Preview document (🔗 origineel)

---

Datum

12 januari 2009

Onderwerp

Beantwoording Kamervragen over de brand in het Catshuis



In antwoord op uw brief van 19 december 2008 deel ik u, mede namens de
Minister-President, mee dat de schriftelijke vragen van de leden
Ulenbelt (SP), Teeven (VVD), Timmer (PvdA) en Pechtold (D66) van uw
Kamer over de brand in het Catshuis (ingezonden 18 december 2008),
worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage van deze brief.



De Minister van Justitie,

	

Vragen van de leden Ulenbelt (SP), Teeven (VVD), Timmer (PvdA) en
Pechtold (D66) aan de minister-president, minister van Algemene Zaken en
de minister van Justitie over de brand in het Catshuis. (Ingezonden 18
december 2008; nr. 2080908190) 

Vraag 1

Hoe beoordeelt u de schriftelijke verklaring van een bondsbestuurder van
FNV Bouw, waarin deze verklaart dat er sprake is van een memo en/of
correspondentie van de leiding van de Arbeidsinspectie aan ministeries
betreffende de reikwijdte van het onderzoek van de Arbeidsinspectie naar
de brand in het Catshuis, in het licht van de mededeling van
overheidswege dat een dergelijk document niet is aangetroffen? 1) 

Vraag 3

Is het waar dat een dergelijk document is opgesteld door de toenmalig
algemeen directeur van de Arbeidsinspectie? Zo neen, heeft de betrokken
ambtenaar een dergelijk document onder ogen gehad en/of geparafeerd
en/of doorgezonden naar de secretaris-generaal? 

Vraag 4

Heeft de toenmalig secretaris-generaal van het ministerie van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid een dergelijk document onder ogen gehad en
geparafeerd? Heeft de toenmalige secretaris-generaal een dergelijk
document doorgezonden naar de politieke leiding?

Vraag 6

Is het uitgesloten dat het hiervoor bedoelde document is vernietigd? Zo
neen, waarom niet? Zo ja, wie kan voor vernietiging opdracht geven?
Gebeurt zoiets met mede weten van de ambtelijke top en of politieke top
van het ministerie?

Vraag 7

Bestaat een document, zoals hiervoor bedoeld? Zo neen, heeft het
bestaan? Zo ja, waarom is het er niet meer? Kan de inhoud van het
document gereproduceerd worden? Zo neen, waarom niet?

Vraag 9

Hoe verklaart u dat de vorige minister en staatssecretaris van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid in exacte gelijke bewoordingen verklaren dat
zij zich niets herinneren? Door wie is die verklaring opgesteld?

Antwoord vragen 1, 3, 4, 6, 7 en 9 

Deze kwestie is onderwerp van het onderzoek dat momenteel onder leiding
van het Openbaar Ministerie door de Rijksrecherche wordt uitgevoerd. Ik
zal er daarom op dit moment niet inhoudelijk op ingaan. Over de
resultaten van het onderzoek zal ik uw Kamer informeren, zodra deze
beschikbaar zijn. 

Vraag 2

Is de voormalig directeur Bouw van de Arbeidsinspectie, van wie deze
informatie afkomstig is, al gehoord door de Rijksrecherche? Zo neen,
waarom niet?

Vraag 5

Zijn voornoemde en andere medewerkers van het ministerie van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid, die normaal gesproken van een dergelijk
document op de hoogte zouden zijn, door de Rijksrecherche gehoord? Zo
neen, waarom niet? Gaat dat alsnog gebeuren? Zo neen, waarom niet? 

Antwoord vragen 2 en 5

Ik kan lopende het onderzoek van de Rijksrecherche niet ingaan op de
verrichte en te verrichten onderzoekshandelingen. 

Vraag 8

Wilt u de politieke leiding van het ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid ten tijde van de brand, ambtenaren en ex-ambtenaren van
het ministerie en de Arbeidsinspectie die normaal gesproken betrokken
zijn bij het onderzoek van een dergelijk arbeidsongeval verzoeken zich
te melden bij de Rijksrecherche, voorzover zij nog niet zijn gehoord, en
om de waarheid en niets dan de waarheid te spreken? Zo neen, waarom
niet?

Tijdens het debat in uw Kamer over deze kwestie op 26 februari
jongstleden riepen de Minister-President en ik al een ieder op die
meende iets onder de aandacht van de Rijksrecherche te moeten brengen,
dat te doen. Die oproep geldt wat ons betreft nog steeds. Ik teken
daarbij uitdrukkelijk aan dat het niet aan ons, maar aan de
Rijksrecherche en het Openbaar Ministerie is te bepalen wie in het kader
van het onderzoek wordt gehoord.  

Vraag 10

Wanneer wordt het onderzoek van de Rijksrecherche afgerond en worden de
openstaande vragen uit de Tweede Kamer beantwoord?

Er wordt - met inachtneming van de zorgvuldigheid waarmee het onderzoek
dient te geschieden - gewerkt aan een spoedige afronding van het
onderzoek. De verwachting is dat het onderzoek in het voorjaar van 2009
kan worden afgerond. Na afronding zullen ook de nog openstaande
Kamervragen worden beantwoord. 

  IF   REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT     = " " "

" "

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT  Test  

"   

 

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Datum

12 januari 2009

Ons kenmerk

  REF dvRefGegevensOnsKenmerk \* MERGEFORMAT  5582422/09 

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT    	Pagina   PAGE \*
MERGEFORMAT  2  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  3  



Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.justitie.nl

Ons kenmerk

5582422/09

Uw kenmerk

2080908190

Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden.

Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.

 	  IF   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  3 > 1"Pagina   PAGE \* MERGEFORMAT
 1  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  3  " " "  Pagina 1 van 3   



> Retouradres Postbus 20301 2500 EH  Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500  EA  DEN HAAG