Antwoord op vragen van de leden Omtzigt, Blanksma-van den Heuvel en De Nerée tot Babberich over American Depository Receipts
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2009D03844, datum: 2009-01-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.J. Bos, minister van Financiën (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z00164:
- Gericht aan: W.J. Bos, minister van Financiën
- Indiener: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.J.M.G. Blanksma-van den Heuvel, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F.J.F.M. de Nerée tot Babberich, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Geachte voorzitter, Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van de leden Omtzigt, Blanksma-van den Heuvel en De Nerée tot Babberich (allen CDA) over American Depository Receipts. Hoogachtend, de minister van Financiën, Wouter Bos 2080909160 Vragen van de leden Omtzigt, Blanksma-van den Heuvel en De Nerée tot Babberich (allen CDA) aan de minister van Financiën over het bericht dat Amerikaanse financiële instellingen American Depository Receipts (ADR) kunnen uitgeven op in Nederland genoteerde aandelen, zonder dat de aandeeluitgevende vennootschap daar zijn toestemming voor hoeft te geven. (Ingezonden 8 januari 2009) Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het bericht dat Amerikaanse financiële instellingen American Depository Receipts (ADR) kunnen uitgeven op in Nederland genoteerde aandelen, zonder dat de aandeeluitgevende vennootschap daar zijn toestemming voor hoeft te geven? Klopt deze informatie? Ja. Voor zover ik heb kunnen nagaan bij de in het artikel geciteerde advocaten, NYSE-Euronext, AFM en de SEC klopt de informatie. Door een recente wijziging van de SEC-regelgeving kunnen in de VS buiten de beurs om ADR’s worden uitgeven en verhandeld die zijn afgeleid van onder meer Nederlandse uitgevende instellingen die zelf niet genoteerd zijn op een Amerikaanse beurs zonder medewerking van die uitgevende instellingen. Doel van de wijziging was het vergroten van de toegang van Amerikaanse beleggers tot de handel in aandelen van buitenlandse uitgevende instellingen die niet in de VS zijn genoteerd. Voorheen diende de uitgevende instelling een schriftelijke vrijstelling aan te vragen van een registratieplicht voor de uitgifte van dergelijke ADR’s. Door de bedoelde wijziging van de regelgeving is de uitgevende instelling onder bepaalde voorwaarden automatisch, zonder een daar voorafgaande aanvraag van de uitgevende instelling, uitgezonderd van de registratieplicht. Een van de voorwaarden is dat de uitgevende instelling bepaalde informatie in het Engels beschikbaar moet hebben via zijn website in land waar de uitgevende instelling primair verhandeld wordt. De automatische uitzondering van de registratieplicht heeft gezorgd voor een toename van de uitgifte van ADR-programma’s door Amerikaanse banken zonder betrokkenheid van de uitgevende instelling (unsponsored). Bij de uitgifte van ADR’s zonder de medewerking van de uitgevende instelling kan de betrokken uitgevende instelling geen afspraken maken over de voorwaarden van het ADR-programma, zoals bijvoorbeeld welke rechten worden toegekend aan de houders van een ADR, de communicatie tussen de uitgevende instelling en de houders van ADR’s en de hoeveelheid ADR’s die verhandeld wordt. De banken die de ADR’s uitgeven zullen in de regel zelf de aan de aandelen verbonden aandeelhouderrechten kunnen uitoefenen in plaats van de houders van de ADR’s. De SEC staat niet toe dat een unsponsored ADR programma bestaat naast een sponsored ADR programma voor dezelfde aandelen. Indien een uitgevende instelling in dat geval alsnog zelf een sponsered ADR-programma op zou willen zetten, kan de Nederlandse uitgevende instelling in overleg treden met de Amerikaanse bank om het unsponsorded programma uit de markt te nemen. Vraag 2 Onder wiens toezicht vallen deze ADR en welke toezichtregels zijn van toepassing? De aanbieding van ADR’s aan het publiek in de VS valt onder de toezichtregels van de SEC. Voor de aanbieding van ADR’s aan het publiek geldt in de VS een registratieplicht onder de U.S. Securities Exchange Act. Daarnaast geldt dat ADR's de houder het recht geven tot verwerving van aandelen in de achterliggende uitgevende instelling. Ze tellen daarom mee voor het bepalen of de houder een drempelwaarde overschrijdt in een naamloze vennootschap waarvan de aandelen zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt. Houders van ADR's kunnen daarom in Nederland verplicht zijn een substantieel belang bij de AFM te melden op grond van de regels uit hoofdstuk 5.3 van de Wft. Vraag 3 Ondermijnt deze ontwikkeling niet de Nederlandse voornemens in de corporate governance-sfeer om een aandeelhoudersregister op te zetten? In het nog in te dienen wetsvoorstel “Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet giraal effectenverkeer en het Burgerlijk Wetboek naar aanleiding van het advies van de Monitoring Commissie Corporate Governance Code van 30 mei 2007” wordt een methode voor identificatie van aandeelhouders ingevoerd. De identificatie wordt mogelijk omdat de onderneming het recht krijgt om bij Euroclear Nederland (de centrale effectenbewaarder), bij haar aangesloten (Nederlandse en buitenlandse) intermediairs en overige Nederlandse en buitenlandse tussenpersonen die door de onderneming uitgegeven aandelen houden, de gegevens van de cliënten voor wie die aandelen worden gehouden op te vragen. De beoogde regeling verplicht ook buitenlandse intermediairs en overige buitenlandse tussenpersonen tot terbeschikkingstelling van de gegevens aan de uitgevende instellingen. Vraag 4 Vindt u deze mogelijkheid wenselijk? Ik vind het een positieve ontwikkeling dat met ADR’s de toegang van Amerikaanse beleggers tot de handel in aandelen van Nederlandse uitgevende instellingen die niet in de VS zijn genoteerd wordt vergroot, mits daarbij voldoende rekening wordt gehouden met de belangen van Nederlandse uitgevende instellingen. Vooralsnog heb ik van Nederlandse uitgevende instellingen geen signalen ontvangen dat zij nadeel ondervinden van de wijziging van de regelgeving van de SEC. Financieel Dagblad, 5 januari 2009: «Risico beursnotering stijgt». Directie Financiële Markten Ons kenmerk FM/2009/0067 U Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 3 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3 Directie Financiële Markten Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag HYPERLINK "http://www.minfin.nl" www.minfin.nl Ons kenmerk FM/2009/0067 U Uw brief (kenmerk) 2080909160 Bijlagen > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Datum 29 januari 2009 Betreft Vragen van de leden Omtzigt, Blanksma-van den Heuvel en De Nerée tot Babberich over American Depository Receipts, nr 2080909160 Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3