[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Afschrift van reactie aan de Vereniging tot Behoud van Boer en Milieu (VBBM) over het 3-jarige onderzoek met de titel “Alternatieve emissiearme aanwending van mest in de Noordelijke Friese Wouden”.

Brief regering

Nummer: 2009D39091, datum: 2009-08-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2009Z15089:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 augustus 2009

Bij brief van 4 maart 2009 heeft de Vereniging tot Behoud van Boer en
Milieu (VBBM) bezwaar gemaakt tegen het uitgevoerde 3-jarige onderzoek
met de titel “Alternatieve emissiearme aanwending van mest in de
Noordelijke Friese Wouden”. Op uw verzoek zend ik u hierbij, mede
namens de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer, het rapport en de reactie aan de VBBM toe. 

Ter toelichting en in aanvulling daarop breng ik graag nog het volgende
onder uw aandacht.

Bezwaar kan in beginsel slechts worden gemaakt tegen voor beroep vatbare
besluiten. Het onderzoek waarop de VBBM doelt, is niet als zodanig aan
te merken. Om die reden heeft Dienst Regelingen een nadere toelichting
gevraagd op het bezwaarschrift. Die toelichting is nimmer ontvangen.
Zoals in de reactie is aangegeven, betekent dit dat het bezwaarschrift
als niet-ontvankelijk is aangemerkt.

Wat blijft, is dat de VBBM niet erg gelukkig is met de conclusies van
het onderzoek. Zoals ook naar voren komt in de brief was de VBBM bang
dat de uitkomsten mij aanleiding zouden geven geen ruimte te bieden voor
vormen van bedrijfsvoering die als alternatief kunnen dienen voor
emissiearm toedienen. 

Spoedig na ontvangst van het bezwaarschrift werd briefschrijver
duidelijk dat die vrees ongegrond was. Immers, bij brief van 24 maart
2009 (Kamerstukken II, 2008-2009, 28385, nr. 132) heb ik u het 4e
actieprogramma inzake de Nitraatrichtlijn aangeboden. Ik heb hierin
aangegeven bereid te zijn bedrijven de mogelijkheid te bieden te laten
zien dat er goede alternatieve maatregelen mogelijk zijn en dat die ook
kunnen worden geborgd. Die bereidheid heb ik herhaald in mijn brief
“Voorschriften toedienen van mest” van 15 april 2009 waarin ik een
reactie heb gegeven op het rapport “Emissiearm toedienen
geëvalueerd” van het Planbureau voor de Leefomgeving. 

De VBBM heeft inmiddels kenbaar gemaakt van die mogelijkheid gebruik te
willen maken. Gezien dit alles, zie geen noodzaak nader in te gaan op de
inhoud van het rapport.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg