Notitie van Broekers-Knol en Van Dijk
Brief lid / fractie
Nummer: 2009D08789, datum: 2009-02-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.J. (Jan Jacob) van Dijk, voorzitter van de tijdelijke gemengde commissie subsidiariteitstoets (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z03481:
- Indiener: J.J. (Jan Jacob) van Dijk, voorzitter van de tijdelijke gemengde commissie subsidiariteitstoets
- Voortouwcommissie: tijdelijke gemengde commissie subsidiariteitstoets
- 2009-03-03 09:45: Procedurevergadering TGCS (Procedurevergadering), tijdelijke commissie subsidiariteitstoets
Preview document (🔗 origineel)
Aan: de leden van de TGCS Van: Ankie Broekers en Jan Jacob van Dijk Betreft: conciliatievergaderingen In de afgelopen periode hebben we enkele malen conciliatievergaderingen gehouden op basis van de afgesproken procedure in geval van verschil van mening tussen de vaste commissies van de beide Kamers. Er is dan verschil van mening tussen de Eerste en Tweede Kamer. Het doel van de conciliatie is om te bezien of het mogelijk is om aan de TGCS een gemeenschappelijk advies te geven. Leden van de Vaste Kamercommissie leggen uit waarom zij zijn gekomen tot hun standpunt. De voorzitter dan wel de vice-voorzitter van de TGCS probeert te bemiddelen en te onderzoeken of er mogelijkheden bestaan om tot overeenstemming te komen. Zij zijn de personen die een conclusie zullen trekken. Het woord wordt verder gevoerd door de leden van de Vaste Kamercommissies. Ervaringen tot nu toe In de afgelopen periode hebben we zeven maal een procedure tot conciliatie gestart. Daarvan hebben we vier tot een goed einde weten te brengen., een zijn we niet gestart, omdat er geen zicht op overeenstemming was, en twee zijn niet gelukt. Als werkwijze is in de afgelopen periode gewerkt met soms een vergadering bijeen te roepen, soms via een schriftelijke procedure (denk aan de richtlijn gelijke behandeling). Er zijn enkele zaken die in de afgelopen periode zijn opgevallen: het is geen automatisme meer dat de Eerste Kamer in zijn geheel tegenover de gehele Tweede Kamer komt te staan. Vaak lopen de scheidslijnen langs politieke lijnen (hetgeen ook min of meer was voorspeld in het eerste rapport); de discussies worden daarmee meer politiek, hetgeen een beoogde doelstelling was; de discussie dreigt soms in een Babylonische spraakverwarring te ontaarden als het gaat om subsidiariteit en proportionaliteit; de TGCS moet bezien in hoeverre het mogelijk is om tot een eensluidend advies te komen aan de voltallige Eerste en Tweede Kamer. Daarin moet zij onderzoeken of er speelruimte is om tegenstellingen te overbruggen tussen diverse geledingen. Voorkomen moet worden dat de TGCS het werk van de Vaste Kamercommissies over gaat doen. Daar is de commissie niet toe in staat en dat mag ook niet de bedoeling zijn. het doel was juist om de niet EU-specialisten meer bij het Europese werk te betrekken. Me dunkt dat we daar stevig in slagen. Maar dat vraagt een bescheiden rol van onze commissie. Niet alleen in onze reguliere vergaderingen, maar ook in onze conciliatievergaderingen. De leden van de Vaste Kamercommissies moeten zich laten overtuigen door elkaar en niet door de leden van de TGCS. Er wordt juist advies gevraagd aan de Vaste Kamercommissies vanwege hun deskundigheid op het desbetreffende terrein. De TGCS kan alleen enkele suggesties aandragen en een faciliterende rol spelen. In dat kader zou het aanbeveling verdienen als de Vaste Kamercommissies, die het inhoudelijke oordeel opstellen al tijdens het proces meer met elkaar in conclaaf gaan. Het grote probleem is dat de posities van beide Kamers bij een te houden conciliatievergadering al zover vast ligt dat het vrijwel onmogelijk is om nog een verschuiving van standpunten teweeg te brengen. Daarbij moet worden opgemerkt dat het geen schande is als er verschillende standpunten naar buiten worden gebracht. Het is voor de helderheid, zowel voor de Commissie als voor andere instellingen beter om duidelijkheid te krijgen over de diverse standpunten dan dat elk verschil van mening wordt toegedekt door het stellen van vragen. In de afgelopen maanden is het voorgekomen dat de tegenstellingen schijnbaar werden opgelost door meer informatie te vragen. Als beide Kamers een gebrek aan informatie hebben ware het raadzaam om op dat moment een technische briefing te organiseren met vertegenwoordigers van de Europese Commissie en het meest betrokken ministerie. Dan kan het tekort aan informatie direct worden opgelost. Het is aan te bevelen om dat door de Vaste Kamercommissie te laten doen. Verder is het goed om op korte termijn te bezien of we een bespreking kunnen wijden aan de begrippen subsidiariteit en proportionaliteit. In de afgelopen maanden leek het alsof er interpretatieverschillen en verschillen van opvatting over de relevantie van de beide begrippen voor de uiteindelijke afweging bij de leden van de TGCS bestonden. Daartoe zouden we op een aparte bijeenkomst van twee à drie uur eens dieper op dit thema in kunnen gaan.