Rapporteurschap eerste voortgangsrapportage EHS
Verslag van een rapporteur
Nummer: 2009D43827, datum: 2009-09-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.E. Waalkens, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: J.F. Snijder-Hazelhoff, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z04065:
- Indiener: H.E. Waalkens, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.F. Snijder-Hazelhoff, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2008-2010)
- 2008-10-07 16:00: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2008-2010)
Preview document (đ origineel)
Van Harm-Evert Waalkens (rapporteur) en Janneke Snijder-Hazelhoff (plv. rapporteur) MEMO Aan Vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Onderwerp Opmerkingen rapporteurs bij 1ste voortgangsrapportage groot project EHS Datum 21 november 2008 Bijlagen Ten geleide Tijdens het algemeen overleg op 27 november aanstaande met de minister van LNV staat de 1ste voortgangsrapportage over het groot project EHS op de agenda. Afgesproken is dat wij, als rapporteurs van het groot project EHS, tijdens dat overleg ingaan op de kwaliteit van deze voortgangsrapportage. Daarbij nemen we nadrukkelijk de afspraken mee die daarover tussen de commissie en de minister van LNV eerder dit jaar zijn gemaakt. Voor de goede orde: we geven geen oordeel over de voortgang van de EHS, maar alleen over de informatie die de minister daarover verstrekt. De vraag die daarbij centraal staat is, of de informatie die de minster verstrekt voldoende en van voldoende kwaliteit is voor de Kamer om de voortgang van de EHS te beoordelen. Het is aan de afzonderlijke fracties zelf om vervolgens ook inhoudelijk op de door de minister gepresenteerde informatie in de voortgangsrapportage in te gaan. Met dit memo informeren wij de commissie LNV over de punten waarop wij in onze inbreng tijdens het algemeen overleg als rapporteurs aandacht voor zullen vragen. Het staat de aanwezige leden uiteraard vrij om deze punten naar voren te brengen of te ondersteunen. Algemene beeld Wij zijn de minister erkentelijk dat zij volgens afspraak de 1ste voortgangsrapportage afgelopen september aan de Kamer heeft aangeboden. Wij constateren dat de rapportage voor een groot deel de informatie bevat waar de commissie om heeft gevraagd. Ook de wijze waarop de informatie wordt gepresenteerd sluit in grote lijnen aan op de uitgangspuntennotitie van de commissie. Het is daarbij een compacte rapportage, waarin de minister ook conclusies formuleert. Dit is een compliment waard. Daarnaast zijn volgens ons nog wel een aantal belangrijke verbeteringen gewenst in de informatievoorziening aan de Kamer over de voortgang van de EHS. Het gaat dan om de volgende punten: er zijn nog wel wat belangrijke witte vlekken in de informatievoorziening, dat was voor een deel te voorzien, maar betekent ook dat vaart moet worden gemaakt met verbeteringen; er wordt weinig inzicht gegeven in de trends in de voortgang van de EHS; er zijn vraagtekens bij de kwaliteit en betrouwbaarheid van de ILG-rapportages en daarmee ook bij de informatie in de voortgangsrapportage; de informatie over de bescherming van de gerealiseerde EHS is niet volledig; We zullen deze punten kort toelichten. 1. Invullen van de witte vlekken in de informatievoorziening Verwerving, inrichting en beheer van de EHS â project âNulmeting op kaartâ Uit de voortgangsrapportage blijk dat op dit moment niet precies duidelijk is wat de restanttaakstelling is voor de EHS, hoeveel ruilgrond er is, hoeveel onderhanden werk er is bij de inrichting, en hoeveel natuurbeheer binnen en buiten de EHS plaatsvindt. Volgens de minister zal de oplossing voor dit hiaat in de informatievoorziening worden opgelost met het project âNulmeting op kaartâ. Dit project zal medio 2009 tot resultaten moeten leiden. Dat betekent dat pas over het jaar 2009, in de voortgangsrapportage die in september 2010 naar Kamer zal gaan, de gewenste duidelijkheid op deze belangrijke punten er zal zijn. Wij willen nog eens het belang onderstrepen dat in 2009 daadwerkelijk het project âNulmeting op kaartâ tot de gewenste duidelijk zal leiden Dit is essentieel voor een verdere versterking van de informatievoorziening over het groot project EHS. Wij lezen medio 2009 dan ook als een harde deadline voor dit project. Wij vragen de minister hier op in te gaan. Kwaliteit van de EHS â nieuw kwaliteitsborgingssysteem De minister geeft in de voortgangsrapportage aan dat de kwaliteitssturing voor de EHS op dit moment complex en weinig effectief is. Zij schetst de stappen die worden genomen om te komen tot een nieuw kwaliteitsborgingssysteem voor de EHS. Volgens de planning zal dit systeem medio 2010 gereed zijn. Dat betekent dat pas in 2011 met dit systeem kan worden gewerkt. Wij onderstrepen nogmaals het belang van goede informatie over de gerealiseerde kwaliteit van de EHS. En zijn van mening dat de planning voor het moment waarop het kwaliteitsborgingssysteem gereed is wel erg ver in de toekomst ligt. Het lijkt ons wenselijk om dit moment naar voren te halen en er voor te zorgen dat eind 2009 het nieuwe systeem er ligt en dat de Kamer over 2010 (rapportagemoment in 2011) de door haar gewenste informatie over de gerealiseerde natuurkwaliteit krijgt, in plaats van pas over 2011 (rapportagemoment in 2012). Kan de minister hier op in gaan. Meerjarig (retro-)perspectief van de realisaties ontbreekt In de uitgangspuntennotitie van de commissie werd gevraagd om ook meerjarige realisatiecijfers op te nemen voor het meerjarige perspectief op de realisatie van de EHS. Het gaat dan om een lijndiagram met realisaties per jaar en niet slechts om het weergeven van de restanttaakstelling zoals nu gebeurt is. In de uitgangspuntennotitie heeft de commissie ook concrete voorbeelden aangegeven hoe dat grafisch zou kunnen worden vormgegeven. Zo wordt in Ă©Ă©n oogopslag duidelijk wat in de afgelopen jaren is gerealiseerd, waar we nu staan en waar we naar toe moeten. Wij kunnen ons voorstellen dat in de volgende rapportage voor een meerjarig perspectief aan wordt gesloten bij de wens van de commissie zoals neergelegd in de uitgangspuntennotitie. Wij vragen de minister hier op in te gaan. 2. Kwaliteit en betrouwbaarheid ILG-rapportages provincies onduidelijk De minister geeft aan dat de kwaliteit van de ILG-rapportages 2007 van de provincies op onderdelen niet voldoende is. Daarbij zijn er, zoals blijkt uit de beantwoording van de schriftelijke vragen door de minister, ook nog geen duidelijke afspraken over âde controle op en borging van gegevens over het ILGâ. Dat is een probleem, want een groot deel van de informatie over de EHS in de voortgangsrapportage is afkomstig uit de ILG-rapportages. De Kamer weet dus op dit moment niet hoe betrouwbaar de informatie over de EHS is die afkomstig is van de provincies. In de bestuursakkoorden met de provincies is afgesproken dat de provincies hun ILG-rapportages voorzien van een accountantsverklaring. Hiervoor is in de bestuursakkoorden ook een accountantsprotocol opgenomen. Wij constateren dat deze accountantsrapporten op dit moment ontbreken. De minister streeft naar afspraken met het IPO op het punt van kwaliteit en betrouwbaarheid van de ILG-rapportages voor de rapportage over het jaar 2008. Wij willen de minister er nog eens dringend op wijzen dat de betrouwbaarheid en kwaliteit van de ILG-rapportages van cruciaal belang is voor het groot project EHS, en overigens ook voor de monitoring van de uitvoering van de bestuursakkoorden zelf. De betrouwbaarheid en juistheid van de ILG-rapportages voor het uitvoeringsjaar 2008 moet naar ons idee expliciet gewaarborgd zijn. Kan de minister hier op ingaan. Daarnaast heeft het ons bevreemd dat de ILG-rapportages van de provincies de Kamer pas begin november hebben bereikt. Deze rapportages dienden de provincies immers al voor 1 april aan de minster te sturen. We willen de minister vragen de ILG-rapportages in het vervolg, zoals ook was afgesproken, in september aan de Kamer aan te bieden. 3. Informatie over bescherming gerealiseerde EHS voor belangrijk deel afwezig De minister geeft een redelijk goed beeld van de wijze waarop de provincies de EHS hebben verankerd in hun streekplannen. De minister geeft aan geen informatie op te willen nemen in de voortgangsrapportage over de stand van zaken omtrent de doorwerking van de EHS in de bestemmingsplannen op gemeentelijk niveau. Zij geeft daarvoor als reden, dat zij niet verantwoordelijk is voor de bestemmingsplannen van de gemeenten. De minister herhaald in de schriftelijke beantwoording overigens wel dat deze doorwerking van de ruimtelijke bescherming van de EHS in de bestemmingsplannen Ă©Ă©n van de doelen is van het Rijksbeleid, te realiseren in 2008. De minister is inderdaad niet primair verantwoordelijk voor de doorwerking van de EHS in de bestemmingsplannen van de gemeenten. Dat zijn de gemeenten zelf. De commissie LNV heeft in haar uitgangspuntennotitie dan ook alleen gevraagd om informatie over de voortgang van die planologische doorwerking. De Kamer wil immers zicht houden op die voortgang, aangezien het Rijksbeleid en een Rijksdoelstelling betreft, zoals de minister ook onderschrijft. De minister geeft immers ook informatie over de voortgang die provincies maken op de verschillende Rijksdoelstellingen, waaronder de planologische doorwerking in de streekplannen. Om een goed beeld te krijgen van de bescherming van de gerealiseerde EHS is het naar ons idee cruciaal om in het vervolg ook informatie op te nemen over de stand van zaken omtrent de beoogde planologische doorwerking van de EHS in de bestemmingsplannen van gemeenten. En dat daarbij aangegeven wordt in hoeverre de Rijksdoelstelling voor 2008 is bereikt. Daarnaast willen we de minister verzoeken om in de volgende voortgangsrapportage uitgebreid in te gaan op de wijze waarop de EHS onder de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening een plaats gaat krijgen in het ruimtelijke Rijksbeleid. Kan de minister hier op in gaan. Datum 21 november 2008 Referentie Onderwerp Opmerkingen rapporteurs bij 1ste voortgangsrapportage groot project EHS Vervolg Memo Bladzijde PAGE 3