Reactie op de brief van R.W. dd 13 november 2009 over de arbeidsmarktpositie van oudere werknemers
Brief regering
Nummer: 2009D62767, datum: 2009-12-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.P.H. Donner, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z23913:
- Indiener: J.P.H. Donner, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2009-12-15 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-01-12 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-02-02 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 8 december 2009 Bij brief van 2 december jl. vraagt u mij om een reactie op de door u ontvangen brief d.d. 13 november 2009 van de heer R.W. In de brief stelt de heer R.W. de arbeidsmarktpositie van oudere werknemers aan de orde, mede aan de hand van zijn persoonlijke ervaringen. De heer R.W. roept op tot een volwaardige positie (acceptatie) van 50-plussers in het arbeidsproces. Ik ondersteun deze oproep van harte. Doelstelling van kabinetsbeleid is dat in 2016 80 procent van de Nederlandse bevolking van 20-64 jaar op de arbeidsmarkt actief is. De brief van de heer R.W. maakt daar naast duidelijk welke uitwerking (plotselinge) werkloosheid op het persoonlijke leven van mensen kan hebben. Het kunnen blijven meedoen van mensen in deze samenleving is een belangrijke reden voor het kabinet om te investeren in de inzetbaarheid en de kansen van ouderen op de arbeidsmarkt. In een afzonderlijke brief die eveneens voor de behandeling van de begroting van SZW aan uw Kamer wordt gezonden, ga ik uitgebreid in op de positie van ouderen op de arbeidsmarkt, de kabinetsinzet en de benodigde maatregelen. Vanuit twee invalshoeken ga ik specifiek in op de inhoud van de brief. Uitstroom naar betaalde arbeid Oudere werklozen blijken aanzienlijk meer dan gemiddeld moeite te hebben om nieuw werk te vinden. Hun kansen op werk zijn echter zeker niet nihil. De kans dat een 55-jarige werknemer die zijn baan verliest binnen twaalf maanden weer werk heeft, is 26 procent. Voor de gemiddelde werknemer is dit twee keer zo groot: 51 procent. De kansen op werk voor oudere werklozen worden nadelig beïnvloed door het veelal bestaande negatieve beeld over oudere werklozen, i.c. oudere werknemers. Werkgevers zijn grosso modo van opvatting dat oudere werknemers duur, minder productief, flexibel en gemotiveerd zijn. In mijn notitie Arbeidsparticipatie ouderen ga ik uitgebreid in op de achtergrond voor deze opstelling. De briefschrijver verwijst voor de aanleiding van zijn brief naar een door mij gedane uitspraak. Het gaat hierbij mogelijk om mijn eerdere vaststelling dat de arbeidsmarktpositie van personen in de leeftijdsgroep 45-54 jaar (bruto arbeidsparticipatie van 80%), aanzienlijk beter is dan die van personen van 55 jaar en ouder. Zo heeft een werknemer van 45-49 jaar die in de WW raakt, 43% kans om binnen 12 maanden weer aan het werk te komen en is de stijging van de werkloosheid als gevolg van de crisis onder 45-plussers tot nu toe aanzienlijk kleiner dan onder 45-minners. In 2007 is het Actieteam Talent 45+, geformeerd ter ondersteuning van de doelstellingen van het ‘Actieplan terugdringen werkloosheid 45-plussers’, ter uitwerking van de motie Rouvoet/Verhagen. Het Actieteam richt zich op werkgevers, branches, gemeenten en het UWV, teneinde ongefundeerde negatieve beelden bij te stellen en te wijzen op nut en noodzaak van het re-integreren en aannemen van oudere werklozen. De inspanningen van het Actieteam 45-plus zijn nu vooral gericht op intensivering van de dienstverlening voor oudere werklozen. Dit gaat gepaard met professionalisering van de bemiddeling van oudere werklozen door werkcoaches van UWV. Voorts is de inzet binnen het project gericht op de ontwikkeling van de vraaggerichte werkgeversbenadering door werkcoaches. Daarnaast heb ik een aantal generieke maatregelen genomen om de aantrekkelijkheid van oudere werklozen i.c. werknemers, voor werkgevers te verhogen. Ik verwijs naar de Tijdelijke premiekorting oudere werknemers, inwerking getreden per 1 januari 2009. Werkgevers die een werkzoekende uitkeringsgerechtigde van 50 jaar of ouder aannemen krijgen drie jaar lang recht op een premiekorting van € 6.500. Deze premiekorting krijgen ze ook voor al hun werknemers van 62, 63 en 64 jaar. Verder is de Compensatieregeling loondoorbetaling bij ziekte van oudere werknemers ingegaan per 1 juli 2009. Vergroting arbeidsparticipatie ouderen Het beleid gericht op vergroting van de arbeidsparticipatie van ouderen heeft de afgelopen jaren tot resultaat geleid. In 2001 had 34% van de 55-plussers betaald werk van meer dan 12 uur per week. Dit is toegenomen tot 47% in het derde kwartaal van 2009. Voor mannen is er sprake van een stijging van 47% naar 58%; voor vrouwen van 21% naar 36%. Het kabinet streeft naar een verdere vergroting van de arbeidsparticipatie van ouderen. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.P.H. Donner TK 2006-2007, 27 046, nr. 21.