[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het voorkomen van fraude bij overheidsinvesteringen in de infrastructuur en bouwnijverheid

Schriftelijke vragen

Nummer: 2009D24260, datum: 2009-05-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2009Z09310:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2009Z09310

Vragen van de leden Teeven en Elias (beiden VVD) aan de ministers van
Justitie en van Economische Zaken over het voorkomen van fraude bij
overheidsinvesteringen in de infrastructuur en bouwnijverheid.
(Ingezonden 19 mei 2009)

1

Hebt u kennisgenomen van het artikel en het voorstel van de VVD om bij
investeringen in de infrastructuur en bouwnijverheid fraude te voorkomen
door in een vroeg stadium kartelvorming en uitsluiting van marktwerking
te voorkomen? Deelt u de mening dat belastinggeld zo zuinig mogelijk
moet worden uitgegeven in de toekomst? 1)

2

Zijn er door u al plannen ontwikkeld om in een vroeg stadium van
overheidsbestedingen in bijvoorbeeld infrastructuur en bouwnijverheid
verkwisting en verspilling van overheidsgeld te voorkomen door
handelspartners op de diverse markten preventief te screenen? Kunt u
inzage geven (eventueel vertrouwelijk) in al bestaande plannen en zijn
de bezuinigingen reden voor u om dit soort investeringen niet te doen?
Regeren is toch vooruitzien als het gaat om het voorkomen van fraude?

3

Welk deel van de 180 miljoen euro die is vrijgemaakt in het kader van de
bestrijding van de financieel-economische criminaliteit wordt ingezet op
het preventief traceren en opsporen van onregelmatigheden en fraude bij
de aanbesteding van infrastructurele- en andere projecten van de
overheid?

4

Brengt de huidige bezuinigingsronde van het kabinet een herallocatie van
de investeringen op het terrein van preventief traceren en opsporen met
zich mee? Kunt u bevestigen dat bij dit soort investeringen de kosten
voor de baten uitgaan? Kunt u garanderen dat er straks niet achteraf
moet worden geconstateerd dat het weer mis is gegaan bij de
investeringen in infrastructurele- en andere projecten van de
rijksoverheid?

5

Kunt u aangeven hoeveel middelen u gaat vrijmaken voor het in een vroeg
stadium detecteren van onregelmatigheden en het voorkomen van fraude?
Bestaan hierover tussen de Autoriteit Financiële Markten (AFM), de
Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA) en reguliere politie reeds
(voorzichtige) samenwerkingsafspraken?

6

Hoe verloopt op dit moment de samenwerking in het Financieel Expertise
Centrum (FEC), waar het betreft de samenwerking tussen de verschillende
toezichthouders en de opsporing? Welke knelpunten worden door u
geconstateerd en hoe gaat u die knelpunten oplossen?

7

In hoeverre weten verschillende opsporingsdiensten en toezichthouders
(zoals AFM en NMa) van elkaar waar ze mee bezig zijn? Bestaan er op dit
moment concrete wettelijke en beleidsmatige knelpunten om in een
vroegtijdig stadium dossierstukken uit concrete zaken met elkaar uit te
wisselen, juist in het licht van proactief werken om fraude in de
toekomst tegen te gaan? 

8

Deelt u de mening dat er snel een breder platform dan het FEC nodig is
voor het genereren van een integraal beeld over de
financieel-economische criminaliteit?

1) De Telegraaf, 18 mei 2009: “VVD: Onderzoek kartels vooraf”