[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Van Gent en Dibi over de huurstijging van studentenkamers

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D08080, datum: 2009-02-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2009Z00516:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte Voorzitter,

Bijgaand doe ik u, mede namens de minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, de antwoorden toekomen op vragen van de leden Van Gent en
Dibi (beiden Groen Links) over de huurstijging van studentenkamers
(ingezonden 15 januari 2009). 

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht ‘Huur studentenkamer stijgt 7
procent’?  

 

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Schrikt u ook als u hoort dat de gemiddelde studentenkamer 343 euro
kost, terwijl de basisbeurs voor uitwonende studenten slechts 260 euro
bedraagt? Zo nee, waarom niet? 

Antwoord

Nee.

Dit onderzoek betreft gegevens over het aanbod van kamers op   HYPERLINK
"http://www.kamernet.nl"  www.kamernet.nl . De aanbieders zijn over het
algemeen particuliere verhuurders. De huurprijs wordt aangegeven
inclusief de bijkomende kosten als gas, electra en water
(servicekosten). De kale huur is derhalve lager. Bovendien ligt de
kamerhuur die particuliere verhuurders vragen gemiddeld hoger dan de
huur die sociale verhuurders vragen. 

Een huurder kan met behulp van het woningwaarderingsstelsel
(puntenstelsel) uitrekenen wat de maximale huurprijs voor zijn kamer is.
Wanneer de huurder meent dat hij teveel huur betaalt kan hij bij de
huurcommissie terecht om huurverlaging te vragen.

De basisbeurs beoogt niet alle kosten voor levensonderhoud van studenten
te dekken. De totaal beschikbare studiefinanciering bestaat uit een
basisbeurs, aanvullende beurs, OV-Studentenkaart en leenmogelijk-heden.
Deze componenten tellen op tot het normbudget. Uitgangspunt is dat drie
partijen hieraan bijdragen: overheid (basisbeurs, aanvullende beurs en
OV-Studentenkaart), ouders (veronderstelde ouderlijke bijdrage) en
student (leenmogelijkheden, bijverdienen). Daar waar het inkomen van de
ouders niet voldoende is om een ouderlijke bijdrage te leveren, voorziet
de overheid in een aanvullende beurs. Het normbudget voor
levensonderhoud is een lumpsumbedrag (voor een uitwonende student in het
hoger onderwijs bedraagt het normbudget voor 2009 € 775,38 per maand)
waarvan een student met gemiddeld bestedingspatroon kan rondkomen. Onder
de kosten van levensonderhoud vallen ook de kosten voor woonlasten. Er
is in de studiefinanciering geen specifiek bedrag geoormerkt voor
huisvesting of woonlasten. 

Vraag 3

Bent u bereid ook studenten die in een onzelfstandige woonruimte wonen
recht op huurtoeslag te geven, zodat ook eindelijk de motie-Van Bochhove
en Van Gent  wordt uitgevoerd? Zo nee, waarom niet? 

Antwoord

Nee. Een dezer dagen zal een brief aan de Tweede Kamer worden gezonden
over studentenhuisvesting. In deze brief wordt ook een toelichting
gegeven op de effecten van huurtoeslag voor onzelfstandige wooneenheden.
  

 

Vraag 4

Vindt u het ook wenselijk dat de huur van studentenkamers jaarlijks
maximaal met het inflatiepercentage mag stijgen? Zo nee, waarom niet?

 

Antwoord 

De huurprijs van lopende huurovereenkomsten mag jaarlijks stijgen met
het maximale huurverhogingspercentage voor woonruimten, zoals dat
jaarlijks voor de periode 1 juli-30 juni wordt vastgesteld. Deze
maximale huurverhoging geldt ook voor onzelfstandige woningen (kamers).
Dit percentage ligt momenteel op het inflatiepercentage en dit zal ook
per 1 juli 2009 het geval zijn. Bij nieuwe huurovereenkomsten mag de
verhuurder de huurprijs vaststellen zoals hij zelf wil, mits deze de
maximale huurprijs niet te boven gaat.  In dat geval kan de huurder
namelijk om huurverlaging vragen bij de huurcommissie, zoals reeds
vermeld bij het antwoord op vraag 2. Er zijn geen normen voor de
ontwikkeling van de gemiddelde huur van studentenkamers.

Hoogachtend, 

de minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

E.E. van der Laan

 	ANP, 13 januari 2009

 	Kamerstukken II, 2002-2003, 28 600 XI, nr. 33

	Pagina   PAGE  2  van   NUMPAGES  2 





Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer



der Staten Generaal



Postbus 20018



2500 EA  Den Haag

































Datum	20 februari 2009

Betreft	Vragen van de leden Van Gent en Dibi (beiden Groen Links) over
de huurstijging van studentenkamers



  SHAPE  \* MERGEFORMAT   

	Pagina   PAGE  1  van   NUMPAGES  2 

Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie

Directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid & Corporaties

Huurbeleid en Aandachtsgroepen



Datum

20 februari 2009

Kenmerk

ABC 2009005012



Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie

Directie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid & Corporaties

Huurbeleid en Aandachtsgroepen



Rijnstraat 8

Postbus 30941

2500 GX  Den Haag

www.vrom.nl

www.vrom.nl







Contactpersoon





T  070-3393014

F  070-3391255













Kenmerk

ABC 2009005012

Uw kenmerk

2009Z00516 / 2080909

770



















Paraaf

dABC

























VROM verandert en krijgt een nieuwe huisstijl. Kijk voor meer informatie
op   HYPERLINK "http://www.vrom.nl" \o "http://www.vrom.nl/" 
www.vrom.nl