Preview document (🔗 origineel)

---

Lijst van vragen – initiatiefnota Fietsen in Nederland… een tandje
erbij

Kamerstuknummer	:	31796

Vragen aan	:	Lid Atsma (indiener initiatiefnota)

Commissie	:	Verkeer en Waterstaat



Nr	Vraag	Blz

van	

tot

1	Wat is het concrete doel van de initiatiefnota en in hoeverre sluit
dit aan bij de ambitie van BOVAG en RAI om het aandeel van de fiets te
vergroten van een kwart van alle verplaatsingen in Nederland nu naar een
derde in 2020?	0	 

2	Welke rol hebben de verschillende belangen- en brancheorganisaties,
zoals de Fietsersbond, VVN, BOVAG, RAI et cetera, gespeeld bij het
opstellen van uw initiatiefnota?	0	 

3	Kunt u, in het kader van het belang en de noodzaak van een
geïntegreerd beleid, aangeven op welke vlakken u een centraal beleid
wilt voeren en op welke vlakken u slechts aanbevelingen en suggesties
wilt doen aan gemeenten en provincies? 	0	 

4	Kunt u een prioritering aangeven in uw aanbevelingen?	0

	5	Hoe denkt u ervoor te kunnen zorgen dat er met betrekking tot het
fietsbeleid een gecoördineerde samenwerking komt tussen de diverse
betrokken ministeries?	0

	6	Kunt u op hoofdlijnen de eerste reacties van de in uw initiatiefnota
genoemde betrokken partijen en hun bereidheid om mee te werken aan de
uitwerking ervan uiteenzetten?	0	 

7	Hoe staat u tegenover ruimtelijke ordeningsmaatregelen die het
fietsgebruik binnen steden bevorderen, bijvoorbeeld het aanleggen van
knips in autoroutes en het ombouwen van straten tot fietsstraten, zodat
meer steden zich ontwikkelen tot fietsstad op het niveau van Houten?
Deelt u de mening dat gemeenten moeten worden gestimuleerd dit soort
maatregelen te nemen (Energie Prestatie op Locatie)? Zo ja, hoe wilt u
bereiken dat gemeenten op dit gebied substantiële stappen vooruit
zetten?	0	 

8	Is de daling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers, die blijkt
uit het onderzoek van het Deense ministerie van Verkeer, een relatieve
of een absolute daling?	6

	9	Wat is volgens het onderzoek van het Deense ministerie van Verkeer de
oorzaak van de daling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers;
gaan fietsers zich zelfverzekerder gedragen en daardoor minder fouten
maken of gaan automobilisten voorzichtiger rijden?	6	 

10	Op welke kolom van tabel 1.2.1 zou u het liefst willen inzetten? Waar
valt volgens u de meeste ‘winst’ te behalen? 	7	 

11	Welk aandeel van de € 7 miljard die voor de Nota Mobiliteitsaanpak
is uitgetrokken, is volgens u nodig om het fietsen voldoende te
stimuleren? 	10	 

12	Kunt u het volgens u voor stallingen bij stations benodigde extra
budget van € 60 miljoen onderbouwen? 	10

	13	Zijn er volgens u, gezien de groei op het spoor, niet meer
investeringen nodig in stallingen bij stations?	10

	14	Acht u het mogelijk de extra benodigde budgetten voor onder andere
stallingen en het opknappen van meer woon-werkroutes te financieren uit
besparingen elders binnen de Nota Mobiliteit?	10	 

15	Hoe wilt u ervoor zorgen dat het extra geld, dat volgens u nodig is
om het fietsen te stimuleren, niet ten koste gaat van andere
noodzakelijke investeringen, bijvoorbeeld in het wegennet?	10

	16	Is er onderzoek gedaan naar de reden waarom 57% van de mensen, die
binnen 2,5 kilometer van hun werk wonen, met de auto naar hun werk gaan?
11	 

17	Hoe hoog was het fietsgebruik per 10.000 inwoners in Odense vóór de
uitvoering van het beleidsplan ter bevordering van het fietsgebruik?	11	


18	Hoe moet de regering volgens u mensen stimuleren om meer naar hun
werk te fietsen?	11	 

19	Waaraan denkt u als u het heeft over prikkels die campagnes
effectiever kunnen maken?	11

	20	Welke mogelijkheden zijn er om bij de aanleg en de revitalisering
van bedrijventerreinen extra infrastructuur voor fietsen in te richten? 
11	12

21	Zijn er mogelijkheden om met Europese subsidies de door de grote
hoeveelheid zwaar verkeer hogere onderhoudskosten voor fietspaden op
bedrijventerreinen te dekken?	11	12

22	Wat kan de rijksoverheid doen om te zorgen voor gescheiden
fietsroutes?	12	 

23	Hoe wilt u bereiken dat er op korte termijn een inventarisatie van de
mogelijkheden van betere verlichting en windwering op fietspaden
plaatsvindt in alle gemeenten? Bent u een voorstander van het opstellen
van een convenant met gemeenten en provincies of denkt u aan meer
verplichtende maatregelen? 	12	 

24	Op welke wijze zou het Rijk volgens u kunnen bijdragen aan het lokale
en regionale beleid ten aanzien van betere verlichting en windwering op
fietspaden?	12

	25	Hoe moeten boomkwekerijen er volgens u toe bewogen worden om te
zorgen voor windwering bij fietspaden en wat zou dat kosten?	12	 

26	Heeft u contact gehad met de boomkwekerijsector over ideeën om
fietsen comfortabeler te maken door middel van windwering?	12	 

27	Hoe moet volgens u in het programma van eisen voor het opknappen van
bedrijventerreinen aandacht worden besteed aan fietsvoorzieningen; wat
zou er concreet in moeten komen te staan?	13	 

28	Denkt u dat het Bouwbesluit moet worden aangepast op het punt van
fietsvoorzieningen op bedrijventerreinen? 	13

	29	Bent u voorstander van fietsparkeernormen voor bedrijventerreinen? 
13

	30	Acht u, voor het stimuleren van de fiets op bedrijventerreinen, een
restrictiever parkeerbeleid voor de auto nodig?	13

	31	Wat zou het kosten om een fiscale vergoeding van negentien eurocent
per kilometer in te stellen voor fietsen van en naar het werk en waar
zou dit volgens u uit betaald moeten worden?	13	 

32	Met welke extra regelgeving en administratie zouden werkgevers te
maken krijgen indien een fiscale vergoeding van negentien eurocent per
kilometer voor fietsen van en naar het werk zou worden ingesteld?	13	 

33	Welke rol ziet u voor de rijksoverheid weggelegd bij het bevorderen
van speciale fietsen?	13

	34	Hoe hoog zou het belastingvrije aanschafbedrag in de
bedrijfsfietsenregeling moeten zijn om de E-bike fiscaal aantrekkelijk
te maken en welke gevolgen zou dit hebben voor de rijksbegroting?	13	 

35	Zou het -uit oogpunt van administratieve lastenverlichting- niet
beter zijn om voor bepaalde categorieën fietsen en ‘fietsgerelateerde
zaken’ één fiscaal regime in te voeren?	13	 

36	Als in Nederland wedstrijden voor bedrijfsfietsen zouden worden
georganiseerd, hoe zouden volgens u dan de winnende bedrijven beloond
moeten worden?	13	 

37	Hoe verhouden uw aanbevelingen met betrekking tot
fietspromotiecampagnes (‘Op de fiets werkt beter’, ‘Fietsen
Scoort’, ‘Trappers’) zich tot elkaar? Pleit u voor meerdere
campagnes of voor één integrale campagne waarin verschillende
elementen zijn geïntegreerd? 	14	 

38	Wat betekenen bovengenoemde aanbevelingen voor de rijksbegroting?	14

	39	Is bekend waarom jongeren steeds minder fietsen?	14	 

40	Is er onderzoek gedaan naar de reden waarom ouders hun kinderen per
auto naar school brengen?	14	 

41	Welke van de maatregelen die u noemt om het fietsen naar school te
stimuleren, zijn volgens u het belangrijkst? 	14	15

42	Waar denkt u aan als u het heeft over wettelijke eisen aan de
veiligheid van schoolroutes? 	15	 

43	Hoe moet worden gedefinieerd welke routes onder deze wettelijke eisen
zouden vallen en is dit geen onderwerp van lokaal beleid?	15

	44	Vindt u een wettelijk kader voor schoolroutes daadwerkelijk
noodzakelijk, naast de andere aanbevelingen die u noemt om het fietsen
naar school te stimuleren?	15

	45	Wat zou de aanleg van de verkeerstuinen kosten?	15	 

46	Klopt het dat momenteel niet op alle scholen verkeerslessen worden
gegeven? Zo ja, om hoeveel procent van de scholen gaat het en zou u
pleiten voor een verplichting in het lespakket door het ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap?	15	 

47	Leidt uw suggestie ten aanzien van de OV-studentenkaart niet tot te
hoge administratieve lasten? 	16

	48	Denkt u niet dat studenten vaak gebruik maken van zowel fiets als
OV; bijvoorbeeld van de fiets in hun woonplaats en van het OV in hun
studieplaats?	16

	49	Denkt u dat het mogelijk is om de OV-fiets voor alle
abonnementshouders van de NS gratis te maken? Zo ja, wat is daar volgens
u voor nodig?	16	 

50	Hoe zou een witte-fietsenplan in de steden een impuls voor het
fietsverkeer kunnen zijn?	16	 

51	Heeft de uitvoering van het beleidsplan ter bevordering van het
fietsgebruik er in Odense toe geleid dat fietsers, met name kinderen,
daar helmen dragen?	16	 

52	Wat zijn volgens u de oorzaken van het achterstallig onderhoud van
fietspaden door gemeenten en provincies? 	17	18 

53	Bent u voorstander van een normering voor de kwaliteit van het
onderhoud van fietspaden?	17	18

54	Is, bijvoorbeeld in Europees verband, onderzoek gedaan naar de
effecten op de zichtbaarheid van fietsers van de steeds fellere en vaak
slecht afgestelde autoverlichting, zowel overdag als bij avond/nacht, en
van een verplichting voor auto’s om overdag verlichting te voeren? 	18
 

55	Is volgens u een premiekorting voor fietsers bij zorgverzekeringen
een zaak van de zorgverzekeraars? Zo ja, hoe wilt u de invoering van een
dergelijke korting stimuleren?	19	 

56	Uit welk(e) onderzoek(en) blijkt het verband tussen regelmatig
fietsen en minder ziekteverzuim en is het verband duidelijk genoeg om er
een premiekorting op aanvullende zorgverzekeringen op te baseren?	19	 

57	Voorziet u problemen met de handhaving bij bovengenoemde
premiekorting? Hoe kan gecontroleerd worden dat mensen die de korting
krijgen inderdaad de helft van hun woon-werkverkeer per fiets afleggen?
19

	58	Wilt u alleen de uitstoot van brommers aanpakken en niet die van
auto's? Zo ja, waarom?	20	 

59	Bent u voorstander van bindende richtlijnen ten behoeve van fietsers
met een visuele beperking voor de inrichting van fietspaden buiten de
bebouwde kom?	20	 

60	Hoe kan volgens u het Rijk de uitrol en het gebruik van
fietsrouteplanners stimuleren?	20	 

61	Hoe zouden volgens u het stimuleren van de uitrol en het gebruik van
de landelijke fietsrouteplanners bekostigd moeten worden?	20	 

62	Is er onderzoek gedaan naar de vraag of elke automobilist weet hoe
een wiel moet worden verwisseld en of hij/zij dat dan ook daadwerkelijk
kan?	21	 

63	Hoe denkt u dat het tekort aan fietsenmakers aangepakt moet worden?
21	22

64	Wat vindt u van het voorstel de ‘autovrije zondag’ verder uit te
bouwen en vaker in het jaar plaats te laten vinden?	22	 

65	Welke beperkingen bedoelt u als u het heeft over de mogelijkheden
voor het meenemen van fietsen in de trein? Doelt u op beperkingen in de
spits, ruimtegebrek of andere beperkingen en hoe denkt u dat deze
beperkingen opgeheven kunnen worden?	22	 

66	Vindt u dat fietsen gratis in de trein meegenomen zouden moeten
kunnen worden?	22	 

67	Is het stimuleren van het meenemen van fietsen in de trein in
conflict met het streven om meer mensen in het woon-werkverkeer in de
trein te krijgen via het spoorboekloos rijden, met name in de drukkere
gebieden in Nederland waar veel treinen rijden met veel passagiers die
snel van A naar B moeten kunnen komen?	22	 

68	Is er een overzicht van jurisprudentie inzake claims bij grote
evenementen (bijvoorbeeld over afgelastingen, lichamelijk letsel, schade
en andere zaken) die de positie van de bewuste evenementen of die van de
betrokken organisatoren en vrijwilligers nadelig kunnen beïnvloeden?	24
 

69	Hoe staan volgens u beheerders van natuurterreinen, zoals
Staatsbosbeheer, tegenover verdere openstelling van hun terreinen? 	24	 

70	Is het volgens u nodig om wet- en regelgeving aan te passen
(bijvoorbeeld Natura 2000)?	24

	71	Wat is volgens u de rol van het Rijk bij het stimuleren van de
OV-fiets?	25	 

72	Wordt de procedure omtrent het Bouwbesluit volgens u verlengd en
bemoeilijkt als daarin een eis voor een fietsenberging wordt opgenomen,
met alle nadelen van dien? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe ziet u uw
aanbeveling hierover in het licht van het kabinetsbeleid inzake
vermindering van regeldruk en verlichting van administratieve lasten?	26
 

73	Wat vindt u van de massale sloop van jaren ’60-woningen, die vaak
voorzien zijn van een gelijkvloerse fietsenstalling?	26	 

74	Welke dekking voorziet u voor de verlaging van de BTW-tarieven voor
reparaties en het stallen van fietsen?	27	 

75	Als de fietsenstalling moet worden gezien als het verlengde van de
treinreis, zouden stallingen dan niet gratis moeten zijn, zoals in
Zutphen? 	27

	76	Hoe staat u tegenover uitspraken van de NS in het blad van de
Fietsersbond, dat gratis stallen rondom stations in de toekomst niet
meer mogelijk zal zijn?	27

	77	Hoe kunnen initiatieven van de Fietsersbond, zoals het rapport
‘Bicycle safety in bicycle to car accidents’, de uitwerking van de
initiatiefnota ondersteunen en versterken?	27	 

78	Bent u bereid om voor te stellen SUV’s te verbieden, vanwege hun
botsonvriendelijkheid?	27	 

79	Is bekend hoeveel slachtoffers (doden en gewonden) botsingen tussen
fietsers en auto’s jaarlijks met zich meebrengen?	27	 

80	Hoe hoog is de financiële bijdrage die provincies en gemeenten tot
nu toe in het kader van ‘Ruimte voor de Fiets’ leveren aan
stallingen op NS-stations?	28	 

81	Wat is volgens u de rol van het Rijk bij het vergroten van het aantal
fietsenstallingen in de binnensteden?	28	 

82	Bent u bekend met het fenomeen ‘Fietsensilo’ (Movares,
Mitsubishi, pilot in Japan) en denkt u dat een dergelijke oplossing iets
voor Nederland kunnen zijn?	28	 

83	Bent u van mening dat de overheid zich moet bemoeien met digitale
samenwerking in de tweewielerbranche? Zo ja, waarom? 	29	 

84	Hoeveel geld heeft het ministerie van Economische Zaken al uitgegeven
aan het project Digitale Samenwerking in de tweewielerbranche en met
welk resultaat? 	29

	85	Hoeveel geld is volgens u nodig voor de tweede fase van het project
Digitale Samenwerking in de tweewielerbranche en wat gaat die tweede
fase volgens u concreet opleveren?	29

	86	Hoe verhoudt uw aanbeveling over fietsendiefstal zich tot het Plan
van Aanpak fietsendiefstal (zie   HYPERLINK
"http://www.minbzk.nl/114018/plan-van-aanpak_0" 
http://www.minbzk.nl/114018/plan-van-aanpak_0 ) en het activiteitenplan
2009?	29	 

87	Zou volgens u de Nota Mobiliteitsaanpak aangepast moeten worden om
meer geld vrij te maken voor het fietsen?	31	 

88	Kunt u per (groep) aanbeveling(en) uit uw initiatiefnota een zo
concreet mogelijk overzicht geven van de kosten ervan en de bijbehorende
financieringsplannen?	31	32 

89	Kunt u voor iedere publiekscampagne die u in uw aanbevelingen noemt,
als middel om het gebruik, de populariteit en de veiligheid van fietsen
te verhogen, zo concreet mogelijk aangeven wat, naast de geschatte
kosten, de te verwachten resultaten ervan zijn? 	31	32 

90	Ziet u mogelijkheden om het bedrijfsleven een rol te laten vervullen
in bovengenoemde publiekscampagnes?	31	32



  FILENAME  GRT_OVR_VW_31796.DOC 		  PAGE  1 /  NUMPAGES  5