Antwoord op vragen van het lid Van der Ham over het breken van enkele gemeenten met het gedoogbeleid van coffeeshops en antwoord op vragen van het lid Azough over de sluiting van coffeeshops in de grenssteden en antwoord op vragen van het lid De Roon over de actie van grensgemeenten tegen drugstoerisme en antwoord op vragen van het lid Van Velzen over de grenssteden die coffeeshops sluiten en antwoord op vragen van het lid Bouwmeester over sluiting coffeeshops in Brabant
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2009D02040, datum: 2009-01-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie ()
- Mede ondertekenaar: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Onderdeel van zaak 2008Z05142:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: B. van der Ham, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2008Z05144:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: N. Azough, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2008Z05146:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: R. de Roon, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2008Z05148:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: K. van Velzen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2008Z05152:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: L.T. Bouwmeester, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2008-12-03 14:15: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-01-14 13:00: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Datum 20 januari 2009 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over coffeeshopbeleid in de grensteden In antwoord op uw brieven van 28 oktober 2008 delen wij u mee dat de vragen van het lid Van der Ham (D66) van uw Kamer over het breken van enkele gemeenten met het gedoogbeleid van coffeeshops (ingezonden 27 oktober 2008) (2080903740), de vragen van het lid Azough (GroenLinks) van uw Kamer over de sluiting van coffeeshops in de grenssteden (ingezonden 27 oktober 2008) (2080903750), de vragen van het lid De Roon (PVV) van uw Kamer over de actie van grensgemeenten tegen drugstoerisme (ingezonden 27 oktober 2008) (2080903760), de vragen van het lid Van Velzen (SP) van uw Kamer over de grenssteden die coffeeshops sluiten (ingezonden 27 oktober 2008) (2080903770) en de vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) van uw Kamer over sluiting coffeeshops in Brabant (ingezonden 27 oktober 2008) (2080903780) worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage bij deze brief. De Minister van Justitie, De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 2080903740 Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het breken van enkele gemeenten met het gedoogbeleid van coffeeshops. (Ingezonden 27 oktober 2008) 1 Wat is uw reactie op het voornemen van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal om de coffeeshops in hun gemeenten te sluiten? Antwoord Wij nemen het principebesluit van de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal voor kennisgeving aan. Het staat gemeenten vrij om binnen de kaders van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie, een eigen beleid te ontwikkelen ten aanzien van coffeeshops, waaronder het formuleren van een nulbeleid. 2 Welke relatie ziet u tussen dit besluit en zijn weigering om de achterdeur van coffeeshops goed te reguleren? Antwoord Een relatie tussen dit besluit en de weigering om de achterdeur van coffeeshops goed te reguleren is ons niet bekend. Een lokaal initiatief tot regulering van de achterdeur van coffeeshops zou overigens in strijd zijn met de richtlijnen van het Openbaar Ministerie en het kabinetsbeleid. 3 en 4 Hoe beoordeelt u de mogelijkheid dat er waterbedeffecten zullen optreden? Hoe wilt u deze gevolgen te ondervangen? Antwoord vragen en 4 Het risico van een verplaatsing van de problematiek is nooit uit te sluiten. De gemeenten, politie en het Openbaar Ministerie, nemen hiertegen een aantal maatregelen: verscherping van de gedoogcriteria tot de verkoop van maximaal 2 gram cannabis per persoon, omdat uit onderzoek is gebleken dat lokale gebruikers volstaan met de aankoop van een dergelijke hoeveelheid; intensieve en onverwachte politieacties: de strafeis voor het aanwezig hebben van 5 tot en met 30 gram softdrugs is door het OM met onmiddellijke ingang verhoogd van € 120,- naar € 180,-. Het betreft een regionale verhoging. Het succesvolle “one strike you’re out” beleid, waarmee de gemeente een pand voor de duur van vijf jaar kan sluiten indien de Opiumwet wordt overtreden, wordt onverminderd voortgezet (artikel 13b Opiumwet); intensivering samenwerking politieteams door de inzet van de gespecialiseerde drugsopsporingsteams (via het project Courage) en – internationaal – het Joint Hit team dat zich richt op de aanpak van internationaal overlastgevende panden. Daarnaast hebben de beide gemeenten in de afgelopen jaren, eveneens via het project Courage, veel geïnvesteerd in de aanpak van drugsoverlast. Het Courage-project behelst een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom, Openbaar Ministerie, politie, Belastingdienst, woningbouwcorporaties en het veiligheidshuis te Roosendaal en Bergen op Zoom. De afgelopen vijf jaar is tussen al deze partners nauw samengewerkt in een steeds intensievere bestrijding van drugscriminaliteit en drugsoverlast. 5 Deelt u de mening dat een deel van de handel ondergronds zal gaan? Antwoord Handel in cannabis is een strafbare gedraging. De kans is aanwezig dat een deel van de handel ondergronds zal gaan. 6 Hoe beoordeelt u de gevolgen - ook de financiële - van de extra handhaving die dit zal vergen? Antwoord De handhaving van het nieuw in te zetten beleid dient in principe binnen de bestaande capaciteit en financiële middelen van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal (en die van de politieregio Midden- en West-Brabant) te worden opgevangen. Ten aanzien van een (eventueel) verzoek om meer politiecapaciteit voor de grensstreek kunnen wij u melden dat er momenteel een onderzoek loopt naar de vraag of het huidige budget verdeel systeem (BVS, verdeelsleutel voor gelden voor de regionale politiekorpsen) voldoende rekening houdt met het extra werk dat grensregiokorpsen zeggen te hebben. In de huidige fase van het onderzoek wordt bij een aantal korpsen gekeken naar de aanwezigheid van werklastverzwarende factoren in de grensregio. De politieregio Midden- en West-Brabant is één van de steekproefregio’s. Overigens zal volgens de burgemeesters van beide gemeenten een deel van de problematiek zich verplaatsen en een deel van de problematiek zal verdampen. 1) Nu.nl, 23 oktober 2008 2080903750 Vragen van het lid Azough (GroenLinks) aan de Minister van Justitie over de sluiting van coffeeshops in de grenssteden. (Ingezonden 27 oktober 2008) 1 Kloppen de berichten dat de gemeenten Roosendaal, Bergen op Zoom en Terneuzen zo snel mogelijk alle coffeeshops binnen hun gemeentegrenzen willen sluiten en dat in de tussentijd het gedoogbeleid wordt aangescherpt met als argument dat landelijk beleid ter bestrijding van de overlast uitblijft? 1) Antwoord Deze berichten kloppen voor zover zij betrekking hebben op de gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom. Ons is niet bekend dat de gemeente Terneuzen van zins zou zijn de momenteel enig opererende coffeeshop op zijn grondgebied binnen afzienbare tijd te sluiten. Wel bestaat bij deze gemeente het voornemen om de openingsuren voor coffeeshops in te perken. In het arrondissement Breda, waar Bergen op Zoom en Roosendaal onder vallen, is het gedoogbeleid aangescherpt. De boetes voor het bezit van 5 tot 30 gram softdrugs zijn omhoog gegaan van 120 naar 180 euro. Wij herkennen ons niet in de bewering dat landelijk beleid ter bestrijding van de overlast zou uitblijven. Dit beleid is onder meer vastgelegd in het beleidsprogramma Veiligheid begint bij Voorkomen. Daarbij komt de aanjagende rol die het Rijk heeft gespeeld bij de ontwikkeling van de Hazeldonkaanpak in de grensstreek. 2 Werken deze maatregelen niet de volstrekt oncontroleerbare illegale handel in softdrugs in de hand, met als mogelijk gevolg dat de scheiding tussen soft- en harddrugs verder vervaagt? Antwoord Wij verwijzen naar ons antwoord op vraag 5 van het lid Van der Ham (2080903740). 3 Vindt u het vanuit rechtstatelijk oogpunt aanvaardbaar om eigenaren van coffeeshops die zich aan de gedoogcriteria houden, te onderwerpen aan een rechtsregime dat er feitelijk op neerkomt dat er de facto geen gedoogsituatie meer bestaat? Antwoord Gemeenten hebben de bevoegdheid om, binnen de kaders van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie die voor coffeeshops gelden, beleid te voeren die bij de lokale situatie past. Hieronder valt ook het voeren van een nulbeleid ten aanzien van coffeeshops. 4 Kunnen gemeenten zelfstandig besluiten om in afwijking van de vigerende richtlijn van het Openbaar Ministerie en de daarin opgenomen gedoogcriteria coffeeshops opleggen dat ze niet 500 gram, maar 300 gram handelsvoorraad mogen aanhouden en dat ze niet 5 gram, maar slechts 2 gram softdrugs mogen verkopen? Zo neen, wat gaat u richting van deze gemeenten doen? Zo ja, deelt u de mening dat er een grote rechtsongelijkheid kan ontstaan, waarbij er onduidelijkheid kan ontstaan welke regels er nu precies gelden ten aanzien van het gedogen van softdrugs? Antwoord Wij delen de mening dat er een grote rechtsongelijkheid kan ontstaan niet. De criteria ten aanzien van de handelsvoorraad van coffeeshops en de verkoop van cannabis vanuit coffeeshops uit de richtlijn van het Openbaar Ministerie betreffen maxima, waar – binnen zekere grenzen – in restrictieve zin vanaf mag worden geweken indien de lokale situatie daar aanleiding toe geeft. Het besluit om de criteria strenger toe te passen is door de lokale driehoek genomen. 5 Krachtens welke regel is het toegestaan om mensen met minder dan 5 gram softdrugs in zijn of haar bezit te registreren? En waarom is er precies voor gekozen om de boetes voor het in bezit hebben van meer dan 5 gram softdrugs te verhogen? Komen deze maatregelen eigenlijk niet neer op het wegpesten van klanten van coffeeshops? Antwoord Registratie in het algemeen documentatieregister is mogelijk op basis van het feit dat een overtreding van een verbod uit de Opiumwet is vastgesteld. De verhoging van boetes op het in bezit hebben van meer dan 5 gram softdrugs in het gehele arrondissement Breda, waar Roosendaal en Bergen op Zoom onder vallen, is bedoeld als instrument om verplaatsing van de overlast te voorkomen. 6 Waarom ontbreekt het nog steeds aan een landelijke oplossing voor de achterdeurproblematiek en aan samenwerking tussen de Nederlandse en de Belgische overheid om overlast aan te pakken? Antwoord In de brief van 8 februari 2006 is het nog steeds geldende standpunt ten aanzien van de achterdeur van de coffeeshop uiteen gezet. Anders dan de vraag suggereert, wordt door Nederland en België, maar ook Frankrijk, op verschillende niveaus intensief samengewerkt bij de aanpak van drugsoverlast. Wij wijzen in dit verband op de Hazeldonksamenwerking, de samenwerking in het kader van de Joint Hit Teams en bestuurlijke overleggen tussen lokale en regionale autoriteiten. Tot slot noemen wij nog het project BorderlineS, een project van de politie Limburg-Zuid om drugsgerelateerde overlast en criminaliteit terug te brengen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties draagt bij aan dit project. 7 Bent u bereid om te onderzoeken of de door de grenssteden ondervonden overlast ondervangen kan worden door de legalisering van de handel in softdrugs? Antwoord Wij zien, mede in het licht van eerder genoemde brief van 8 februari 2006, geen aanleiding tot een dergelijk onderzoek. Tevens verwijzen wij naar het antwoord op de vragen van het lid De Roon (2080903760). 1) ‘Grenssteden sluiten alle coffeeshops’ en ‘Ook Terneuzen scherpt gedoogbeleid aan’, NRC Handelsblad 23 oktober 2008. Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05142 / 2080903740) 2080903760 Vragen van het lid De Roon (PVV) aan de Minister van Justitie over de actie van grensgemeenten tegen drugstoerisme. (Ingezonden 27 oktober 2008) 1 Kent u het bericht “Grensgemeenten in actie tegen drugstoerisme”? 1) Antwoord Ja. 2en 3 Deelt u de mening dat het beëindigen van het gedoogbeleid met betrekking tot drugs in de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal een uitstekende zet is en wilt u uw steun daarvoor uitspreken? Zo neen, waarom niet? Zo ja, welke steun wilt u deze moedige gemeenten bieden? Deelt u de mening dat uitbreiding van deze actie naar alle grensgemeenten, die worden geterroriseerd door gewetenloze drugshandelaren en –gebruikers, aanbeveling verdient? Bent u ook bereid om uw steun daartoe aan alle grensgemeenten van het hele land te bieden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat gaat u doen? Antwoord Van het principebesluit van de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal hebben wij kennisgenomen. Het staat gemeenten vrij om binnen de kaders van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie, een eigen beleid te voeren ten aanzien van coffeeshops, waaronder het formuleren van een nulbeleid. Bij het vormgeven van het lokale beleid is vooral van belang dat burgemeesters tijdig en in voldoende mate en in het bijzonder met de buurgemeenten in overleg treden. Een initiatief als de onlangs gehouden Wiettop volgen wij met belangstelling. De bevindingen van de burgemeesters zullen overigens samen met de uitkomsten van de zojuist gestarte evaluatie van het drugsbeleid en de uitkomsten van het onderzoek van de heren Fijnaut en De Ruyver naar grensoverschrijdende drugsproblematiek in de Euregio worden betrokken bij de voorbereiding van de nieuwe Drugsnota die, als gevolg van de motie van het lid Azough (TK, 2008-2009, 31700 VI, nr.60), versneld in 2009 zal verschijnen. 4 Welke stappen gaat u zetten om te verhinderen dat de buitenlandse drugstoeristen dieper ons land binnendringen om aan drugs te komen? Hoe gaat u dit zogenaamde verspreidingseffect voorkomen? Antwoord Drugstoerisme wordt onder andere via de inzet van de verschillende Joint Hit Teams ontmoedigd. Het terugdringen van coffeeshoptoerisme is verder vooral een lokale aangelegenheid. Zoals wij in ons antwoord op de vragen 3 en 4 op vragen van het lid Van der Ham (2080903740) uiteen hebben gezet, hebben de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal flankerend beleid geformuleerd om verspreidingseffecten tegemoet te treden. 1) HYPERLINK "http://www.bnr.nl/artikel/10362522/grensgemeenten-actie-drugstoerisme" http://www.bnr.nl/artikel/10362522/grensgemeenten-actie-drugstoerisme Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05142 / 2080903740) en van het lid Azough (GroenLinks), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05144 / 2080903750) 2080903770 Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de grenssteden die coffeeshops sluiten. (Ingezonden 27 oktober 2008) 1 Wat is uw reactie op het besluit van de gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom zo snel mogelijk alle coffeeshops te sluiten, en tot die tijd het gedoogbeleid aanzienlijk aan te scherpen? 1) Vindt u deze ‘oorlog tegen de wiet’ 2) verstandig beleid? Antwoord Van het principebesluit van de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal hebben wij kennisgenomen. Het staat gemeenten vrij om binnen de kaders van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie, een eigen beleid te ontwikkelen ten aanzien van coffeeshops, waaronder het formuleren van een nulbeleid. De kwalificatie dat sprake zou zijn van een ‘oorlog tegen de wiet’ laten wij voor rekening van de krant waaruit geciteerd is. 2 Waarop is dit nieuwe beleid gebaseerd? Heeft u vooraf overleg gehad met de burgemeesters van deze steden? Zijn er studies of onderzoeken waaruit blijkt dat het verstandig is in deze grenssteden coffeeshops te verbieden, en dat de nadelen van dit beleid kleiner zijn dan de verwachte voordelen? Waaruit blijkt dat de verkeersoverlast, straathandel en criminaliteit zullen afnemen? Antwoord Blijkens de informatie die door Bergen op Zoom en Roosendaal in de media naar buiten is gebracht, is de aanleiding voor het opstellen van nieuw cannabisbeleid gelegen in twee onderzoeken die begin dit jaar zijn uitgevoerd. Uit die onderzoeken is gebleken dat 90% van de softdrugstoeristen gedoogde coffeeshops bezoekt, terwijl deze primair bedoeld zijn voor de lokale bevolking. Daarnaast is de overlast die het gevolg is van het drugstoerisme voor de burgemeesters een belangrijke overweging geweest om het beleid bij te stellen. 3 Waar denkt u dat de 13.500 Fransen en Belgen, die Roosendaal wekelijks bezoeken, en de 12.000 wekelijkse bezoekers van Bergen op Zoom hun drugs voortaan gaan halen? Of denkt u dat zij geen drugs meer zullen gebruiken? Waarop baseert u uw inschatting en vermoeden? Antwoord De gemeenten hebben in overleg met de lokale en regionale handhavingsautoriteiten flankerend beleid geformuleerd om eventuele verplaatsingseffecten het hoofd te kunnen bieden. Wij verwijzen in dit verband graag naar ons antwoord op de vragen 3 en 4 van het lid Van der Ham (2080903740). 4 Vindt u de angst voor verplaatsingseffecten reëel? Wat vinden de burgemeesters van de buurgemeenten, zoals Breda en Etten-Leur, hiervan? Antwoord Wij verwijzen naar het antwoord op vragen 3 en 4 van het lid Van der Ham. Voor zover ons bekend heeft burgemeester Marijnen van Roosendaal voorafgaand aan het principebesluit van de Colleges van Burgemeester en Wethouders van Roosendaal en Bergen op Zoom, de buurgemeenten Breda en Etten-Leur ingelicht. Ons is niet bekend wat de exacte reactie van de burgemeesters van deze buurgemeenten is geweest. 5 Erkent u dat het verbieden van de verkoop van softdrugs onvermijdelijk leidt tot een sterke groei van het illegale sofdrugscircuit? Deelt u de vrees dat de georganiseerde criminaliteit hiermee alleen maar zal toenemen? Antwoord Ons zijn hierover geen gegevens bekend. Verder verwijzen wij naar het antwoord op vraag 5 van het lid Van der Ham (2080903740). 6 Wat zijn naar uw inschatting de gevolgen voor de volksgezondheid van de verschuiving naar het illegale circuit? Erkent de risico’s wanneer meer drugs in het illegale circuit zal worden aangeschaft? Antwoord Verschuiving van de verkoop van cannabis van coffeeshops naar niet gedoogde verkooppunten is niet uit te sluiten. Het is echter aan de gemeenten zelf om een afweging tussen voor- en nadelen te maken en vervolgens een eigen beleid te ontwikkelen met betrekking tot het al dan niet gedogen van coffeeshops. 7 Erkent u dat hier sprake is van een experiment, waaruit nog maar zal moeten blijken wat de exacte gevolgen zijn? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u dan ook bereid andere experimenten toe te staan, zoals de legalisering en het reguleren van de wietkweek, zoals men in Tilburg zou wensen? 3) Antwoord De Colleges van Burgemeesters en Wethouders van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal hebben op 21 oktober jl. ingestemd met de uitgangspunten van het nieuwe coffeeshopbeleid. Daarop volgt de inspraakperiode van zes weken. Naar verwachting van de lokale autoriteiten kan het nieuwe beleid in februari 2009 definitief worden vastgesteld. De zienswijze van het kabinet ten aanzien van eventuele legalisering of regulering van hennepteelt ten behoeve van recreatief gebruik is niet anders dan die vastgelegd in de brief van 8 februari 2006. De wens tot het uitvoeren van experimenten is ook aan de orde geweest tijdens de op 21 november 2008 door de VNG gehouden Wiettop in Almere. De bevindingen van de burgemeesters zullen samen met de uitkomsten van de onlangs gestarte evaluatie van het drugsbeleid en de uitkomsten van het onderzoek van de heren Fijnaut en De Ruyver naar grensoverschrijdende drugsproblematiek in de Euregio worden betrokken bij de voorbereiding van de nieuwe Drugsnota die (naar aanleiding van de aangenomen motie van het lid Azough) versneld in 2009 zal verschijnen. 8 Zijn er geen andere (verstandigere en effectievere) maatregelen te bedenken om de overlast in deze grensgemeenten te beperken? Is er bijvoorbeeld overwogen de coffeeshops te verplaatsen naar het buitengebied van de gemeente? Waarom is daar niet toe besloten? Welke maatregelen gaat u nemen om de risico’s voor de veiligheid en de volksgezondheid die aan het besluit van deze grenssteden kleven te beperken? Antwoord Zolang maatregelen niet in strijd zijn met de wet of het kabinetsbeleid, zien wij geen reden een inhoudelijk oordeel te vellen over lokaal genomen besluiten die – zoals in dit geval – duidelijk binnen de competentie van gemeenten liggen. Dit geldt ook voor de eventuele risico’s voor de veiligheid en de volksgezondheid. 1) ‘De burgemeesters hebben het opgegeven. Eind aan gedogen in westen Brabant’, NRC Handelsblad, 23 oktober 2008. 2) ‘Burgemeesters: oorlog tegen wiet’, BN de Stem, HYPERLINK "http://www.bndestem.nl/algemeen/binnenland/3919576/Burgemeesters-oorlog -tegen-wiet.ece" http://www.bndestem.nl/algemeen/binnenland/3919576/Burgemeesters-oorlog- tegen-wiet.ece 3) ‘Initiatiefvoorstel voor een project ter voorbereiding op gereguleerde wietteelt in Tilburg’, HYPERLINK "http://www.tilburg.sp.nl/nieuws/2007/070124%20initiatiefvoorstel%20gere guleerde%20wietteelt.pdf" http://www.tilburg.sp.nl/nieuws/2007/070124%20initiatiefvoorstel%20gereg uleerde%20wietteelt.pdf en ‘Oproep voor gereguleerde wietkweek’, HYPERLINK "http://tilburg.sp.nl/bericht/23607/080228-oproep_voor_gereguleerde_wiet kweek" http://tilburg.sp.nl/bericht/23607/080228-oproep_voor_gereguleerde_wietk week Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05142 / 2080903740), van het lid Azough (GroenLinks), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05144 / 2080903750) en van het lid De Roon (PVV), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05146 / 2080903760) 2080903780 Vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) aan de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over sluiting coffeeshops in Brabant. (Ingezonden 27 oktober 2008) 1 Bent u bekend met het bericht ‘Gemeenten pakken coffeeshops aan’, waarin de gemeente Bergen op Zoom en Roosendaal aangeven de coffeeshops te gaan sluiten wegen overlast van drugstoerisme? 1) Antwoord Ja. 2 Heeft u ook begrip voor deze gemeenten die hun coffeeshops sluiten in verband met overlast? Deelt u de zorg dat de overlast veroorzaakt door drugstoeristen zich wellicht zal gaan verplaatsen als de coffeeshops gesloten zijn? Antwoord Het staat gemeenten vrij om in het kader van overlastbestrijding te besluiten tot een nulbeleid voor coffeeshops. Het principebesluit terzake van de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal neem ik voor kennisgeving aan. Verder verwijs ik naar het antwoord op de vragen 3 en 4 van het lid Van der Ham (2080903740). 3 Deelt u de mening dat België en Frankrijk moeten bijdragen aan het tegengaan van overlastgevende situaties aangezien de coffeeshops in de grensstreek veelvuldig worden bezocht door drugstoeristen uit deze landen? Zo ja, op welke manier. Zo nee, waarom niet? Antwoord De aanpak van overlast die voort komt uit het toestaan van coffeeshops is primair een verantwoordelijkheid van de lokale autoriteiten. Secundair is de nationale overheid aan zet, die de kaders heeft geschapen om het bestaan van coffeeshops mogelijk te maken. 4 Bent u bereid zich in te zetten om samen met de regiopolitie en Justitie in de grensstreek samen met Frankrijk en België te komen tot een sluitende aanpak, waarbij overlast en criminele praktijken in gezamenlijkheid structureel worden aangepakt? Zo ja, hoe. Zo nee, waarom niet? Antwoord Handhavingsautoriteiten in de grensregio werken in het kader van de Hazeldonksamenwerking en de Joint Hit Teams reeds een groot aantal jaren samen met Frankrijk en België. De aanpak van overlastgevende drugscriminaliteit is onderdeel hiervan. In het kader van het Programma Versterking Aanpak Georganiseerde Misdaad wordt ondermeer de samenwerking met België bij de bestrijding van de grootschalige hennepteelt geïntensiveerd. 1) HYPERLINK "http://www.nu.nl/news/1803484/11/Gemeenten_pakken_coffeeshops_aan.html" http://www.nu.nl/news/1803484/11/Gemeenten_pakken_coffeeshops_aan.html Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05142 / 2080903740), het lid Azough (GroenLinks), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05144 / 2080903750), het lid De Roon (PVV), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05146 / 2080903760), en het lid Van Velzen (SP), ingezonden 27 oktober 2008 (vraagnummer 2008Z05148 / 2080903770) TK, vergaderjaar 2005-2006, 24 077, nr 179 TK, vergaderjaar 2005-2006, 24 077, nr 179 IF REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT = " " " " " REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT Test " Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden BJZ Datum 20 januari 2009 Ons kenmerk REF dvRefGegevensOnsKenmerk \* MERGEFORMAT 5578637/08 REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 2 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 13 Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden BJZ Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.justitie.nl Ons kenmerk 5578637/08 Uw kenmerk 2080903740, 2080903750, 2080903760, 2080903770 en 2080903780 Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen. IF SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 13 > 1"Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 13 " " " Pagina 1 van 13 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG