[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Azough en Sap over de diplomawaardering van artsen die hun diploma buiten de Europese Economische ruimte hebben behaald

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D00704, datum: 2009-01-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2008Z08668:

Preview document (šŸ”— origineel)


> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ  Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG

Datum  12 januari 2008

Betreft	Kamervragen

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Azough en
Sap

(beiden Groen Links) over de diplomawaardering van artsen die hun
diploma buiten de Europese Economische ruimte  hebben  behaald. (
2080907180 )

 

Hoogachtend,

de Minister van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

dr. A. Klink

Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Azough en Sap

(beiden Groen Links) over de diplomawaardering van artsen die hun
diploma buiten de Europese Economsche ruimte  hebben behaald.
(2080907180)

1

Kent u het bericht 1) dat de weg naar BIG-registratie voor artsen die
hun diploma buiten de Europese Economische Ruimte (EER) hebben behaald
(hierna te noemen: artsen van buiten de EER) lang en gecompliceerd is?
Wat vindt u ervan dat ruim 40 artsen van buiten de EER zich op een
congres van de KNMG hebben beklaagd over de trage en ondoorzichtige
procedures om uiteindelijk als arts in Nederland werkzaam te kunnen
zijn?

1

Ik heb kennis genomen van het bericht op de website van de KNMG van 

28 november 2008 waarbij verslag wordt gedaan van de werkconferentie van


7 oktober  2008, over  ondersteuning van de  KNMG  van buitenlandse
artsen op de weg naar BIG registratie. Het initiatief van de KNMG om
artsen met een diploma van buiten de EER te ondersteunen bij en te
informeren over de procedure om als arts in Nederland werkzaam te kunnen
zijn, voorziet in een behoefte. Ook het CIBG  organiseert twee keer per
jaar een voorlichtingsbijeenkomst over  het assessment voor buitenlandse
diplomahouders waarbij kandidaten met  specifieke vragen terecht kunnen
en assessoren informatie geven over de toetsen. Deze
voorlichtingsbijeenkomsten zijn tot nu toe  door de buitenlands
gediplomeerden als zinvol ervaren.  

2

Hoeveel artsen van buiten de EER hebben sinds 1 januari 2000 een verzoek
ingediend om als arts in Nederland te kunnen werken? Hoeveel verzoeken
zijn tot nu toe gehonoreerd?

2

Voor het aantal verzoeken, het aantal instromers en afwijzingen verwijs
ik naar bijgaande grafiek uit het rapport, houdende de resultaten van
een quick scan van het assessment buitenlands gediplomeerden
volksgezondheid. Deze quick scan is uitgevoerd in 2007. Uit de scan
blijkt dat er vanaf 2003 sprake is van een dalende trend van het aantal
aanvragen van buitenlands gediplomeerden voor BIG registratie. 

3

Kunt u aangeven in welke fase van het assessment voor artsen van buiten
de EER de meeste verzoeken stranden? Welke eisen worden er precies in de
Algemene Kennis- en Vaardighedentoets gesteld ten aanzien van de
beheersing van de Nederlandse taal? 

3

Uit vermelde quick scan blijkt dat in de nieuwe procedure er minder
buitenlandse studenten stranden dan in de oude procedure.  Van de 39
deelnemers die tussen  1 december 2005 tot 11 december 2008 de volledige
assessmentprocedure hebben doorlopenĀ kan ik u het  volgende  melden: 

Direct volledig ongeclausuleerde inschrijving in het BIG-register: 1
kandidaat;

12 weken werken onder supervisie en daarna inschrijving in BIG-register:
9 kandidaten;half jaar studie en dan diploma geneeskunde:Ā 4 kandidaten;

Ć©Ć©n jaar studie: 9 kandidaten; twee jaar studie: 14 kandidaten

drie jaar studie: 1 kandidaat; volledige opleiding: 1 kandidaat.

De  kandidaten die in deze periode zijn gestart met het assessment, maar
het nog niet hebben afgerond zijn in deze cijfers niet meegenomen.

Het aangepaste assessment voor buitenslands gediplomeerde artsen kent
een algemene kennis- en vaardigheden toets en een beroepsinhoudelijke
toets. Het   met goed gevolg afleggen van de algemene kennis- en
vaardighedentoets is een voorwaarde om deel te mogen nemen aan de
beroepsinhoudelijke toets. De algemene kennis- en vaardighedentoets
bestaat uit vier onderdelen, waaronder Nederlandse taal en
communicatievaardigheden. Bij het onderdeel Nederlandse taal is
aangesloten bij de vereiste competenties voor artsen met betrekking tot 
begeleiding van patiƫnten, zoals die zijn neergelegd in de bijlage van
het Besluit opleidingseisen arts. Buitenlandse artsen dienen de
Nederlandse taal zodanig te  beheersen zodat zij open en respectvol met
patiĆ«nten en collegaā€™s kunnen  communiceren. De taaltoets is
ontwikkeld door de medische faculteit van de universiteit van Groningen
in samenspraak met de andere medische faculteiten.

4

Bent u het met de KNMG eens dat informatie over de assessments slecht
toegankelijk is en dat het voor deze artsen onduidelijk is hoe zij zich
kunnen voorbereiden op de assessments? Zo ja, welke stappen onderneemt u
om deze problemen aan te pakken? Zo neen, waarom niet?

4

Nee ik deel deze mening niet. Uit de quick scan van het assessment
buitenlands gediplomeerden, blijkt dat de huidige procedure van het
assessment  transparanter wordt gevonden dan de daarvĆ³Ć³r geldende
procedure. De quick scan geeft aan dat de benodigde informatie is te
vinden op de CIBG-website. De factsheets over de verschillende
onderdelen van het assessment zijn daarbij helder en prettig leesbaar.
Op enkele onderdelen is de informatie echter nog niet helder of
voldoende consistent gebleken. Een aantal inconsistenties is inmiddels
verholpen, voor een aantal worden de verbeteringen thans in gang gezet.

5

Klopt het dat de taaltoets een belangrijke barriĆØre vormt om als arts
in Nederland werkzaam te kunnen zijn? Klopt het dat het taalniveau in
deze toets aanzienlijk hoger ligt dan het niveau in
inburgeringscursussen? Zo ja, wat is hiervan de reden en hoe verhoudt
zich dit tot de aan artsen binnen de EER gestelde eisen?

5

Voor wat betreft EER-migranten bepaalt artikel 31 van de Algemene wet 
erkenning EG Beroepskwalificaties dat de migrerende beroepsbeoefenaar
van wie de beroepskwalificaties zijn erkend of degene die in Nederland
is toegelaten als dienstverrichter, moet beschikken over de talenkennis
die voor het betreffende    beroep in Nederland vereist is. Volgens
jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie (C-429/97) is het
toetsen van taalkennis gerechtvaardigd mits daarbij het 
proportionaliteitsbeginsel in acht genomen wordt.  Uit de quick scan
blijkt niet dat de taaltoets een barriĆØre vormt om als arts in
Nederland werkzaam te zijn. Een onderzoek van het KNMG studentenplatform
onder 6216 Nederlandse studenten  (zie Arts in SPE juni 2008) toont
zelfs aan dat als gevolg van de invoering van een  Nederlandse
taaltoets, in het nieuwe assessment, er in de praktijk minder
taalproblemen met buitenlandse artsen voorkomen.   

Het  is begrijpelijk dat het taalniveau in de AKV toets voor artsen
hoger is dan het taalniveau van de inburgeringscursussen. Deze laatste
waarborgen een minimumniveau om in de Nederlandse samenleving te kunnen
functioneren. Van artsen mag een hoger niveau verwacht worden omdat zij
op een complex terrein met  patiĆ«nten en collegaā€™s moeten kunnen
communiceren. Zover ik heb kunnen nagaan kennen ook overige EER-landen
een taaltoets voor migrerende artsen.

6. 

Bent u bereid op korte termijn te bezien of de assessmentprocedure
herzien moet worden, waardoor, zonder afbreuk te doen aan de in
Nederland gestelde eisen aan medici, deze artsen sneller aan de slag
kunnen? Zo neen, waarom niet?

6

Zoals is aangegeven is recent in 2007 een quick scan van de aangepaste
assessmentprocedure uitgevoerd. De algemene conclusie van de quick scan
is dat alle betrokkenen de nieuwe procedure als een duidelijke stap
voorwaarts beschouwen ten opzichte van de oude procedure. Het assessment
biedt een objectieve toetsing, garandeert gelijke kansen en geeft
duidelijkheid over te volgen stappen en de consequenties op basis van de
toetsresultaten. 

De in het rapport  aangegeven verbeterpunten, zoals verbetering van de
voorlichting en transparantie van de procedure worden momenteel in de
uitvoering betrokken. Verwacht wordt dat de komende jaren meer
kandidaten de procedure voor buitenslands gediplomeerde artsen zullen
doorlopen. Recent zijn in de gemoderniseerde assessmentprocedures van de
buitenslands gediplomeerde tandartsen en verpleegkundigen de eerste
kandidaten ingestroomd. Tegen deze achtergrond heeft het zin om over een
aantal jaren een quick scan voor de drie beroepsgroepen gezamenlijk uit
te voeren. Hierbij kunnen tevens de ervaringen van kandidaten die niet
succesvol het traject hebben doorlopen, worden  meegenomen. 

1) ā€˜KNMG en de ondersteuning van buitenlandse artsenā€™,   HYPERLINK
"http://www.knmg.nl"  www.knmg.nl , 

     28 november 2008.

Bezoekadres:

Parnassusplein 5

2511 VX  DEN HAAG

T	070 340 79 11

F	070 340 78 34

www.minvws.nl

Ons kenmerk

MEVA ā€“K-U-2900173

Bijlagen

2

Uw brief

5  december 2008

Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding
van de datum en het kenmerk van deze brief.