Preview document (🔗 origineel)

---

2009Z02019 / 2080912350

Vragen van de leden Van Miltenburg en Boekestijn (beiden VVD) aan de
minister van Defensie over de afwikkeling van de schadevergoeding aan
ondernemers in de Bommelerwaard als gevolg van het helikopterongeluk bij
Hurwenen in december 2007. (Ingezonden 6 februari 2009)

1

Is het waar dat ondernemers die schade hebben geleden als gevolg van het
helikopterongeluk met een Apache in Hurwenen in december 2007, 13
maanden na dato nog steeds geen schadevergoeding hebben ontvangen? 

2

Zo ja, hoeveel schadeclaims staan er op dit moment nog open? 

3

Hoe groot is de omvang van die claims gemiddeld?

4

Hoe komt het dat deze claims nog niet zijn afgehandeld?

5

Heeft u aanwijzingen dat de ingediende claims niet overeenkomen met de
daadwerkelijk geleden schade? Zo ja, om wat voor aanwijzingen gaat het? 

6

Is het waar dat in januari 2009 deze ondernemers per brief is gevraagd
om een aanvulling op hun melding van schade “Stroomstoring
Bommelerwaard”?

7

Wie is er in uw ogen verantwoordelijk voor de administratieve
afhandeling van de schadeclaims?

8

Deelt u de mening dat genoemde ondernemers de dupe zijn geworden van een
situatie die zij niet zelf konden beïnvloeden of voorzien en dat zij
dus niet onnodig mogen worden belast met allerlei administratieve
rompslomp en met de kosten die daar mee samenhangen?

9

Zo ja, waarom worden de verantwoordelijkheid, de administratieve last en
de administratieve kosten van de schadeclaims geheel bij de ondernemers
neergelegd?

10

Waarom is er deze keer niet, net als in 1995 na schade veroorzaakt door
gedwongen evacuatie wegens hoge waterstanden, voor gekozen deskundige
taxateurs in te zetten om de schade vast te stellen ten behoeve van
schadeafhandeling door de overheid?

11

Bent u bereid de ondernemers die daar een verzoek toe indienen eventueel
een voorschot te geven op hun schadeclaim, dit mede met het oog op de
financieel-economische situatie waar ook de ondernemers in de
Bommelerwaard last van hebben?

12

Op welke termijn kunnen de benadeelde ondernemers hetgeen waar ze recht
op hebben tegemoet zien?