[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

31844 Wijziging van enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen

Wijziging van enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen

Eindtekst

Nummer: 2010D10273, datum: 2009-09-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2009Z01574:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

29 september 2009



Wijziging van enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en
beroep bij niet tijdig beslissen



	GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET



	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in
enkele bijzondere wetten de beslistermijnen aan te passen met het oog op
de inwerkingtreding van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig
beslissen;

	Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK 1	MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN
MINISTERIE VAN JUSTITIE

ARTIKEL I

	Aan artikel 9:11 van de Algemene wet bestuursrecht wordt een derde lid
toegevoegd, luidende:

	3. Verder uitstel is mogelijk voor zover de klager daarmee schriftelijk
instemt.

HOOFDSTUK 2	MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN

ARTIKEL II

	In artikel 18h, achtste lid, van de Gaswet wordt “binnen vier
maanden” vervangen door: binnen zes maanden.

HOOFDSTUK 3	MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

ARTIKEL III

	Onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 76, tweede lid,
onderdeel f, van de Flora- en faunawet door een puntkomma, wordt een
onderdeel toegevoegd, luidende:

	g. de termijn waarbinnen een vergunning of ontheffing wordt verleend.

ARTIKEL IV

	De Natuurbeschermingswet 1998 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 33, eerste lid, vervalt de zinsnede “binnen twee weken na
de dag waarop het verzoek om schadevergoeding is ingediend,”.

B

	In artikel 35, vervalt de zinsnede “binnen dertien weken na de dag
waarop het verzoek om schadevergoeding is ingediend,”.

C

	Artikel 38 komt te luiden:

Artikel 38

	1. Het bestuursorgaan beslist binnen acht weken of, indien een
schadebeoordelingscommissie als bedoeld in artikel 32, eerste lid, is
ingeschakeld, binnen zesentwintig weken na de ontvangst van het verzoek
om schadevergoeding.

	2. Het bestuursorgaan kan de beslissing eenmaal voor ten hoogste acht
weken of, indien een schadebeoordelingscommissie als bedoeld in artikel
32, eerste lid, is ingeschakeld, zesentwintig weken verdagen. Van de
verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan.

ARTIKEL V

	Artikel 2, tweede lid, van de Natuurschoonwet 1928 komt te luiden:

	2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels
gesteld met betrekking tot:

	a. de wijze van indiening van een verzoek als bedoeld in het eerste lid
en de besluitvorming daarover, en

	b. de omstandigheden waaronder een verzoek uitsluitend kan worden
ingediend in samenhang met eenzelfde verzoek dat door de eigenaar van
een aangrenzende onroerende zaak wordt ingediend.

ARTIKEL VI

	Artikel 3, zevende lid, van de Wet op de dierenbescherming komt te
luiden:

	7. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden
gesteld omtrent het indienen van een aanvraag tot verlening of wijziging
van een vergunning en omtrent de behandeling daarvan.

HOOFDSTUK 4	MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ARTIKEL VII

	De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten wordt als
volgt gewijzigd:

	Artikel 69 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onder vernummering van het vijfde tot vierde lid, vervalt het vierde
lid.

	2. Na het vierde lid (nieuw) wordt een lid toegevoegd, luidende:

	5. In afwijking van de in het tweede tot en met vierde lid genoemde
termijn van acht weken, geldt tot en met 31 december 2011, of tot een
eerder, bij koninklijk besluit te bepalen, tijdstip, een termijn van
veertien weken.

ARTIKEL VIII

	Na artikel 7 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend
verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten, wordt
een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 7a

	1. Indien een verzoek is gedaan aan Onze Minister om een uitzondering
te maken op de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van een
collectieve arbeidsovereenkomst, beslist Onze Minister op dit verzoek
niet eerder dan op het moment dat die bepalingen van de collectieve
arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zijn verklaard.

	2. Indien tegen een besluit inzake het al dan niet maken van een
uitzondering op de algemeen verbindend verklaarde bepalingen van een
collectieve arbeidsovereenkomst bezwaar is gemaakt, beslist Onze
Minister op dat bezwaar, in afwijking van artikel 7:10, eerste lid, van
de Algemene wet bestuursrecht, binnen veertien weken gerekend vanaf de
dag na die waarop de termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is
verstreken.

ARTIKEL IX

	Artikel 33c, vijfde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie
werk en inkomen komt te luiden:

	5. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen beslist, in
afwijking van artikel 36, tweede lid, van de Wet bescherming
persoonsgegevens, binnen zes weken over de opname, verbetering en
aanvulling van gegevens van de werknemer naar aanleiding van een verzoek
als bedoeld in het derde of vierde lid.

ARTIKEL X

	De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen wordt als volgt gewijzigd:

A

	Onder vernummering van het vijfde tot vierde lid, vervalt artikel 101,
vierde lid.

B

	Artikel 102 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het derde lid wordt “binnen tien weken” vervangen door:
binnen een redelijke termijn.

	2. Aan het derde lid wordt na de eerste volzin een zin toegevoegd,
luidende:

	De redelijke termijn is in ieder geval verstreken wanneer binnen acht
weken na ontvangst van de aanvraag geen beschikking is gegeven, noch een
kennisgeving als bedoeld in het vierde of vijfde lid is gedaan.

	3. Onder vernummering van het vijfde en zesde lid tot vierde en vijfde
lid, vervalt het vierde lid.

	4. In het vierde en vijfde lid (nieuw) wordt “binnen tien weken”
vervangen door: binnen acht weken.

	5. Na het vijfde lid (nieuw) wordt een zesde lid toegevoegd, luidende:

	6. In afwijking van de in het derde tot en met vijfde lid genoemde
termijn van acht weken, geldt tot en met 31 december 2011, of tot een
eerder, bij koninklijk besluit te bepalen, tijdstip, een termijn van
veertien weken.

ARTIKEL XI

	De artikelen 72b, vierde lid, 72c, vierde lid, en 75l, derde lid, van
de Ziektewet vervallen.

ARTIKEL XII

	De Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt als volgt
gewijzigd:

A

	Onder vernummering van het vijfde tot vierde lid, vervalt artikel 86b,
vierde lid.

B

	Onder vernummering van het derde en vierde lid tot tweede en derde lid,
vervalt artikel 87, tweede lid.

ARTIKEL XIII

	De Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen wordt als volgt
gewijzigd:

A

	Onder vernummering van het vijfde tot vierde lid, vervalt artikel 95,
vierde lid.

B

	Onder vernummering van het derde tot tweede lid, vervalt artikel 95a,
tweede lid.

ARTIKEL XIV

	Artikel 29c, vierde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet vervalt.

ARTIKEL XV

	Artikel 51, vierde lid, van de Algemene Ouderdomswet vervalt.

ARTIKEL XVI

	Artikel 64a, vierde lid, van de Algemene nabestaandenwet vervalt.

HOOFDSTUK 5	MINISTERIE VAN VERKEER EN WATERSTAAT

ARTIKEL XVII

	Onze Minister van Verkeer en Waterstaat beslist op een aanvraag om
nadeelcompensatie op grond van of met inachtneming van een door hem
vastgestelde beleidsregel binnen de bij die beleidsregel vastgestelde
termijn. Deze termijn geldt als een bij wettelijk voorschrift bepaalde
termijn.

ARTIKEL XVIII

	De Belemmeringenwet Privaatrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de laatste volzin van het vierde lid wordt voor “aan den
verzoeker en de gehoorde personen” ingevoegd: binnen zes weken na die
zitting.

	2. In het vijfde lid wordt geschrapt: gehoord Gedeputeerde Staten van
de provincie, waarin de zaak is gelegen,.

	3. Na het vijfde lid worden twee leden toegevoegd, luidende:

	6. Op het verzoek tot het opleggen van een verplichting als bedoeld in
artikel 1 wordt beslist binnen zes maanden na ontvangst daarvan.

	7. Onze Minister van Verkeer en Waterstaat beslist niet dan nadat
gedeputeerde staten van de provincie, waarin de zaak is gelegen, zijn
gehoord. Gedeputeerde staten maken hun standpunt kenbaar binnen zes
weken na een daartoe strekkend verzoek van Onze Minister.

B

	Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het tweede lid wordt geschrapt: gehoord Gedeputeerde Staten,.

	2. Na het tweede lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

	3. Op het verzoek tot het opleggen van een verplichting als bedoeld in
het eerste en tweede lid, zijn artikel 2, zesde en zevende lid, van
overeenkomstige toepassing.

C

	Aan artikel 5 wordt een lid toegevoegd, luidende:

	4. Op het verzoek om een bevel als bedoeld in het eerste lid wordt
beslist binnen zes maanden na ontvangst daarvan.

HOOFDSTUK 6	MINISTERIE VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN
MILIEU

ARTIKEL XIX

	De Wet milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 8.19, derde lid, wordt “zes weken” vervangen door: acht
weken.

B

	Aan artikel 15.20 wordt een zesde lid toegevoegd, luidende:

	6. Het in het eerste lid bedoelde gezag kan de beslissing, bedoeld in
het vijfde lid, eenmaal voor ten hoogste twee maanden verdagen. Van de
verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan.

C

	Artikel 18.16 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid alsmede de aanduiding “2.” voor het tweede lid
vervallen.

	2. Na “het verzoek” wordt ingevoegd: , bedoeld in artikel 18.14,.

ARTIKEL XX

	Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van
uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges, en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Minister van Justitie,

De Minister van Economische Zaken,

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

 PAGE    

 PAGE   8