[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Leijten over gehandicapteninstelling Amerpoort en Sherpa

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D05486, datum: 2009-02-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z10144:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ  Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG

Datum  9 februari 2009

Betreft	Kamervragen

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten
(SP) over gehandicapteninstelling Amerpoort en Sherpa (2008Z10144 /
2080908430).

Hoogachtend,

de staatssecretaris van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker

Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Leijten over
gehandicapteninstelling Amerpoort en Sherpa. (2008Z10144 / 2080908430)

1

Bent u van mening dat er bij het plan van Sherpa en Amerpoort om te
komen tot de parkwijk De Zandheuvel sprake is van omgekeerde integratie
(het bouwen van woningen voor niet gehandicapten op het
instellingsterrein) en dat er sprake is van grote wijzigingen in de
huisvestiging? Zo ja, kunt u uw antwoord toelichten?

1

Bij de bouwplannen van Sherpa en Amerpoort is er deels sprake van
omgekeerde integratie. In antwoord op eerdere kamervragen van mevrouw
Van Gijlswijk (kenmerk: 2060718890) heb ik aangegeven dat de bouwplannen
bij deze instellingen voortvloeien uit de noodzaak de huidige gebouwen
aan te passen; het gaat hier om zgn. ā€˜rood/oranjeā€™ scorende
plaatsen, plaatsen die qua kwaliteit van de huisvesting onvoldoende
zijn.

De bouwplannen omvatten deel een deconcentratie van de plannen en deels
vervangende nieuwbouw op de hoofdlocaties. Daarnaast wordt een deel van
het instellingsterrein opengesteld voor de bouw van woningen van
particulieren.

2

Bent u voorts van mening dat bij deze grote verandering een
leef/woonwensenonderzoek moet worden afgenomen bij alle individuele
bewoners? 

2

Ik vind het wenselijk dat instellingen luisteren naar de wensen van de
cliƫnten en daar rekening mee houden. Hetgeen overigens niet wil zeggen
dat de uitkomsten van het leefwensenonderzoek de enige factor is die
moet worden gewogen bij het ontwikkelen van bouwplannen. De aanvraag van
Sherpa en Amerpoort stamt uit 1998. Hierop is het regime uit die periode
(WZV) van toepassing. Niettemin heeft men hier wel een
leefwensenonderzoek uitgevoerd en meegewogen.

3

Is voor het plan van de parkwijk een vergunning afgegeven door het
College Bouw? Zo ja, op welk woonwensonderzoek hebben het College Bouw
en u dat gebaseerd? Zo ja, wanneer heeft dit onderzoek plaatsgevonden?
Kunt u de Kamer dat onderzoek doen toekomen?

3

Er is geen integrale vergunning afgegeven voor de totale
herstructurering van beide instellingen of voor de totale opzet en
inrichting van het plan parkwijk De Zandheuvel. Wel zijn diverse
verklaringen/vergunningen afgegeven voor onderdelen van het parkplan.
Het College Bouw Zorginstellingen (Cbz) heeft daarbij op de
gebruikelijke wijze de plannen getoetst aan de geldende beleidsregels en
bouwmaatstaven en prestatie-eisen. Voor de toetsing van woonwensen heeft
het Cbz zich onder meer gebaseerd op het structuurplan Eermeroord
1998-2004 en nadere informatie van beide instellingen.



4

Bent u van mening dat de instellingen bij de gevolgde weg van de
huisvestigingsplannen aan de normeringen die het College Bouw stelt aan
de randvoorwaarden voor het bouwen en financieren van woningen heeft
voldaan? Zo ja, kunt u de Kamer inzage geven op de wijze waarop de
controle is uitgevoerd?  

4

Het Cbz geeft alleen een vergunning af als een bouwaanvraag voldoet aan
de geldende beleidsregels en prestatie-eisen. De betreffende
beleidsregels en prestatie-eisen zijn openbaar.

5 

Wat is uw mening over het feit dat er nog steeds veel onrust is bij
ouders en verwanten van de bewoners van deze instellingen en dat deze
nog steeds niet weggenomen zijn? 1) 

5

Recentelijk heeft de Centrale Vertegenwoordigersraad (CVR) van Sherpa
mij schriftelijk benaderd, onder meer naar aanleiding van deze door u
gestelde vragen. Zij heeft mij aan dat er regelmatig overleg is over de
ontwikkeling en invulling van het integrale plan park De Zandheuvel en
dat zij ervaart dat zij daar volwaardig bij betrokken wordt. Eveneens
geeft zij aan zij frequent met bewoners, ouders en verwanten overlegd,
waarbij nadrukkelijk de omgekeerde integratie aan de orde komt en dat
zij geen grote onrust ervaart.

Dat neemt niet weg dat waar mensen nog wel onrust ervaren, ik aanneem
dat de instelling er alles aan zal doen om mensen zoveel mogelijk bij
het proces te betrekken. Ik realiseer me daarbij echter ook dat voor een
deel van de mensen de veranderingen als groot ervaren worden en onrust
niet altijd weg te nemen is.

6

Bent u van mening dat een Persoonlijk Ondersteuning Plan een
(onafhankelijk) woonwensonderzoek kan vervangen? Bent u voorts van
mening dat raadpleging van inspraakorganen het leefwensonderzoek kan
vervangen? Zo ja, kunt u uw antwoord toelichten?

6

In het persoonlijk ondersteuningsplan of zorgondersteuningsplan worden
afspraken gemaakt over hoe invulling wordt gegeven aan de feitelijke
zorg en eventueel met welk ontwikkelingsdoel. De manier van wonen kan
daar een wezenlijk onderdeel van uitmaken. In dat opzicht kunnen
zorgondersteuningsplannen een goede bron van informatie vormen over hoe
cliƫnten willen wonen nu en in de toekomst. Opgeteld bij advies vanuit
de cliƫntenraad kan een goed beeld ontstaan van wat cliƫnten willen.

7

Herinnert u zich uw antwoord op eerdere vragen over dit onderwerp 2)
waarin u heeft aangegeven dat het aan de Raden van Bestuur en de Raden
van Toezicht is om de communicatieproblemen met de bezorgde ouders en
verwanten op te lossen. Bent u van mening dat dit goed lukt? Zo neen,
welke maatregelen kunt en wilt u treffen om er voor te zorgen dat beide
partijen alsnog goed met elkaar gaan communiceren? Zo ja, hoe verklaart
u de onrust bij honderend ouders en verwanten? 

7

In antwoord op eerdere kamervragen heb ik aangegeven dat het primair een
taak is van het bestuur om communicatieproblemen tussen cliƫnten en hun
vertegenwoordigers en de instelling op te lossen. In dit geval geeft de
Centrale Vertegenwoordigersraad (CVR) van Sherpa zelf aan dat de
instelling naar hun tevredenheid handelt. Dat is voor mij voldoende.

8

Bent u van mening dat op een groot instellingsterrein kleinschalige
woonprojecten voor grote groepen gehandicapten een hele veilige en goede
woonomgeving kunnen zijn? Zo ja, hoe draagt u er zorg voor dat deze
woonvormen en de veiligheid blijven bestaan? Zo neen, kunt u dat
toelichten?

8

Veilig wonen kan in diverse omgevingen gerealiseerd worden, dus ook via
kleinschalige projecten op een groot instellingsterrein. Het is aan de
instelling om in te schatten of zij in de gekozen woonvorm verantwoorde
zorg kunnen leveren. Op dat laatste punt zal de Inspectie voor de
Volksgezondheid hen ook beoordelen.

9

Bent u van mening dat het geld dat verdiend wordt met de verkoop van
woningen bestemd voor niet gehandicapten op het instellingsterrein moet
terugvloeien naar de zorg aan de gehandicapten en niet in de organisatie
moet blijven hangen op bijvoorbeeld bestuursniveau in de vorm van
bonussen, hoge salarissen, mooie werkkamers etc.? Zo ja, hoe gaat u dit
controleren? Zo neen, kunt u uw antwoord toelichten? 3)

9

Op hoofdlijnen ben ik het met u eens.  De regels in de zorg schrijven
voor dat opbrengsten bij verkoop van onroerend goed aan de zorg ten
goede moeten komen. Daar wordt door het college sanering
zorginstellingen en de NZA op toegezien. Hoe deze opbrengsten binnen een
instelling aan zorg worden besteed is aan de instelling zelf. Toezicht
spitst zich met name toe op de kwaliteit van de zorg.

1) De Gooi en Eemlander, 15 december 2008 

2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2006-2007, nr. 2249

3) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 592

Bezoekadres:

Parnassusplein 5

2511 VX  DEN HAAG

T	070 340 79 11

F	070 340 78 34

www.minvws.nl

Ons kenmerk

DLZ-K-U-2904456

Bijlagen

1

Uw brief

23 december 2008

Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding
van de datum en het kenmerk van deze brief.