Uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning
Schriftelijke vragen
Nummer: 2009D19915, datum: 2009-04-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z07620:
- Gericht aan: M. Bussemaker, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2009-05-14 13:45: Aanvang vergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-05-20 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (đ origineel)
2009Z07620 Vragen van het lid Leijten (SP) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning. (Ingezonden 21 april 2009) 1 Wat is uw oordeel over de voorgestelde nieuwe aanpak van de huishoudelijke verzorging in de gemeente Helmond? 1) 2 Lijkt dit plan van aanpak u in overeenstemming met het compensatiebeginsel, ofwel de plicht van de gemeente om zorgvragers te compenseren in hun gebreken? Kunt u uw antwoord toelichten? 2) 3 Hoe oordeelt u over het feit dat de gemeente de huishoudelijke zorg in stukken knipt en verschillende taken, zoals het wassen van kleding, de maaltijden en boodschappen doen, onderbrengt bij verschillende dienstverleners, en niet individueel maar collectief regelt? 4 Bent u van mening dat dit de zorgvrager ten goede komt? Zo ja, hoe oordeelt u over het feit dat de zorgvrager te maken krijgt met verschillende mensen over de vloer? Zo nee, wat gaat u hieraan doen? 5 Bent u van mening dat het versnipperen van de diensten het opbouwen van een vertrouwensband, noodzakelijk voor leveren van een goede dienst, ten goede komt? Zo ja, kunt u uw antwoord toelichten? Zo nee, wat gaat u hiertegen ondernemen? 6 Erkent u dat in de gekozen constructie de betrouwbaarheid en kwaliteit van de diverse mensen die bij de zorgvrager over de vloer komen, gegarandeerd moeten worden? Zo ja, moeten allen een verklaring van goed gedrag te kunnen overleggen, zoals gebruikelijk is bij medewerkers in de zorgverlening? Zo nee, waarom niet? 7 Hoe oordeelt u over de mate van versnipperde ondersteuning die mensen wordt aangeboden en het principe van participatie? Kunt u uw antwoord toelichten? 8 Hoe oordeelt u over de versnippering in relatie met het meer âtotaalâwerken, zoals buurtzorg doet? Deelt u de mening dat dit juist wordt tegengewerkt? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? Zo nee, waarom niet? 9 Erkent u het recht van thuiszorgmedewerkers om te werken, tegen CAO-loon? Zo ja, acht u het een wenselijke ontwikkeling dat de werkzaamheden gemarginaliseerd worden tot enkel schoonmaken? Zo nee, hoe is kunt u dat vereenzelvigen met de wijziging op de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)? 10 Hoe oordeelt u over het minimaliseren van de taken van mensen die in de thuiszorg werken? Is het naar uw mening juist dat thuiszorgmedewerkers hiermee hun taakomschrijving kwijtraken en daarmee hun functie? Zo ja, wat vindt u daarvan? Zo nee, kunt u dat toelichten? 11 Erkent u dat met het versnipperen het moeizaam wordt voor een zorgvrager om te controleren of hij/zij gewaarborgd wordt met iemand in loondienst? Zo ja, hoe wordt verkomen dat iemand (onverhoopt) geconfronteerd wordt met werkgeverschap? Zo nee, waarom niet? 12 Erkent u dat deze plannen inzetten op meer inzet van mantelzorgers en vrijwilligers? Zo ja, vindt u deze opzet in strijd met het beginsel van de Wmo, namelijk ontlasting van de zorgvrager en mantelzorgers? Zo nee, hoe oordeelt u erover dat mantelzorgers en vrijwilligers een vast onderdeel zijn van de thuiszorg? 13 Acht u het wenselijk om de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers als voorliggende voorziening aan te merken waardoor professionele Wmo-hulp niet hoeft te worden ingezet? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet? 14 Vindt u het acceptabel dat externe âprofessionaliteitâ wordt aanbesteed en betaald met geld dat beschikbaar dient te zijn voor het leveren van zorguren? Zo ja, bent u van mening dat deze aanpak precies het tegenovergestelde doet, namelijk mantelzorgers en vrijwilligers inzetten om de thuiszorg te ontlasten? Acht u dit wenselijk? Kunt u uw mening toelichten? 15 Hoe oordeelt u over de gekozen wijze van indicatiestelling? Keurt u het goed dat zorgvragers, die recht hebben op bijvoorbeeld 4 uur zorg, via deze wijze (van indicatiestelling) voor 2 uur ondersteuning van een vrijwilliger toegewezen krijgen en 2 uur professionele zorg? Zo ja, waarom? Zo nee, wat gaat u hieraan doen? 16 Erkent u dat de zorgvrager slechts rechten moet kunnen ontlenen aan de officiĂ«le indicatie? Zo ja, hoe kan een 4 uursindicatie bestaan uit maar 2 uur professionele zorg? Hoe kan de zorgvrager in deze constructie toch zijn of haar volledige recht op thuiszorg opeisen? 17 Erkent u dat niet de financiĂ«n, maar de goede zorg voor de zorgvrager uitgangspunt van het op te stellen beleid dient te zijn? 18 Erkent u de problemen van de gemeente Helmond, die als nadeelgemeente structureel te weinig geld ontvangt voor de uitvoering van de Wmo, in verhouding tot de hoeveelheid zorgvragen die deze gemeente jaarlijks krijgt? Bent u bereid met de gemeente Helmond in overleg te gaan over een vergoeding die wel recht doet aan de hoeveelheid zorgvraag, zodat deze onwenselijke plannen van tafel kunnen? Zo nee, waarom niet? 19 Wat is de relatie met de constructie in de gemeente Helmond met uw ministerie? Erkent u dat een van uw ambtenaren enthousiast is over de constructie van meer vrijwilligers en minder professionals? 1) ED.nl, 17 april 2009: âKritiek op verzorging in Helmondâ HYPERLINK "http://www.ed.nl/regio/helmondstad/article4830237.ece" http://www.ed.nl/regio/helmondstad/article4830237.ece 2) âPersoonlijke Ondersteuning in de Helmondse Wmoâ HYPERLINK "http://www.helmond.sp.nl/nieuw_plan_thuiszorg.pdf" http://www.helmond.sp.nl/nieuw_plan_thuiszorg.pdf