[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden De Wit en Van Raak over de gevolgen van personeelstekorten bij recherchediensten

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D02485, datum: 2009-01-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z07982:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Datum

22 januari 2009

Onderwerp

Beantwoording Kamervragen van de leden De Wit en Van Raak (beiden SP)
over de gevolgen van personeelstekorten bij recherchediensten



In antwoord op uw brief van 1 december 2008, delen wij u mee dat de
schriftelijke vragen van de leden De Wit en Van Raak (beiden SP) van uw
Kamer over de gevolgen van personeelstekorten bij recherchediensten
(ingezonden 28 november 2008) worden beantwoord zoals aangegeven in de
bijlage bij deze brief.



De Minister van Justitie,	De Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,



Antwoorden van de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties op de vragen van de leden De Wit en Van Raak (beiden
SP) over de gevolgen van personeelstekorten bij recherchediensten.
(Ingezonden 28 november 2008; nr. 2080906500)

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht van RTL Nieuws dat de politie wegens
personeelsgebrek tienduizenden misdaadzaken op de plank laat liggen? 1)

Vraag 2

Klopt het dat er in zaken zoals gewapende overvallen met geweld en
verkrachtingen met bekende daders geen opsporing plaatsvindt? Zo ja,
acht u dit aanvaardbaar?

Antwoord 1 en 2

Wij hebben kennisgenomen van de uitzending van RTL Nieuws. In de
uitzending van RTL Nieuws wordt verwezen naar het onderzoek Vacaturedruk
Recherche. Op 7 november 2008 is dit rapport met onze beleidsreactie aan
de Tweede Kamer aangeboden (2008-2009, 29 628, nr. 105). Het onderzoek
doet geen uitspraken over vermeende plankzaken.

In 2003 heeft het College van procureurs-generaal de Aanwijzing voor de
opsporing vastgesteld. De Aanwijzing geeft nadere aanduiding van de
strafbare feiten waaraan de politie in ieder geval aandacht dient te
besteden. Een tweetal criteria speelt daarbij een belangrijke rol, te
weten de ernst van het strafbare feit en de aanwezigheid van
opsporingsindicatie. Indien sprake is van genoemde criteria, dient de
zaak altijd te worden opgepakt. Dit geldt ook voor gewapende overvallen
en verkrachtingen met bekende daders.

In het licht van bovengenoemde Aanwijzing voor de opsporing vindt thans
nader onderzoek plaats  door de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid
naar het keuzeproces bij de aanpak van zaken en de afwegingen die
daarbij worden gemaakt. De uitkomsten van het onderzoek zullen begin
2009 bekend worden.

Uiteraard is het belangrijk dat er voldoende capaciteit beschikbaar is
om opsporingsonderzoeken te kunnen uitvoeren. Politiecapaciteit en dus
ook recherchecapaciteit is echter schaars; het aanbod van zaken zal
altijd groter zijn dan de beschikbare capaciteit om de zaken op te
pakken. Elk nieuw opsporingsonderzoek dwingt dan ook tot het maken van
keuzes over de inzet van deze schaarse capaciteit en expertise. De
beslissingsbevoegdheid over de inzet en het optreden van de politie ligt
voor zover het de handhaving van de openbare orde en hulpverlening
betreft bij de burgemeester en voor zover het de strafrechtelijke
handhaving van de rechtsorde betreft bij de officier van justitie. In de
praktijk worden hier in de lokale driehoek (burgemeester, officier van
justitie en lokale politiechef) afspraken over gemaakt. 

Overigens zien we dat de productiviteit van de politie op het terrein
van de opsporing zeker niet terugloopt: ook in 2007 is het aantal
verdachten dat door de politie is aangeleverd aan het Openbaar
Ministerie weer toegenomen. Uit het jaarverslag van de politie van 2007
blijkt dat er over 2007 een toename is ten opzichte van 2006 van
ongeveer 8500 zaken, dit komt neer op een stijging van 3,4 %.  

Vraag 3

Heeft het tekort aan personeel gevolgen voor de kwaliteit van de
rechercheonderzoeken? Zo ja, heeft dit geleid tot problemen bij
vervolgingen? Zo neen, waarop baseert u uw mening?

Antwoord 3

Het tekort aan personeel op zich heeft geen gevolgen voor de kwaliteit
van de opsporing. Deze kwaliteit heeft onze bijzondere aandacht. Zo
wordt in het Versterkingsprogramma Opsporing en Vervolging aandacht
besteed aan de kwaliteit en professionaliteit van recherchewerk en
recherchemedewerkers. Dat heeft ertoe geleid dat er een apart
opleidingsprogramma is vastgesteld. Het voldoen aan de benodigde
opleidingen en het opdoen van de juiste ervaring legt wel weer druk op
de beschikbare capaciteit van de recherche. 

Het tekort aan personeel heeft derhalve wel gevolgen voor het aantal
zaken dat in behandeling kan worden genomen, maar heeft geen gevolgen
voor de kwaliteit van de opsporingsonderzoeken. 

Vraag 4

Wat gaat u doen om de personele tekorten bij zowel de nationale als bij
de regionale korpsen op te lossen? 

Antwoord 4

We verwijzen u naar onze brief van 7 november jongstleden aan de Tweede
Kamer (2008-2009, 29 628, nr. 105) waarin is aangegeven welke
maatregelen zullen worden getroffen.

Vraag 5

Wat zijn de gevolgen van de personele tekorten voor de aanpak van de
aandachtsgebieden van het kabinet, zoals cybercrime en
financieel-economische delicten? 

Antwoord 5

Uit het onderzoek Vacaturedruk Recherche komt naar voren dat de
politiekorpsen, de bovenregionale en de nationale recherche kampen met
een grote vraag naar specialistisch personeel, met name digitale,
forensische en financiële rechercheurs. Het is onontkoombaar dat
vanwege vacatures voor specialistisch personeel minder zaken op de
desbetreffende aandachtsgebieden kunnen worden opgepakt. 

De korpsen krijgen echter ten behoeve van de versterkingsprogramma’s
cybercrime, financieel- economische criminaliteit en versterking aanpak
georganiseerde misdaad extra financiering. Een deel van deze gelden
wordt ingezet voor het verwerven van extra capaciteit en expertise. Over
de voortgang van de versterkingsprogramma’s wordt regelmatig
gerapporteerd. Tot nog toe blijkt uit de rapportages niet dat de
voortgang van de programma’s in gedrang komt door tekort aan
personeel. 

Daarnaast kunnen de maatregelen die in onze brief van 7 november jl.
(zie antwoord 4) zijn aangekondigd ook worden benut voor het werven en
behouden van specialistisch personeel bij de recherche dat zich bezig
houdt met deze vormen van criminaliteitsbestrijding. 

Vraag 6

Hoe hoog is de toelage die u voorstelt voor zittende rechercheurs om te
voorkomen dat zij vroegtijdig vertrekken? 

Antwoord 6

Het behoud van personeel en het vaststellen van de hoogte van de toelage
is een zaak van de korpsen. Het Besluit Bezoldiging Politie kent de
mogelijkheid van een toelage en een uitkering werving en behoud. De
toelage, uitkering of een combinatie van beide kan maximaal 45.400 euro
per jaar per medewerker bedragen. Het bevoegd gezag kan deze aanwenden
om behoud van personeel te bewerkstelligen en kan per medewerker met een
passende oplossing komen. 

Vraag 7

Is het feit dat u een toelage toekent een erkenning dat het salaris
eigenlijk tekort schiet? Zo ja, wat gaat u aan dit structurele probleem
doen? Zo neen, waarom niet? 

Antwoord 7

De korpsen zijn verantwoordelijk voor het inzetten van toelages die tot
doel hebben personeel te behouden. De noodzaak hiertoe kan per regio
verschillen. Thans wordt onderzocht hoe de beloning van de politie zich
verhoudt tot vergelijkbare beroepsgroepen. Dit onderzoek wordt
uitgevoerd in opdracht van de politievakorganisaties en het ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tezamen. Daarbij wordt ook
specifiek rekening gehouden met de beloning van functies in de
recherche. Over de uitkomsten van dit onderzoek wordt de Kamer te zijner
tijd geïnformeerd. 

1)   HYPERLINK
"http://www.rtl.nl/(/actueel/rtlnieuws/binnenland/articleview/)/componen
ts/actueel/rtlnieuws/2008/11_november/20/binnenland/1120_1845_politiezak
en_te_veel.xml" 
http://www.rtl.nl/(/actueel/rtlnieuws/binnenland/articleview/)/component
s/actueel/rtlnieuws/2008/11_november/20/binnenland/1120_1845_politiezake
n_te_veel.xml 

  IF   REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT     = " " "

" "

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT  Test  

"   

 

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Datum

22  januari 2009

Ons kenmerk

  REF dvRefGegevensOnsKenmerk \* MERGEFORMAT  5582803/09 

  REF dvRubriceringMerkingRefBasis \* MERGEFORMAT    	Pagina   PAGE \*
MERGEFORMAT  5  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  5  



Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Bestuurlijke en Juridische Zaken

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.justitie.nl

Ons kenmerk

5582803/09

Uw kenmerk

2080906500

Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden.

Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.

 	  IF   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  5 > 1"Pagina   PAGE \* MERGEFORMAT
 1  van   SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT  5  " " "  Pagina 1 van 5   



> Retouradres Postbus 20301 2500 EH  Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500  EA  DEN HAAG