Preview document (🔗 origineel)

---

2009Z09587

Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de staatssecretaris van Justitie
over het experiment bij de reclassering ter bestrijding van de
bureaucratie. (Ingezonden 25 mei 2009)

1

Waarom is het experiment bij de reclassering met deels vrij te besteden
budget, ter uitvoering van de motie-Van Velzen, later begonnen dan de
bedoeling was? Wat heeft dit voor gevolgen voor de vier maandelijkse
rapportage van de stuurgroep van de pilot? Wanneer zal de Kamer voor het
eerst over de voortgang worden geïnformeerd? 1)

2

Bent u ervan op de hoogte dat de reclassering in Eindhoven, waar de
reclasseringswerkers in het kader van dit experiment nu meer vrijheid
hebben in bepaalde gevallen om datgene te doen wat men in het belang
acht van het voorkomen van herhalingscriminaliteit, nu zónder extra
geld of extra mensen méér werk op zich nemen? Vindt u dat ook
bewonderenswaardig? Deelt u tegelijkertijd ook de zorg dat deze rek er
misschien niet meer in zit naarmate meer cliënten van de reclassering
onder de reikwijdte van dit experiment gaan vallen? Is daar rekening mee
gehouden? Bent u bereid daar waar nodig extra middelen uit te trekken
zodat de medewerkers niet dankzij dit mooie experiment met te veel extra
werkdruk belast worden?

3

Is er al meer duidelijk over de onderzoeksopzet voor dit experiment? Hoe
gaat dit onderzoek plaatsvinden en wanneer zal het van start gaan?

4

Wat is de stand van zaken met de overige maatregelen die bij de
verschillende reclasseringsorganisaties zijn genomen om de bureaucratie
tegen te gaan? Zijn hier al resultaten van te melden? Zo niet, wanneer
zal dat wel het geval zijn?

1) Kamerstuk 29 270, nr. 24