Preview document (🔗 origineel)

---

De vaste commissie voor Economische Zaken, heeft een aantal vragen
voorgelegd aan het kabinet over de brief van 12 december 2008 inzake het
kabinetsstandpunt over de Planologische Kern Beslissing Randstad 380 kV
(31574, nr. 3).

Het kabinet heeft de vragen beantwoord bij brief van [datum]. De vragen
alsmede de daarop gegeven antwoorden zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Tichelaar

De griffier van de commissie,

Franke

Nr	Vraag	Blz

van	

tot

1	Kunt u ingaan op de, ook aan u gezonden, brief van de provincie
Zuid-Holland en bijbehorende motie van respectievelijk 10 en 11 december
2008, om alsnog serieus te onderzoeken of niet de hele verbinding met
HVDC-techniek ondergronds kan worden aangelegd? Kunt u daarbij tevens
ingaan op de constateringen, overwegingen en conclusies in de motie?	0	 

2	Is de termijn tot 1 juli 2015 niet erg ruim, dan moet de
hoogspanningsverbinding toch al lang gerealiseerd zijn? Betekent de
geldigheidsduur van de PKB tot 1 juli 2015 dat de aanleg van het hele
tracé ook zeker nog circa zeven jaar op zich kan laten wachten Wat is
naar de meest recente inzichten de meest waarschijnlijke datum dat de
Noord- en Zuidring worden gerealiseerd? 	0	 

3	Op welke wijze worden de risico’s van elektromagnetische straling
meegewogen in de tracékeuze? Wat de stand van zaken is met betrekking
tot het onderzoek naar de gezondheidsrisico’s hiervan?	0	 

4	Kunt u aangeven welke positieve effecten op natuur en milieu er zijn
door de ruimte die ontstaat door risicoafstanden te bestemmen voor
natuur, zoals in de Kamer besproken?	0	 

5	Wat zouden de gevolgen zijn als de PKB Randstad 380 kV zijn gelding
verliest? Moet dan alle besluitvorming, inclusief de MER, worden
overgedaan? 	7	 

6	Waarom kiest u met deze wijziging voor het figuur van de PKB en niet
direct voor omzetting van de PKB in een structuurvisie of
rijksbestemmingsplan?	7	 

7	Kunt u een indicatie geven van de kosten en baten van de verschillen
in ruimtevraag van bovengrondse en ondergrondse aanleg, met in
ogenschouw genomen de risicoafstanden die bestemming van de gronden
beperken?	18	 

8	Welke bezwaren en zienswijzen van belanghebbenden zijn er, buiten de
elektromagnetische straling, nog meer naar voren gebracht? Welke daarvan
kunnen een serieuze belemmering zijn voor aanleg van het tracé?	18