[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Samsom en Spekman over afsluiting van gas en stroom in de winter

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D02022, datum: 2009-01-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z10354:

Onderdeel van zaak 2009Z00504:

Preview document (šŸ”— origineel)


Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen die zijn gesteld door de
leden Samsom en Spekman (beiden PvdA) over afsluiting van gas en stroom
in de winter. De vragen werden mij toegestuurd op 30 december 2008 onder
nummer 2008Z10354/2080908740. Tevens betrek ik hierbij de antwoorden op
de aanvullende vragen van de leden Samsom en Spekman, ingezonden op 15
januari 2009 onder nummer 2009Z00504/2080909680.

Antwoorden op vragen onder nummer 2008Z10354/2080908740:

1

Bent u op de hoogte van het verbod op afsluiting van gas en stroom in de
winter, dat wil zeggen in de periode tussen 1 oktober en 1 april, zoals
neergelegd in art. 95b van de Elektriciteitswet en art. 44 van de
Gaswet? 

Antwoord

Ja. In de genoemde artikelen wordt gewezen op de ministeriƫle regeling
afsluiten elektriciteit en gas van kleinverbruikers. Deze regeling is
allereerst gericht op het voorkomen van afsluitingen in de
winterperiode. Om een afsluiting te voorkomen, worden er zowel
inspanningen van de vergunninghouder, de netbeheerder en de
kleinverbruiker verwacht. 

De vergunninghouder of netbeheerder heeft de plicht om de
kleinverbruiker te informeren over de gevolgen van wanbetaling en de
mogelijkheden om afsluiting van energie te voorkomen. Er wordt van de
vergunninghouder of netbeheerder verwacht dat hij zich inspant om in
persoonlijk contact te treden met de kleinverbruiker bijvoorbeeld door
telefonisch contact of een huisbezoek. In het contact met de
kleinverbruiker, moet de vergunninghouder of netbeheerder onder andere
wijzen op de mogelijkheden voor betalingsregelingen en
schuldhulpverlening. Ook kan de vergunninghouder of netbeheerder aan de
kleinverbruiker aanbieden de persoonsgegevens van de kleinverbruiker aan
de schuldhulpverlening te sturen. De vergunninghouder mag geen
einde-leveringsbericht naar de netbeheerder sturen als hij niet aan
bovenstaande verplichtingen heeft voldaan.

De kleinverbruiker heeft op zijn beurt de plicht om tijdig te zoeken
naar een oplossing voor zijn schulden. Dat kan zijn in de vorm van een
betalingsregeling, een lening bij bijvoorbeeld een sociale kredietbank
of het zoeken van hulp bij de schuldhulpverlening. Geen van de betrokken
partijen ā€“ en vooral de kleinverbruiker met betalingsproblemen ā€“ is
er bij gebaat dat de schulden verder oplopen. Deze regeling draagt daar
aan bij. 

De regeling afsluitbeleid richt zich er dus op om het daadwerkelijk
afsluiten van elektriciteit en gas te voorkomen, maar is geen absoluut
verbod. Dat zou namelijk een verkeerde prikkel geven en
freeriders-gedrag kunnen uitlokken, met als gevolg dat schulden onnodig
oplopen en alle klanten uiteindelijk meebetalen aan de schulden van
wanbetalers. Als de kleinverbruiker dus niet meewerkt aan
schuldhulpverlening, kan hij ook in de winterperiode worden afgesloten.
Als de kleinverbruiker overigens is afgesloten en hij zoekt alsnog hulp,
dan moet hij weer worden aangesloten door de netbeheerder en moet de
vergunninghouder de levering weer hervatten. 

2

Is het waar dat energiebedrijf Eneco zich hieraan niet houdt, maar
slechts afsluiting opschort als de temperatuur langer dan 24 uur beneden
de nul graden blijft? 

Antwoord

Zowel de NMa als de brancheorganisatie voor schuldhulpverlening - de
NVVK - heeft aangegeven dat Eneco de afsluitregeling, zoals vastgelegd
in de ministeriƫle regeling, toepast. Stedin (de netbeheerder binnen
het concern Eneco) en Eneco Retail (de vergunninghouder) hebben beide
aangegeven dat zij in de winterperiode kleinverbruikers wegens
wanbetaling alleen afsluiten nadat zij aan haar verplichtingen uit
hoofde van de ministeriƫle regeling hebben voldaan. Naast de voorgaande
wettelijke plichten, kan een vergunninghouder of netbeheerder besluiten
bij bijzondere weersomstandigheden terughoudend te zijn met
afsluitingen. Zo heeft Stedin aangegeven dat er in week 52 van 2008 en
week 1 van 2009 (de vorstperiode) geen afsluitingen wegens wanbetaling
hebben plaatsgevonden.

Ik ben er ook voorstander van dat energiebedrijven tijdens vorstperiodes
terughoudend zijn met het afsluiten van kleinverbruikers. Dat is ook
naar de geest van de regeling. 

3

Is het waar dat met Eneco niet of nauwelijks te onderhandelen valt over
een regeling in het kader van schuldsanering? Is het waar dat slechts
via een kort geding een serieus gesprek met Eneco mogelijk is? 

Antwoord

De NVVK heeft een convenant gesloten met Eneco. Dit convenant heeft
betrekking op de medewerking van Eneco aan
schuldhulpverleningstrajecten. Ik heb desgevraagd van de NVVK vernomen
dat zij zich niet herkent in het beeld dat er niet of nauwelijks valt te
onderhandelen met Eneco over een regeling. Er zijn vooralsnog geen
signalen uit de schuldhulpverleningsbranche dat de samenwerking met
Eneco of onderdelen van Eneco problematisch verloopt. Eneco heeft
aangegeven dat zij in principe alle aanvragen voor minnelijke
schuldhulpverlening via de gemeente honoreert. Slechts in gevallen
wanneer een kleinverbruiker bijvoorbeeld opnieuw nalatig is bij het
nakomen van zijn verplichtingen in de minnelijke regeling of wanneer de
kleinverbruiker een eerder minnelijk traject door aan deze
kleinverbruiker toerekenbare omstandigheden niet succesvol heeft
doorlopen, worden aanvullende voorwaarden gesteld. 

Indien minnelijke schuldhulpverlening uiteindelijk niet tot stand komt,
om welke reden dan ook, worden de desbetreffende kleinverbruikers door
Eneco gewezen op de mogelijkheid van het wettelijke
schuldsaneringstraject.

4

Is het waar dat de winterafsluitingen ook doorgaan als er zich in de
betreffende woningen kinderen bevinden? Deelt u de mening dat het
afsluiten van energie in de winter een traumatische ervaring is voor de
kinderen?  

Antwoord

In de regeling wordt geen onderscheid gemaakt in de samenstelling van de
huishoudens. Wel wordt in artikel 4, lid 1, onderdeel 3Ā° een
uitzondering gemaakt om af te sluiten wegens wanbetaling indien de
kleinverbruiker een verklaring kan overleggen van een arts dat de
afsluiting van energie zeer ernstige gezondheidsrisicoā€™s tot gevolg
zou hebben voor de kleinverbruiker of diens huisgenoten.

In de ministeriƫle regeling is het zodanig geregeld dat een
kleinverbruiker zich in eerste instantie enkel bij schuldhulpverlening
hoeft aan te melden om afsluiting te voorkomen (artikel 4, lid 1,
onderdeel 1Ā°). Als een kleinverbruiker na aanmelding onverhoopt op een
wachtlijst komt, wordt het gezin ook gedurende de wachtperiode niet
afgesloten. 

5

Is het waar dat afsluiting van stroom en gas de schuldhulpverlening, en
oplossing van aanpalende problemen, ernstig belemmert?  

Antwoord

Ik kan deze vraag in algemene zin niet beantwoorden, omdat dat afhangt
van de omstandigheden van de situatie. Wel is het zo dat een
energieafsluiting of een huisuitzetting vaak de aanleiding zijn om hulp
te zoeken die al geruime tijd nodig was. Als mensen hulp zoeken, moet de
samenleving hen daar ook in ondersteunen. Daarom heb ik in de regeling
waarin het afsluitbeleid geregeld wordt, ook een heraansluitplicht
opgenomen. Dit verplicht vergunninghouders en netbeheerders om mensen
die hulp hebben ingeschakeld bij het oplossen van hun financiƫle
problemen, weer aan te sluiten. 

De regeling afsluitverbod is er bovendien juist op gericht om afsluiting
te voorkomen door op tijd een oplossing te zoeken voor de ontstane
schulden. Want noch de kleinverbruiker noch de bedrijven zijn gebaat bij
oplopende schulden.

6

Wat zegt dit over de maatschappelijke verantwoordelijkheid van Eneco?
Wat zegt dit over de wenselijkheid van privatisering van Eneco, die
ertoe kan leiden dat commerciƫle belangen de maatschappelijke belangen
nog verder naar de achtergrond drukken? 

Antwoord

Het is van groot belang dat afsluitingen zoveel mogelijk worden
voorkomen en daarom is dat vastgelegd in de ministeriƫle regeling. De
bepalingen in de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet en die van de
daaruit voortvloeiende regeling zijn tot stand gekomen om de
kleinverbruikers in zijn algemeenheid te beschermen en hen voldoende
gelegenheid te bieden om hun betalingsproblemen met de vergunninghouder
en/of de netbeheerder op te lossen. 

Vergunninghouders en netbeheerders zijn  - ongeacht hun rechtsvorm of
hun publieke of private aard ā€“ verplicht om zich aan de
afsluitregeling te houden. 

7

Wat gaat u, en met de Energiekamer, doen om het afsluitingsverbod te
handhaven? 

Antwoord

De NMa is verantwoordelijk voor de handhaving van en toezicht op de
regeling afsluitbeleid. Zij ziet toe op de regeling op basis van
klachten die binnen komen bij ConsuWijzer. Na de inwerkingtreding van
deze MR heeft de NMa tot op heden geen signalen ontvangen dat er
partijen zijn die afwijken van het afsluitbeleid van de MR. Mocht in de
toekomst blijken dat een energiebedrijf wel afwijkt van de regeling, dan
kan de NMa handhaven.

Overigens is er geen sprake van een absoluut afsluitverbod, zoals ik ook
al aangaf in mijn antwoord op vraag 1. Het gaat dus niet om het
handhaven van een afsluitverbod maar om het handhaven van de
ministeriƫle regeling. 

8

Waar, op welk telefoonnummer, kunnen mensen terecht, die worden
geconfronteerd met een dreigende afsluiting van stroom en gas in de
winter? 

Antwoord

Er is geen centraal nummer waar kleinverbruikers, die geconfronteerd
worden met een dreigende afsluiting, terecht kunnen. Het eerste
aanspreekpunt voor kleinverbruikers is de leverancier. Dat is de partij
waarmee zij een leveringscontract hebben en aan wie ze een
betalingsverplichting hebben. 

Maar het allerbelangrijkste is dat mensen onmiddellijk op zoek gaan naar
een oplossing voor hun schulden. Dit kunnen ze onder andere doen door
contact op te nemen met de lokale schuldhulpverleningsinstantie. 

Voor algemene informatie over rechten en plichten van de consument op de
energiemarkt kunnen mensen terecht op   HYPERLINK
"http://www.consuwijzer.nl"  www.consuwijzer.nl . Eventuele klachten
over afsluiting van energie die daar binnen komen worden door de NMa
onderzocht. 

Antwoorden op vragen onder nummer 2009Z00504/2080909680:

1

Hebt u kennisgenomen van eerder gestelde vragen over afsluiting van gas
en stroom in de winter? 

Antwoord

Ja, zie hierboven voor antwoorden op deze vragen. 

2

Is het waar dat het energiebedrijfĀ  Nuon eveneens als Eneco zich niet
houdt aan het afsluitingsverbod gedurende de winter? 

Antwoord

Zie mijn antwoord op vraag 7. Bij de NMa zijn sinds de inwerkingtreding
van de MR geen signalen ontvangen dat energiebedrijven, waaronder dus
ook Eneco en Nuon, zich niet zouden houden aan de ministeriƫle regeling
afsluitbeleid. Er is geen sprake van een absoluut afsluitverbod.  

3

Bent u bereid bij de beantwoording van de eerder gestelde vragen over
gas en stroom ook de situatie van het energiebedrijf Nuon te betrekken? 

Antwoord

Ja. Zoals ik u reeds schetste in de Kamer tijdens het vragenuur op 13
januari jl., was er bij de situatie van Nuon in Almere geen sprake van
dat zij in strijd met de regeling heeft gehandeld. In het voortraject
heeft Nuon de klanten meerdere keren gewezen op de mogelijkheden om
afsluiting te voorkomen, middels brieven en persoonlijk contact. Hierbij
zijn de stappen doorlopen die de ministeriƫle regeling voorschrijft.
Omdat door deze klanten hier niet op is gereageerd en een afsluiting
niet met medewerking van de klanten tot stand kon komen, heeft Nuon om
een gerechtelijke uitspraak gevraagd. Door de kantonrechter is bepaald
dat de betreffende panden op 6 januari zouden worden afgesloten. Op 6
januari zijn 17 panden afgesloten. 6 van de 17 hebben binnen 1 dag
alsnog betaald en zijn heraangesloten. Vanwege de aanhoudende koude is
vanaf 7 januari en in overleg met de gemeente Almere besloten ook de
overige panden tijdelijk opnieuw aan te sluiten. Inmiddels is op zondag
11 januari de laatste klant weer aangesloten. 

Deze casus laat zien dat Nuon niet in strijd met de regeling heeft
gehandeld. Wel is de timing van de daadwerkelijke afsluiting, tijdens
een vorstperiode, ongelukkig gekozen. Dat heeft Nuon zelf ook ingezien
en heeft een dag na de afsluiting haar beleid hierop aangescherpt en de
klanten tijdelijk weer aangesloten. 

Ik ben er net als u voorstander van dat energiebedrijven tijdens
vorstperiodes terughoudend zijn met het afsluiten van kleinverbruikers.
Dat is ook naar de geest van de regeling. Ik heb uw Kamer op 13 januari
jl., naar aanleiding van het vragenuur, in dit kader toegezegd met de
energiebedrijven in overleg te gaan, zodat niet alleen naar de letter
maar ook naar de geest van de regeling wordt gehandeld.

Ik vind het tenslotte wel van belang om nog te benadrukken dat, naast de
vergunninghouder en de netbeheerder, de kleinverbruiker zelf ook een
hele belangrijke verantwoordelijkheid heeft in dit proces. Hij heeft de
plicht om tijdig te zoeken naar een oplossing voor zijn schulden en zich
gedurende de looptijd van de betalingsregeling te houden aan de daaruit
voortvloeiende verplichtingen. Het is ook in zijn belang om de schulden
niet verder op te laten lopen. Komt hij die verplichtingen echter niet
na dan is afsluiting de enige stok achter de deur. Het kan immers niet
zo zijn dat sommige wanbetalers zonder sancties blijven terwijl het
overgrote deel van de kleinverbruikers wel keurig op tijd zijn rekening
betaalt. Dit zou een verkeerd signaal geven.

4

Zijn bij u ook andere energiebedrijven bekend die zich niet aan het
verbod op afsluiting van gas en stroom in de winter houden? Zo ja, welke
actie gaat u ondernemen om het afsluitingsverbod te handhaven? Bent u
bereid de betreffende wetgeving aan te scherpen, zodat het niet meer
voorkomt dat mensen zonder gas en stoom komen te zitten in de winter?

Antwoord

Nee, zoals hierboven al gemeld, zijn er volgens de NMa geen signalen dat
bedrijven zich niet aan de wet houden en is het ook niet nodig om te
handhaven. Ik zie dus ook geen noodzaak om de regeling aan te scherpen
omdat die reeds zeer zorgvuldig is opgesteld. De regeling voorkomt dat
mensen worden overvallen door afsluiting en draagt er aan bij dat de
kleinverbruiker snel hulp zoekt en schulden niet verder oplopen. De
kleinverbruiker kan zelf, door schuldhulpverlening aan te vragen,
voorkomen dat deze wordt afgesloten. Een absoluut afsluitverbod in de
winter is niet wenselijk, zie ook mijn antwoord op vraag 1 in de eerdere
set vragen. Wel zal ik, zoals toegezegd op 13 januari, in overleg treden
met de bedrijven, zodat niet alleen naar de letter maar ook naar de
geest van de regeling wordt gehandeld. 

5

Bent u bereid deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden gelet op
de omstandigheid dat mensenĀ zonder gas en stroom komen te zitten
gedurende de winter?

Antwoord

Ja.

(w.g.)	Maria J.A. van der Hoeven

Minister van Economische Zaken

 Een vergunninghouder is een leverancier die een vergunning heeft op
basis van artikel 95a Elektriciteitswet 1998 en/ of artikel 43 Gaswet om
aan kleinverbruikers te leveren





VERTROUWELIJK	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  2  van   NUMPAGES   \*
MERGEFORMAT  6 



	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  6  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  6 



> Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag



De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

2513 AA  ā€˜s-GRAVENHAGE





Datum	21 januari 2009



Betreft	Beantwoording kamervragen Samsom en Spekman inzake afsluiten gas
en stroom in de winter



	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  1  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  6 



Directoraat-Generaal

Energie en Telecom

Directie Energiemarkt





Ons kenmerk

ET/EM/9009495









Directoraat-Generaal

Energie en Telecom

Directie Energiemarkt

Bezuidenhoutseweg 20 

Postbus 20101

2500 EC Den Haag

T 070-3798911 (algemeen)

www.ez.nl

Behandeld door

I.F. Huizing

T	070 379 64 77

F	070 379 78 41

i.f.huizing@minez.nl



Ons kenmerk

ET/EM/9009495

Uw kenmerk

2080908740 en 2080909680