Preview document (🔗 origineel)

---

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 december 2009

De Commissie VWS heeft mij verzocht om te reageren op de mail van de
heer R. De heer R. spreekt in die mail zijn bezorgdheid uit over de stof
Squaline (squaleen) in vaccins. Deze substantie is ook verwerkt in het
vaccin tegen Nieuwe Influenza A (H1N1).

Squaleen is niet gevaarlijk. Het is een natuurlijke substantie die
aangetroffen wordt in planten, dieren en mensen. Bij mensen wordt het in
de lever aangemaakt en circuleert het in de bloedbaan. In vaccins wordt
squaleen in combinatie met andere stoffen gebruikt als adjuvans om het
immuunsysteem te prikkelen en de beschermende waarde van het vaccin te
vergroten. Diverse studies hebben aangetoond dat er geen immuunreacties
tegen squaleen worden opgewekt door deze vaccinatie. Dat betekent dat op
die manier dus geen auto-immuunziekte geïnduceerd kan worden.

Ik heb mij over de veiligheid van het vaccin en het adjuvans uitvoerig
laten adviseren en heb u hier ook over geïnformeerd. Tevens wil ik u
verwijzen naar het verslag van het (spoed)debat over Professor Osterhaus
dat 29 oktober jl. in de Tweede Kamer aan de orde is geweest. In dit
debat zijn de bijwerkingen en risico’s van het adjuvans uitvoerig
besproken.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink