Preview document (🔗 origineel)

---

 Geachte Voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport, de antwoorden op de vragen van afgevaardigde Van Leeuwen (SP)
inzake het gedifferentieerd handhavingsbeleid biociden.

Vragen van het lid Van Leeuwen (SP) aan de minister van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over de lijst met
giftige producten

Kunt u vóór vrijdag 27 februari het overzicht van de door u
aangetroffen giftige producten vrijgeven 1)? Zo nee, waarom niet? 

Neen, dat kan ik niet. Een dergelijke lijst van “giftige” producten
is er niet.

Zoals ik uiteengezet heb in mijn schrijven aan uw Kamer van maandag
jongstleden is er, in mijn opdracht, een inventarisatie en
risico-inschatting geweest door Royal Haskoning naar niet-toegelaten
gebruik van biociden. Haskoning heeft geconcludeerd dat er geen actieve
stoffen zijn die in biocidenproducten zitten met een zodanig hoog
risicoprofiel dat zij per direct van de markt gehaald zouden moeten
worden vanwege gevaar voor mens en milieu.

Deze inventarisatie was een quick-scan en op het niveau van de actieve
stoffen, die het werkzame deel vormen van de biocide middelen. 

De actieve stof vormt het meest risicovolle bestanddeel van een biocide.
Vandaar dat het voor de hand ligt een eerste inventarisatie op het
niveau van de actieve stof uit te voeren. 

In vervolg op de quick-scan inventarisatie heb ik de stoffen laten
indelen in risicogroepen. Ik heb daarbij laten nagaan of er stoffen
tussen zaten die qua risicoprofiel niet geaccepteerd konden worden én
heb ik laten checken welke stoffen reeds Europees niet meer op de markt
gebracht mochten worden. Ook deze risico-indeling heb ik als bijlage bij
mijn brief van maandag jongstleden aan uw Kamer toegezonden. Zoals
gezegd zijn er geen stoffen aangetroffen met een onaanvaardbaar
risicoprofiel. Wel zijn 80 stoffen geïdentificeerd die op basis van
Europees rechtelijke regels niet meer op de markt gebracht mogen worden
in biociden. Ik zal dan ook onverkort handhavend optreden tegen biociden
die deze stoffen bevatten. 

Ten aanzien van de overige actieve stoffen, waarvoor geen acute noodzaak
bestaat deze direct van de markt te verwijderen, heb ik Haskoning
gevraagd een indeling te maken op basis van het risicoprofiel. Biociden
op basis van actieve stoffen met het hoogste risicoprofiel (rode
stoffen) zullen het eerst beoordeeld worden door het Ctgb. Die met het
laagste risicoprofiel het laatst. 

Voorafgaand aan de daadwerkelijke beoordeling door het Ctgb zal een
aanmeldingsprocedure plaats vinden van 15 april tot en met 15 juli. In
de aanmeldingsprocedure zullen alle producenten van biociden hun niet
toegelaten biociden moeten aanmelden. Deze aanmeldingsprocedure zal een
lijst opleveren met producten die vallen onder het mij voor ogen staande
gedifferentieerde handhavingsbeleid. Gedurende deze aanmelding zal ook
gekeken worden of het noodzakelijk is gedurende de beoordelingstermijn
van het Ctgb reeds extra veiligheidsmaatregelen voor te schrijven. Voor
de overige voorwaarden om deel te kunnen nemen aan het gedifferentieerde
handhavingsbeleid verwijs ik kortheidshalve naar mijn brief aan uw Kamer
van jongstleden maandag. Deze lijst zal openbaar gemaakt  worden in de
Staatscourant. Ik zal deze lijst ook direct aan uw Kamer zenden. Tegen
alle producten zonder toelating die niet op deze lijst staan zal
onverkort handhavend worden opgetreden. 

Bent u bereid een terughaalactie te starten voor deze producten? Zo nee,
hoe beschermt u de consument dan tegen de gevolgen van blootstelling aan
deze giftige producten?

Uit de inventarisatie van Haskoning is gebleken dat het niet de
verwachting is dat er producten op de markt zijn die een ontoelaatbaar
risico met zich mee brengen voor mens en milieu. Mocht dit echter toch
het geval zijn, hetgeen ik overigens niet verwacht, dan sluit ik een
terughaalactie, dan wel voorlichtingscampagnes, niet uit. 

1) De Telegraaf, 24 februari 2009: “Giftige producten uit het schap”

Hoogachtend,

De Minister van Volkshuisvesting, 

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

dr. Jacqueline Cramer

	Pagina   PAGE  3  van   NUMPAGES  3 





Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer



der Staten-Generaal



Postbus 20018



2500 EA  Den Haag

































Datum	3 maart 2009

Betreft	Beantwoording vragen van afgevaardigde Van Leeuwen (SP) inzake
het gedifferentieerd handhavingsbeleid biociden



  SHAPE  \* MERGEFORMAT   

	Pagina   PAGE  1  van   NUMPAGES  3 

Directoraat-Generaal Milieu

Duurzaam Produceren

Natuurlijke hulpbronnen



Datum

3 maart 2009

Kenmerk

DP/2009017739



Directoraat-Generaal Milieu

Duurzaam Produceren

Natuurlijke hulpbronnen



Rijnstraat 8

Postbus 20951

2500 EZ  Den Haag

www.vrom.nl

www.vrom.nl







Contactpersoon





T  070-3392224

F  070-3391289













Kenmerk

DP/2009017739



















































VROM verandert en krijgt een nieuwe huisstijl. Kijk voor meer informatie
op   HYPERLINK "http://www.vrom.nl" \o "http://www.vrom.nl/" 
www.vrom.nl