Het grote aantal onbevoegde leraren in het voortgezet onderwijs
Schriftelijke vragen
Nummer: 2009D05167, datum: 2009-02-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z02015:
- Gericht aan: R.H.A. Plasterk, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Gericht aan: J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
2009Z02015 / 2080912310 Vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) aan de minister en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, over het grote aantal onbevoegde leraren in het voortgezet onderwijs. (Ingezonden 6 februari 2009) 1 Wat is uw oordeel over het artikel “Een duivels dilemma: geen docent of een onbevoegde?”, waarin staat dat ongeveer dertig procent van de leerkrachten in het voortgezet onderwijs zonder de juiste papieren voor de klas staat, wat gelijk staat aan ongeveer 25.000 docenten? 1) 2 Wat is uw reactie op het onderzoek “Onbevoegd lesgeven: een noodoplossing”, waaruit blijkt dat 25 procent van de ondervraagde docenten gemiddeld 6 uur per week onbevoegd les geeft in de onderbouw van het VO en dat er grote zorgen zijn over kwaliteitsverlies van het onderwijs? 2) 3 Welk percentage van de onbevoegde leraren haalt binnen twee jaar zijn bevoegdheid? Welk deel van de onbevoegde leraren haalt binnen twee jaar geen bevoegdheid, maar blijft toch lesgeven? 4 Deelt u de mening dat het zeer kwalijk is voor de kwaliteit van het onderwijs dat dertig procent van de leraren in het voortgezet onderwijs wel eens onbevoegd les geeft? 5 Bent u bereid op korte termijn voor onbevoegde leraren meer voorbereidingstijd, begeleiding, geschikt lesmateriaal en na- en bijscholing te realiseren? Indien u van mening bent dat scholen dit zelf moeten organiseren, maar hier vanwege geldtekort en hoge werkdruk niet aan toekomen, hoe gaat u de situatie dan alsnog verbeteren? 6 Bent u bereid met de HBO-Raad te overleggen over meer flexibele roosters voor lerarenopleidingen, zodat het voor onbevoegde docenten makkelijker wordt zich bij te scholen? 7 Bent u bereid de komst van een aparte lerarenopleiding voor een vmbo-bevoegdheid te bevorderen? 8 Bent u bereid extra budget vrij te maken voor scholen, zodat zij meer mogelijkheden krijgen om onbevoegde leraren te begeleiden? Wilt u bijvoorbeeld de formatieberekening ruimer maken, zoals onderwijssocioloog Marc Vermeulen in het bovengenoemde artikel voorstelt? Zo nee, hoe voorkomt u dat de situatie ongewijzigd blijft? 9 Wat is uw oordeel over het werken in leergebieden, waarbij vakken worden gecombineerd en scholen de vrijheid hebben zelf te bepalen welke lesstof in een leergebied wordt behandeld? 10 Hoe oordeelt u over het feit dat de helft van de docenten van mening is dat de voordelen van de leergebieden niet opwegen tegen de nadelen? 11 Deelt u de zorg dat tweederde van de docenten behoefte heeft aan meer begeleiding voor het werken in leergebieden? Is er voor deze docenten binnen afzienbare tijd zicht op meer begeleiding? Hoe gaat u dit realiseren? 12 Deelt u de mening van veel docenten dat het werken in leergebieden onwenselijk is in het mavo, havo en vwo-gebied? Zo ja, wilt u een voorstel doen om het werken in leergebieden op deze onderwijsniveaus af te schaffen? 13 Is het waar dat scholen volgens de Wet BIO (Beroepen in het Onderwijs) geen melding hoeven te maken van onbevoegde docenten? 3) Zo ja, hoe wordt dan gecontroleerd of onbevoegden een opleidingsplan maken om hun bevoegdheid binnen twee jaar alsnog te halen? Wat zijn de consequenties voor de school wanneer de onbevoegde leraar niet binnen twee jaar zijn bevoegdheid haalt? 14 Hoe verklaart u dat de zorgen over onbevoegde leraren nog steeds springlevend zijn, ondanks het feit dat u dit op 5 oktober 2007 ook al constateerde? Wat heeft u intussen bereikt, aangezien de inspectie hier scherp op zou toezien? 4) 15 Hoe voorkomt u dat de status van het beroep leerkracht afneemt, als het vak in toenemende mate door onbevoegden wordt uitgeoefend? Wat heeft de titel 'beschermd beroep' voor u nog voor betekenis als het gaat om leraren? 16 Deelt u de mening dat het toestaan van onbevoegde leerkrachten in de ‘regeling onderbouw VO’, uiterst kwalijk is voor de status en de kwaliteit van de leraar? Bent u bereid om de conclusies van de verschillende onderzoeken serieus te nemen en op basis daarvan te bezien of aanpassing van de regeling onderbouw VO nodig is, bijvoorbeeld zoals voorgesteld in vraag 11? 1) Het Onderwijsblad, 31 januari 2009, p. 34-35 2) Onbevoegd lesgeven: een noodoplossing - Ervaringen van docenten en schoolleiders in het voortgezet onderwijs, ITS 3) Het Onderwijsblad, 31 januari 2009, p. 36 4) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007-2008, nr. 171