Samenvatting advies over het wetsvoorstel inzake de aanpassing van het accreditatiestelsel
Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditatiestelsel
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2009D57983, datum: 2009-11-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2009Z21027:
- Indiener: R.H.A. Plasterk, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Medeindiener: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Medeindiener: G. Verburg, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Volgcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2008-2010)
- Volgcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2008-2010)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2009-11-12 13:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-11-19 10:00: Procedurevergadering OCW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2009-11-19 14:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-12-03 14:00: Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditatiestelsel (Technische briefing), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2009-12-17 10:00: Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditatiestelsel (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2010-02-18 10:00: Procedurevergadering commisie OCW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2010-02-18 13:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2010-03-04 10:00: Extra procedurevergadering commissie OCW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2010-03-16 20:00: Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditat iestelsel (32 210) (1e termijn Kamer) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2010-03-18 18:30: Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditatiestelsel (32 210) (rest) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2010-03-23 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Samenvatting advies over het wetsvoorstel inzake de aanpassing van het accreditatiestelsel. De Raad van State heeft op 27 februari 2009 advies uitgebracht over de wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van het accreditatiestelsel. Het voorstel beoogt het bestaande stelsel van accreditatie voor de instellingen in het hoger onderwijs te verlichten. Daartoe wordt een instellingsaccreditatie in het leven geroepen waarbij instellingen worden getoetst op het gebied van kwaliteitszorg in plaats van (clusters van) opleidingen. De Raad kan zich op zichzelf vinden in het streven naar meer aandacht voor de kwaliteitsverschillen in het hoger onderwijs. Hij heeft echter bezwaren tegen de keuze om hiervoor de accreditatieprocedure en de Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) te gebruiken. De Raad is van oordeel dat een oordeel dat een bepaalde opleiding (veel) beter is dan andere vergelijkbare opleidingen niet thuishoort in een accreditatieprocedure. Het onderling vergelijken van opleidingen kan volgens de Raad het beste plaats vinden door onafhankelijke en gezaghebbende organisaties buiten de overheid. De Raad vindt de kritiek op het bestaande stelsel niet zo ernstig dat op korte termijn tot een wijziging moet worden overgegaan. Hij waarschuwt tegen overhaaste aanpassingen in het onderwijs. De Raad bespreekt vervolgens een aantal aspecten van de nieuwe procedures voor "instellingsaccreditatie". Hij komt tot de conclusie dat de invoering van "instellingsaccreditatie" kan worden samengevat als het bestrijden van bureaucratie met bureaucratie. Het beoogde doel van het voorstel kan naar het oordeel van de Raad met de voorgestelde wijzigingen niet of nauwelijks bereikt worden. Alles afwegende is de Raad er dan ook niet van overtuigd dat de invoering van instellingsaccreditatie zal leiden tot minder bureaucratie en meer aandacht voor de kwaliteit van het onderwijs. Hij adviseert de invoering van instellingsaccreditatie opnieuw te overwegen. Een tweede punt van kritiek op het bestaande accreditatiestelsel is dat dit te weinig onderscheid maakt naar kwaliteit. Daarom kan de NVAO voortaan in het accreditatiebesluit opnemen dat een opleiding "goed" of zelfs "excellent" is in verhouding tot van andere opleidingen. De Raad is van oordeel dat het accreditatiebesluit daar niet geschikt voor is, omdat het bij accreditatie gaat of de opleiding aan de wettelijke accreditatievoorwaarden voldoet. Bovendien veronderstelt een vergelijking tussen opleidingen dat deze opleidingen op hetzelfde moment volgens dezelfde normen door dezelfde commissie worden beoordeeld. De Raad acht het verder ongewenst dat een zelfstandig bestuursorgaan als de NVAO te veel bevoegdheden op het gebied van hoger onderwijs krijgt. Daarom geeft de Raad er de voorkeur aan dat vergelijkingen tussen opleidingen in het hoger onderwijs door onafhankelijke en gezaghebbende organisaties buiten de overheid worden opgesteld. De Raad adviseert het accreditatiebesluit te beperken tot het oordeel of een opleiding al dan niet aan de wettelijke eisen voldoet. Klik hier voor de volledige tekst van het advies onder nummer PAGE 2