[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Vragen VSO inzake legalisatie- en verificatiebeleid van buitenlandse brondocumenten

Legalisatie en verificatie van buitenlandse documenten

Lijst van vragen

Nummer: 2009D20732, datum: 2009-04-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2009Z04860:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld .. 2009

Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken bestond bij een
tweetal fracties de behoefte de minister van Buitenlandse Zaken enkele
vragen en opmerkingen voor te leggen over zijn brief d.d. 17 maart 2009
inzake Legalisatie- en verificatiebeleid van buitenlandse brondocumenten
(29831, nr. 6)

De minister heeft op de vragen en opmerkingen geantwoord bij brief van
…. 2009. De vragen en opmerkingen van de fracties en de antwoorden van
de minister zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Ormel

De griffier van de commissie,

Van der Kolk-Timmermans

Inbreng van de fractie van het CDA

De leden van de fractie van het CDA hebben kennis genomen van de
evaluatie en de reactie van de bewindslieden daarop. Zij onderschrijven
de algemene conclusie dat er geen aanleiding is het beleid in essentie
te wijzigen, maar hebben wel enkele vragen over de (ook in hun ogen
noodzakelijke) verbeteringen die zullen worden doorgevoerd.

De leden van de fractie van het CDA zijn van mening dat de reactie op de
21 conclusies en de 17 aanbevelingen erg mager is. Wat betreft de
conclusies constateren deze leden dat er in het evaluatierapport
behoorlijk kritische noten gekraakt worden, zoals: ketenpartners hebben
maar een beperkt zicht op de precieze taken en verantwoordelijkheden van
de verschillende partners; dezelfde ketenpartners hebben verschillende
taakopvattingen over zichzelf (de IND gaat er bijvoorbeeld van uit dat
de posten documenten beoordelen, terwijl de IND dat zelf moet doen);
sommige posten beoordelen uitgebreider dan andere; IND en gemeenten
beoordelen documenten verschillend. 

De reactie op het evaluatierapport zoals die nu luidt, roept bij de
leden van de CDA-fractie  vooral vragen op. 

Bij het legalisatie- en verificatieproces zijn vier beoordelende
instanties betrokken: de posten, de IND, de gemeenten en het bureau
Documenten van de IND. Hoe worden in de toekomst beoordelingsverschillen
tussen deze instanties voorkomen? Zal het aanbevolen onderzoek worden
verricht? Wordt wat betreft de beoordelingsverschillen tussen IND en
gemeenten overwogen om het bureau Documenten een centralere rol te laten
vervullen (zie conclusie 6 en 7 en aanbeveling 3: voorkomen moet worden
dat één en hetzelfde document verschillend wordt beoordeeld)? 

De inzet van lokale tussenpersonen voor verificatie, waarvan wordt
gesteld dat deze een duidelijke meerwaarde heeft, wordt enerzijds al
door Buitenlandse Zaken aangeboden, terwijl anderzijds wordt gesteld dat
de mogelijkheid wordt verkend om lokale tussenpersonen in te zetten. Hoe
moet dit worden verstaan? Daarnaast is niet duidelijk of in voldoende
mate van het aanbod van Buitenlandse Zaken gebruik wordt gemaakt (zie
conclusie 19 en aanbeveling 15). Graag een reactie.

Er zijn verschillen in beoordeling van registers van landen en
aanzienlijke verschillen tussen landen wat betreft de mogelijkheden tot
verificatie (conclusie 16 en 17). Wat betekent dit voor de goed- of
afkeuring van documenten en uiteindelijk voor de betrokken personen? 

Gesteld wordt dat de haalbare en effectieve aanbevelingen verder worden
uitgewerkt en uitgevoerd. Voor de leden van de fractie van het CDA is
niet duidelijk waarom de 17 aanbevelingen niet worden opgevolgd. Zij
achten de in zeer algemene bewoordingen gestelde korte duiding van de in
gang te zetten verbeteringen onvoldoende en vragen om een uitgebreidere
en afzonderlijk reactie op elk van de 17 aanbevelingen.

Inbreng van de fractie van de SP

De leden van de fractie van de SP vragen zich af of bij legalisatie van
documenten er voldoende rekening wordt gehouden met maximale termijnen
in procedures? Kunt u dit toelichten?

De IND en gemeenten krijgen beiden documenten onder ogen, waarbij er in
sommige gevallen verschillende beoordeling volgt door gemeenten en de
IND. Op welke wijze vindt er afstemming plaats tussen de IND en de
gemeenten over de verificatie van documenten? 

De leden van de fractie van de SP vragen zich af waarom er bij gemeenten
in zeer beperkte mate (154 verzoeken op 128.668 documenten)  gebruik
wordt gemaakt van verificatie van documenten uit het buitenland? Wat is
hiervoor de precieze reden? Op welke wijze worden gemeenten gestimuleerd
om meer buitenlandse documenten te verifiëren?

Tenslotte vragen leden van de fractie van de SP op welke wijze bij
andere uitvoerende instanties, zoals bijvoorbeeld bij de SVB,
buitenlandse documenten worden geverifieerd? Kan het Kabinet een
overzicht geven van hoeveel documenten bij andere uitvoerende instanties
zijn gelegaliseerd en geverifieerd? Kunt u dit toelichten?

	Vervolg



Bladzijde	  PAGE  2