Het privatiseren van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
Schriftelijke vragen
Nummer: 2009D18166, datum: 2009-04-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K. van Velzen, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z06938:
- Gericht aan: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: G. Verburg, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: K. van Velzen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
2009Z06938 Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het privatiseren van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) (ingezonden 14 april 2009) 1 Bent u van plan om de laboratoria van de Voedsel- en Warenautoriteit (VWA) en het chemisch residu-onderzoek van het RIVM op te laten gaan in het Instituut voor Voedselveiligheid (RIKILT)? 1) Is het waar dat dit niet onder de wettelijke onderzoekstaken valt die het RIKILT voor LNV, VWS en de Europese Commissie uitvoert? Zo ja, waarom kiest u er voor deze onderdelen van de VWA en het RIVM te privatiseren? 2 Waarom wilt u de genoemde laboratoriumwerkzaamheden overplaatsen? Welke procedures heeft u daarvoor doorlopen? Is het waar dat op de uitbesteding van dit type onderzoek een verplichting geldt voor Europese aanbesteding? Is de overgang van de genoemde laboratoriumwerkzaamheden onderdeel van uw bezuinigingstaakstelling en hoeveel draagt dit bij? 3 Wat is de ratio achter het loskoppelen van de risicoanalyse op dit gebied (die bij het RIVM blijft), ten opzichte van het chemisch analytisch onderzoek en de aansturing ervan (die naar het RIKILT gaat)? Is dit in het kader van het staatstoezicht op volksgezondheid een verantwoorde keuze? 4 Deelt u de mening dat de controle op voedselveiligheid onafhankelijk dient te zijn? Ziet u het handhavings- en signaleringsonderzoek van de VWA als onderdeel hiervan? Ziet u de chemische residu-analyse en de evaluatie door het RIVM als onderdeel hiervan? Is deze onafhankelijkheid geborgd als deze taken in handen van een organisatie komen die ook commerciële taken uitoefent? Op welke wijze wordt de onafhankelijkheid van het RIKILT gegarandeerd? 5 Kunt u garanderen dat het voortdurende ontwikkelingsonderzoek ter detectie van nieuwe stoffen zoals nu bij het RIVM gebeurt, op ten minste hetzelfde niveau wordt voortgezet bij het RIKILT? 6 Zijn er nog andere onderdelen van de VWA, bijvoorbeeld onderzoek naar productveiligheid, die binnen nu en twee jaar worden overgeheveld of geprivatiseerd? Kunt u dit toelichten? 7 Deelt u de mening dat het belangrijk is dat het RIVM de rol van scheidsrechter heeft indien er een conflict is tussen landen over vee en vlees? Hoeveel waarde hecht u aan de continuering van deze functie voor de Europese Commissie op het gebied van residu-analyse (bijv. hormonen) in Nederland? 8 Acht de Europese Commissie het RIKILT geschikt voor het uitvoeren van deze functie op het zeer hoge kwaliteitsniveau zoals het thans door het RIVM wordt uitgevoerd? 9 Deelt u de mening dat een dergelijke uitvoering van deze functie een betrouwbare financieringsstroom vraagt? Is die binnen het RIKILT zeker gesteld? 1) De Groene Amsterdammer, 8 april 2009: “Wie houdt toezicht op de voedselveiligheid”