[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

31999 Regeling voor aanpassing van bedragen in de Wet op het kindgebonden budget en niet-indexering van kinderbijslagbedragen en bedragen kindgebonden budget in de jaren 2010 en 2011

Regeling voor aanpassing van bedragen in de Wet op het kindgebonden budget en niet-indexering van kinderbijslagbedragen en bedragen kindgebonden budget in de jaren 2010 en 2011

Eindtekst

Nummer: 2010D10451, datum: 2009-11-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2009Z13040:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

3 november 2009



Regeling voor aanpassing van bedragen in de Wet op het kindgebonden
budget en niet-indexering van kinderbijslagbedragen en bedragen
kindgebonden budget in de jaren 2010 en 2011



	VOORSTEL VAN WET



	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in verband
met de beheersing van de uitgaven aan kinderbijslag en kindgebonden
budget de bedragen voor de kinderbijslag en het kindgebonden budget niet
te indexeren in de jaren 2010 en 2011 en overigens in de Wet
kindgebonden budget de inkomensgrenzen en andere bedragen aan te passen;

	Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

	De Wet op het kindgebonden budget wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het vierde lid wordt “€ 29 413” vervangen door: “€ 28
413” en “€ 283” door: € 226.

	2. In het vijfde lid wordt  “€ 29 413” vervangen door: “€ 28
413” en “€ 363” door: € 290.

	3. In het zesde lid wordt “€ 29 413” telkens vervangen door
“€ 28 413” en “6,5%” door: 7,6%.

B

	In artikel 3, eerste lid, wordt “van het gezamenlijke
toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 2, zesde lid,” vervangen door:
van het gezamenlijke toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 2, vierde,
vijfde en zesde lid.

C

	Artikel 6a wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “voor de berekeningsjaren 2009 en 2010”
vervangen door: voor het berekeningsjaar 2009.

	2. In het tweede lid wordt “2010” vervangen door “2009”.

D

	Artikel 7 komt te luiden:

Artikel 7 Niet-indexeren bedragen in berekeningsjaren 2010 en 2011

	Bij het begin van het jaar 2010 en 2011 worden de bedragen, genoemd in
artikel 2, tweede, vierde en vijfde lid, en het bedrag van het
gezamenlijke toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 2, vierde, vijfde en
zesde lid, voor de berekeningsjaren 2010 en 2011 niet gewijzigd
overeenkomstig artikel 3, eerste lid.

ARTIKEL II

	1. De bedragen, bedoeld in artikel 12 en 41b, van de Algemene
Kinderbijslagwet, worden met ingang van 1 januari 2010 in de
kalenderjaren 2010 en 2011 niet herzien met toepassing artikel 13,
tweede lid, van de Algemene Kinderbijslagwet.

	2. Voor de herziening van de bedragen, bedoeld in het eerste lid, met
ingang van 1 januari 2012 wordt voor de toepassing van artikel 13,
tweede lid, van de Algemene Kinderbijslagwet onder “de
consumentenprijsindex, waarop de laatste herziening is gebaseerd”
verstaan: de consumentenprijsindex over de maand april 2011.

ARTIKEL III

	Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister voor Jeugd en Gezin,

De Staatssecretaris van Financiën,

 PAGE    

 PAGE   3