Onderzoeksvoorstel Arbeidsomstandigheden en Catalogi
Brief lid / fractie
Nummer: 2009D51816, datum: 2009-10-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.J. Timmer, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z19601:
- Indiener: A.J. Timmer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (š origineel)
Van : Anja Timmer Aan: Vaste Kamer Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid Btreft: Onderzoek Arbeidsomstandigheden en Catalogi Datum: 27-10-2009 Voorstel onderzoek van de Kamer Dit voorstel komt tegemoet aan de beoogde eigen onderzoek- en toekomstagenda van de Tweede Kamer, waarover de Kamer op 1 oktober 2009 heeft besloten (31 845, nr. 9). Met dit voorstel doet de PvdA-fractie een voorstel aan de Vaste Kamer Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Geschiedenis in vogelvlucht De Arbeidsomstandighedenwet is in 1980 tot stand gekomen ter vervanging van de Veiligheidswet 1934. Vanaf 1983 is de wet fasegewijs ingevoerd. Sinds de invoering heeft de wet een aantal belangrijke wijzigingen ondergaan. Een ingrijpende wijziging is per 1 januari 1994 aangebracht. Enerzijds betrof deze het toevoegen aan de wet van een aantal elementen van de zogenoemde kaderrichtlijn1, waarmee onder meer de verplichte aansluiting bij een Arbo-dienst werd geĆÆntroduceerd; anderzijds werd de wet in overeenstemming gebracht met de eveneens op 1 januari 1994 in werking getreden Wet terugdringing ziekteverzuim. De wijziging van 1998, waarmee de benaming van de wet officieel Arbeidsomstandighedenwet 1998 werd, betrof de uitwerking van de discussie rond de Nota HeroriĆ«ntatie Arbo-beleid en Arbo-wet. Belangrijkste daarbij was een verdere versterking van de verantwoordelijkheid van werkgevers en van werknemers voor het arbo- en verzuimbeleid in ondernemingen en in samenhang daarmee het arbeidsomstandighedenbeleid te concretiseren. Per 1 juli 2005 wordt de verplichte aansluiting bij een Arbo-dienst afgeschaft. Vanaf die datum kunnen werkgevers en werknemers in branches en bedrijven kiezen hoe ze de preventie en begeleiding van verzuim regelen. In de nieuwe Arbo-wet van 2007 worden werkgevers en werknemers geacht om voortaan samen afspraken te maken over de wijze waarop zij binnen hun bedrijf of branche invulling geven aan de door de overheid gestelde arbo (doel)voorschriften. De normen uit de arbeidsomstandighedenwet blijven leidend, maar sociale partners kunnen t.b.v. hun eigen sector afspreken op welke manier aan deze normen kan worden voldaan. De afspraken leggen zij vast in een āarbocatalogusā. Sectorale en landelijke arbocatalogi worden na voltooiing voor marginale toetsing aan de Arbeidsinspectie voorgelegd. Voortgang arbocatalogi ( brief kabinet juni 2009) Tijdens de behandeling van het voorstel tot wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet ( 2007) in de Tweede Kamer is toegezegd de totstandkoming van arbocatalogi te monitoren. Voor 2009 wordt gestreefd naar 50%, voor 2012 naar 80%. Op dit moment zijn 42 arbocatalogi met positief resultaat marginaal getoetst. Daarmee valt circa 30% van de werknemers onder de werking van een arbocatalogus. De begeleidingscommissie heeft aangegeven dat circa 110 sectoren bezig zijn met het opstellen van arbocatalogi, waarvan er ongeveer 56 nog dit jaar een catalogus voor marginale toetsing zullen indienen. Dit voldoet aan de streefcijfers zoals opgenomen in de begroting. Politiek en Maatschappelijk belang Politiek wordt kamerbreed gedragen dat iedere werknemer moet kunnen werken onder veilige omstandigheden in een goed werkklimaat. Dat hebben we o.a. vastgelegd in de Arbowet en bij de introductie van de Arbocatalogus. Werkgevers en werknemers pakken gezamenlijke verantwoordelijkheid veelal goed op. Er zijn branches waar het achterblijft en invoering nieuwe technieken,goede praktijken of wetenschappelijke inzichten implementeren duren soms lang. In de praktijk spelen er echter steeds discussies over beleidsregels, grenswaarden (klimaat, lichamelijke/psychosociale belasting, inrichting werkplekken, gevaarlijke stoffen). De FNV is niet enthousiast en vindt de bescherming van de werknemer onvoldoende. Het politieke en maatschappelijke belang van een onderzoek naar arbeidsomstandigheden heeft ook een verdere horizon. Nu het besluit tot verhoging van de AOW-leeftijd wordt genomen, is het (nog meer) van belang om, op een objectieve manier, te kunnen duiden welke banen als āzwaar beroepā kunnen worden aangemerkt. Het begrijpen van de sterke en zwakke plekken in het huidige Arbo-instrumentarium is daarvoor essentieel. Door het doen van een onderzoek naar de huidige arbo-regelgeving en haar uitwerking is de Commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid beter geĆ«quipeerd om antwoord te geven op de vraag of het mogelijk is een lijst van zware beroepen op te stellen en zo ja, hoe dan. De doorkijk naar de arbeidsmarkt voor ouderen (vaak onder de aandacht in de Kamer) is hierbij evident: als mensen moeten doorwerken, hoe kunnen ze dat dan doen zonder dat zij daaronder te zwaar lijden? Hierbij speelt ook de positie van arbodiensten; zij worden door de werkgever aangesteld en het zou van belang zijn om te weten hoe deze markt functioneert, ook in het belang van de werknemer. Betrokkenen Overheid Werkgevers Werknemers Stichting van de Arbeid Vakbonden Arbo-diensten Wetenschap TNO Mogelijke vraagstelling voor het onderzoek Welke regelingen en āorganen zijn relevant? Waar zit discrepantie tussen theorie en praktijk? Hoe is winst te bereiken, meer voortgang te boeken? Welke voorstellen zijn eerder gedaan door organisaties als bonden, Star en SER? Hoe is de verhouding tussen arbodienst, werkgever en werknemer en hoe wordt daar door deze partijen tegenaan gekeken? Welke acties heeft de regering in gang gezet ,welke belemmeringen of succesfactoren spelen een rol? Europese regelgeving Internationale vergelijking. Gevolgen voor organisaties, administratieve lasten en regelgeving Budgettaire gevolgen.