Antwoord op vragen van het lid Van Raak over gemeentelijke bezwaarcommissies en antwoord op vragen van de leden Heijnen en Heerts over partijdigheid van bezwaarschriftencommissies
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2009D07637, datum: 2009-02-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Onderdeel van zaak 2009Z01662:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Indiener: A.A.G.M. van Raak, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2009Z02040:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: P.M.M. Heijnen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A.J.M. Heerts, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Justitie en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door het lid Van Raak (SP) over gemeentelijke bezwaarcommissies. Deze vragen werden ingezonden op 3 februari 2009 met kenmerk 2009Z01662 / 2080911600. Tevens doe ik u hierbij, mede namens de minister van Justitie en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden toekomen op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door de leden Heijnen en Heerts (beiden PvdA) over partijdigheid van bezwaarschriftencommissies. Deze vragen werden ingezonden op 6 februari 2009 met kenmerk 2009Z02040 / 2080912480. DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES, Mevrouw dr. G. ter Horst 2009Z01662 / 2080911600 Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over gemeentelijke bezwaarcommissies. (Ingezonden 3 februari 2009) 1 Wat is uw reactie op het bericht dat leden van gemeentelijke bezwaarschriftcommissies in veel gevallen partijdig zijn, omdat ze vaak verbonden zijn aan het gemeentebestuur? 1) 2 Deelt u de mening dat gemeentelijke bezwaarcommissies onafhankelijk moeten zijn en iedere schijn van belangenverstrengeling moet worden voorkomen? Zo nee, waarom niet? 3 In welke gemeenten worden bezwaarschriftcommissies bemand met mensen die als bestuurder of als medewerker zijn betrokken bij het beleid? Antwoord 1-3 Ik deel niet het beeld zoals in het aangehaalde bericht wordt geschetst. Ik heb de indruk dat sprake is van een misverstand, waarbij het horen door het bestuursorgaan zelf en het horen door een adviescommissie met elkaar wordt verward. Een belanghebbende kan tegen een besluit bezwaar maken. Voordat het bestuursorgaan dat het besluit genomen heeft op het bezwaar beslist, stelt het belanghebbenden in beginsel in de gelegenheid te worden gehoord. Dit kan volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) op twee manieren. Ingevolge artikel 7:5 Awb kan het horen (mede) door het betrokken bestuursorgaan zelf plaatsvinden (dan wel de voorzitter of een lid daarvan) dan wel door een persoon die niet bij de voorbereiding van het bestreden besluit betrokken is geweest of meer dan één persoon van wie de meerderheid, onder wie degene die het horen leidt, niet bij de voorbereiding van het besluit betrokken is geweest. Als alternatief kunnen gemeenten er voor kiezen ten behoeve van de beslissing op het bezwaar een adviescommissie in te stellen die bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden, waarvan de voorzitter geen deel uitmaakt van en niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan (artikel 7:13 Awb). Deze adviescommissie hoort dan de eventuele belanghebbenden. De wetgever heeft de gemeenten dus keuzevrijheid willen laten. Ik heb geen overzicht van de keuzes die de afzonderlijke gemeenten daarbij hebben gemaakt. Daarbij zij nog aangetekend dat de beslissing op bezwaar uiteindelijk wordt genomen door het bestuursorgaan dat het bestreden besluit genomen heeft. In de bezwaarfase gaat het om heroverweging door het bestuur. Het horen van belanghebbenden maakt onderdeel uit van dat proces. Het is dan juist goed dat het bestuur de mogelijkheid heeft belanghebbenden zelf te kunnen horen. Voor onafhankelijke toetsing is de rechter bedoeld. Vandaar dat voor belanghebbenden na de beslissing op het bezwaar de mogelijkheid open staat van beroep op de rechter. De burgemeester ziet toe op een zorgvuldige behandeling van bezwaarschriften (artikel 170, eerste lid, onder d, van de Gemeentewet), en is hierover verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad. 4 Bent u bereid, eventueel in overleg met het VNG, maatregelen te nemen om de onafhankelijkheid van bezwaarcommissies in alle gemeenten te garanderen? Bent u bereid de Tweede Kamer daarover te informeren? Antwoord 4 Zoals uit het bovenvermelde antwoord moge blijken is de onafhankelijkheid van bezwaarcommissies niet in het geding. De wetgever heeft de gemeenten keuzevrijheid willen laten. De VNG adviseert haar leden niettemin het horen over te laten aan een adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 Awb en heeft daartoe een modelverordening opgesteld. Volgens de VNG neemt een groot deel van de gemeenten deze verordening over. 1) Trouw.nl, 29 januari 2009 2009Z02040 / 2080912480 Vragen van de leden Heijnen en Heerts (beiden PvdA) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie over partijdigheid van bezwaarschriftencommissies. (Ingezonden 6 februari 2009) 1 Kent u het bericht “Burgemeester oordeelt over eigen besluit” 1)? Antwoord 1 Ja. 2 Is er in de gemeente Alkmaar sprake van een adviescommissie op bezwaarschriften zoals bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht? Zo ja, hoe verhoudt het feit dat een burgemeester zelf voorzitter is van deze commissie zich tot wat in bovengenoemd artikel in lid 1 onder b is bepaald, namelijk dat de voorzitter van een dergelijke commissie niet werkzaam mag zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan? 3 Komt de wijze waarop in Alkmaar over bezwaarschriften wordt geoordeeld ook in andere gemeenten voor? Zo ja, in hoeveel gemeenten? Hoeveel gemeenten kennen bezwaarschriftcommissies die zijn samengesteld uit louter leden die niet aan de gemeente zijn verbonden? Antwoord 2 en 3 De gemeente Alkmaar kent geen adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 Awb. In plaats daarvan maakt de burgemeester gebruik van zijn bevoegdheid op grond van artikel 7:5 Awb om zelf belanghebbenden te horen. In meer gemeenten wordt op deze wijze in het horen van belanghebbenden voorzien. Het oordeel over een bezwaarschrift, dus de beslissing op het bezwaar, komt uiteindelijk aan het betrokken bestuursorgaan toe. Er zijn ons geen cijfers bekend van het aantal gemeenten met een adviescommissie (en hun samenstelling) onderscheidenlijk het aantal gemeenten waarin het horen van belanghebbenden conform artikel 7:5 Awb geschiedt. 4 Bent u van mening dat de wijze waarop in Nederlandse gemeenten over bezwaarschriften wordt geoordeeld, voldoende waarborgen biedt tegen partijdigheid van degenen die die bezwaarschriften behandelen? Zo ja, wat is dan uw mening over de opmerkingen van de hoogleraren De Vries en Engels in het genoemde krantenartikel? Zo nee, wat gaat u dan ondernemen om deze partijdigheid tegen te gaan? Antwoord 4 Zoals ook is aangegeven in antwoord op Kamervragen van de heer Van Raak is naar ons oordeel sprake van een misverstand, wat tot een onjuiste beeldvorming over de afhandeling van bezwaarschriften door gemeenten heeft geleid. De wijze waarop gemeenten bezwaarschriften afhandelen is in overeenstemming met de wettelijke regels. Gemeenten kunnen op twee manieren belanghebbenden horen: het betrokken bestuursorgaan kan zelf horen (artikel 7:5 Awb), maar dit kan ook door een adviescommissie geschieden (artikel 7:13 Awb). Het betrokken bestuursorgaan beslist uiteindelijk op het bezwaar. Nadien kan men nog in beroep. De onafhankelijke beoordeling vindt dan plaats door de rechter. 1) Trouw, 29 januari 2009 Zie de Regeling behandeling bezwaarschriften gericht aan burgemeester en wethouders en aan de burgemeester (vastgesteld bij besluit van burgemeester en wethouders van Alkmaar van 26 augustus 2003). DOCPROPERTY Datum_kop \* MERGEFORMAT Datum DOCPROPERTY Datum \* MERGEFORMAT 18 februari 2009 DOCPROPERTY Kenmerk_kop \* MERGEFORMAT Kenmerk DOCPROPERTY Kenmerk \* MERGEFORMAT 2009-0000066585 DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 2 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 5 DOCPROPERTY Directie \* MERGEFORMAT Directie Openbaar Bestuur en Democratie DOCPROPERTY Onderdeel \* MERGEFORMAT KKB DOCPROPERTY Bezoekadres \* MERGEFORMAT Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag DOCPROPERTY Postadres \* MERGEFORMAT Postbus 20011 2500 EA Den Haag DOCPROPERTY InternetAdres \* MERGEFORMAT www.minbzk.nl DOCPROPERTY Contactpersoon_kop \* MERGEFORMAT Contactpersoon DOCPROPERTY CPNaam \* MERGEFORMAT Mr. A.P. Krijnen DOCPROPERTY T_kop \* MERGEFORMAT T DOCPROPERTY CPTel \* MERGEFORMAT (070) 426 7791 DOCPROPERTY CPEmail \* MERGEFORMAT alain.krijnen@minbzk.nl DOCPROPERTY Kenmerk_kop \* MERGEFORMAT Kenmerk DOCPROPERTY Kenmerk \* MERGEFORMAT 2009-0000066585 DOCPROPERTY UwKenmerk_kop \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY UwKenmerk \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Bijlagen_kop \* MERGEFORMAT Bijlagen DOCPROPERTY AantalBijl \* MERGEFORMAT 2 DOCPROPERTY Retouradres_kop \* MERGEFORMAT > Retouradres DOCPROPERTY Retouradres \* MERGEFORMAT Postbus 20011 2500 EA Den Haag DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Aan \* MERGEFORMAT Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG DOCPROPERTY Datum_kop \* MERGEFORMAT Datum DOCPROPERTY Datum \* MERGEFORMAT 18 februari 2009 DOCPROPERTY Onderwerp_kop \* MERGEFORMAT Betreft DOCPROPERTY Onderwerp \* MERGEFORMAT antwoord kamervragen 2009Z01662 / 2080911600 en 2009Z02040 / 2080912480 DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 5