Ik acht de regeling goed uitvoerbaar. 

Vraag 3

Bent u bereid het paddoverbod niet op 1 december 2008 in te laten gaan,
maar eerst de uitvoerbaarheid nogmaals te bezien?

Antwoord.

Het verbod is op 1 december 2008 van kracht geworden (Stb. 2008 486). Er
is geen reden om te twijfelen aan de uitvoerbaarheid.

Ik verwijs u tevens naar een brief van mijn ambtgenoten van het
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Ministerie
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en mijzelf die u een dezer dagen
zal bereiken.

  IF   REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT     = " " "

" "

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT  Test  

"   

 

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Datum

5 januari 2009

Ons kenmerk

  REF dvRefGegevensOnsKenmerk \* MERGEFORMAT  5578660/08 

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT    	Pagina   PAGE \*
MERGEFORMAT  2  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  2  



Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.justitie.nl

Ons kenmerk

5578660/08

Uw kenmerk

2080905380

Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden.

Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.

 	  IF   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  2 > 1"Pagina   PAGE \* MERGEFORMAT
 1  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  2  " " "  Pagina 1 van 2   



> Retouradres Postbus 20301 2500 EH  Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500  EA  DEN HAAG