[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

31869 Wijziging van de Ziektewet om in geval van ziekte in de vijf jaren na aanvang van de dienstbetrekking ziekengeld uit te keren aan langdurig zieke oudere werknemers indien voorafgaand aan de dienstbetrekking sprake was van werkloosheid van ten minste 52 weken (Tijdelijke wet compensatieregeling loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen)

Wijziging van de Ziektewet om in geval van ziekte in de vijf jaren na aanvang van de dienstbetrekking ziekengeld uit te keren aan langdurig zieke oudere werknemers indien voorafgaand aan de dienstbetrekking sprake was van werkloosheid van ten minste 52 weken (Tijdelijke wet compensatieregeling loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen)

Eindtekst

Nummer: 2010D10287, datum: 2009-05-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2009Z03306:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

28 mei 2009



Wijziging van de Ziektewet om in geval van ziekte in de vijf jaren na
aanvang van de dienstbetrekking ziekengeld uit te keren aan langdurig
zieke oudere werknemers indien voorafgaand aan de dienstbetrekking
sprake was van werkloosheid van ten minste 52 weken (Tijdelijke wet
compensatieregeling loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig
langdurig werklozen)



	VOORSTEL VAN WET



	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het
mogelijk te maken om aan de werknemer, bedoeld in de Ziektewet, die op
het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet ouder is dan 55 jaar, in
geval van ziekte in de vijf jaren na aanvang van de dienstbetrekking
recht te geven op ziekengeld, indien er direct voorafgaand aan de
dienstbetrekking sprake is geweest van werkloosheid van ten minste 52
weken en nadat dertien weken van ziekte zijn verstreken;

	Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:

ARTIKEL I WIJZIGING VAN DE ZIEKTEWET

	De Ziektewet wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 29 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid, aanhef, wordt “en 29b” vervangen door:, 29b
en 29d.

	2. In het tweede lid, onderdeel g, wordt “artikel 29b” vervangen
door: de artikelen 29b en 29d.

	3. In het zesde lid wordt “artikel 29a of artikel 29b” vervangen
door: artikel 29a, artikel 29b of artikel 29d.

B

	Na artikel 29c wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 29d

	1. De werknemer die is geboren voor 1 juli 1954 en die onmiddellijk
voorafgaand aan een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 3, 4 of 5
gedurende ten minste 52 weken recht had op een uitkering op grond van
hoofdstuk II van de Werkloosheidswet, heeft vanaf de eerste dag van zijn
ongeschiktheid tot werken wegens ziekte recht op ziekengeld over
perioden van ongeschiktheid tot werken wegens ziekte die zijn
aangevangen in de vijf jaren na aanvang van zijn dienstbetrekking. Voor
het bepalen van de perioden van ongeschiktheid tot werken wegens ziekte
is artikel 29, vijfde lid, tweede en derde zin, van overeenkomstige
toepassing. De uitbetaling van het ziekengeld, bedoeld in de eerste zin,
vindt niet eerder plaats dan de eerste dag van de veertiende week van de
ongeschiktheid tot werken.

	2. Het ziekengeld, bedoeld in het eerste lid, bedraagt 70% van het
dagloon van de werknemer.

	3. In afwijking van het tweede lid wordt het ziekengeld in het tijdvak
van 52 weken vanaf de eerste dag van ongeschiktheid tot werken wegens
ziekte van de werknemer, bedoeld in artikel 3, op verzoek van de
werkgever gesteld op het dagloon, met dien verstande dat het ziekengeld
niet meer kan bedragen dan de aanspraak van de werknemer op het loon dat
de werkgever verschuldigd zou zijn, indien daarop geen ziekengeld in
mindering zou zijn gebracht.

	4. Dit artikel is niet van toepassing indien de werknemer werkzaam is
in een dienstbetrekking in de zin van artikel 2 of 7 van de Wet sociale
werkvoorziening.

	5. Voor het bepalen van het tijdvak van 52 weken, bedoeld in het eerste
lid, worden onderbrekingen van het recht op uitkering op grond van de
Werkloosheidswet van minder dan vier weken gelijkgesteld met perioden
waarin de werknemer recht had op een uitkering op grond van de
Werkloosheidswet.

C

	Artikel 38b wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “artikel 29b” vervangen door: artikel
29b of 29d.

	2. De laatste zin van het tweede lid vervalt.

	3. Na het tweede lid worden twee leden toegevoegd, luidende:

	3. In afwijking van artikel 38a, tweede lid, meldt de werkgever, indien
een mogelijke aanspraak op grond van artikel 29d bestaat, uiterlijk op
de vierde dag nadat dertien weken van ongeschiktheid tot het verrichten
van arbeid wegens ziekte van de werknemer zijn verstreken, aan het
Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen de eerste werkdag waarop
die werknemer wegens ziekte ongeschikt is tot het verrichten van zijn
arbeid.

	4. Artikel 38a, derde lid, is van overeenkomstige toepassing op de
melding, bedoeld in het tweede en derde lid.

D

	Na artikel 94 worden twee artikelen toegevoegd, luidende:

Artikel 95

	De artikelen van deze wet zoals deze luidden voor de datum van
inwerkingtreding van de Tijdelijke wet compensatieregeling loonkosten
bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen, blijven van
toepassing op dienstbetrekkingen, bedoeld in artikel 3, 4, of 5, die
zijn aangegaan voor die datum.

Artikel 96

	1. De artikelen 29d, 38b, derde lid, en 95 vervallen tien jaar na het
tijdstip van inwerkingtreding van de Tijdelijke wet compensatieregeling
loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen.

	2. Op het tijdstip waarop artikel 29d vervalt wordt artikel 29 als
volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid, aanhef, wordt “, 29b en 29d” vervangen door:
en 29b.

	2. In het tweede lid, onderdeel g, wordt “de artikelen 29b en 29d”
vervangen door: artikel 29b.

	3. Op het tijdstip waarop artikel 38b, derde lid, vervalt, wordt in
artikel 38b, eerste lid, “artikel 29b of 29d” vervangen door
“artikel 29b”, wordt artikel 38b, vierde lid, vernummerd tot derde
lid, en wordt in dat lid “het tweede en het derde lid” vervangen
door: het tweede lid.

ARTIKEL II WIJZIGING VAN DE WET STRUCTUUR UITVOERINGSORGANISATIE WERK EN
INKOMEN

	De Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt als volgt
gewijzigd:

A

	In artikel 30a, derde lid, onderdeel e, wordt na “artikel 29b”
ingevoegd: en artikel 29d.

B

	Na artikel 83la wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 83lb Overgangsrecht Tijdelijke wet compensatieregeling
loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen.

	Op het tijdstip waarop artikel 29d van de Ziektewet vervalt, vervalt in
artikel 30a, derde lid, onderdeel e: en artikel 29d.

ARTIKEL III WIJZIGING VAN DE WET FINANCIERING SOCIALE VERZEKERINGEN

	In artikel 108, eerste lid, onderdeel b, van de Wet financiering
sociale verzekeringen wordt “artikel 29, tweede lid, onderdeel a tot
en met f, van de Ziektewet” vervangen door: artikel 29, tweede lid,
van de Ziektewet.

ARTIKEL IV SLOTBEPALING BETREFFENDE ARTIKEL 29d VAN DE ZIEKTEWET

	Indien artikel I, onderdeel B van deze wet in werking treedt na 1 juli
2009 wordt in artikel 29d, eerste lid, van de Ziektewet “1 juli
1954” vervangen door de datum die is gelegen 55 jaar voor de datum van
inwerkingtreding van artikel I, onderdeel B van deze wet.

ARTIKEL V CITEERTITEL

	Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke wet compensatieregeling
loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen.

ARTIKEL VI INWERKINGTREDING

	De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

 PAGE    

 PAGE   4