32123-XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010
Vaststelling van de begrotingsstaat van de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010
Eindtekst
Nummer: 2010D10866, datum: 2009-12-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2009Z16187:
- Indiener: A. Rouvoet, minister voor Jeugd en Gezin
- Voortouwcommissie: algemene commissie voor Jeugd en Gezin
- 2009-09-15 15:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-09-23 11:45: Procedurevergadering Jeugd en Gezin (Procedurevergadering), algemene commissie voor Jeugd en Gezin
- 2009-10-01 12:00: Vaststelling van de begrotingsstaat van de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010 - 32123-XVII (Inbreng feitelijke vragen), algemene commissie voor Jeugd en Gezin
- 2009-11-03 20:00: Begroting Jeugd en gezin (XVII) (1e termijn Kamer) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2009-11-04 16:45: Begroting Jeugd en gezin (XVII) (rest) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2009-12-15 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (π origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 15 december 2009 Vaststelling van de begrotingsstaat van de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij de wet moet worden vastgesteld en dat in artikel 1 van de Comptabiliteitswet 2001 wordt bepaald welke begrotingen tot die van het Rijk behoren; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Artikel 1 De bij deze wet behorende begrotingsstaat van de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010 wordt vastgesteld. Artikel 2 De vaststelling van de in artikel 1 bedoelde begrotingsstaat geschiedt in duizenden euroβs. Artikel 3 1. In afwijking van artikel 5, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2001 geldt voor de begroting van Jeugd en Gezin (XVII) voor het jaar 2010, dat de toelichting bij de begrotingsstaat het in artikel 5, eerste lid, bedoelde inzicht per beleidsartikel biedt, tenzij voor bepaalde beleidsartikelen het inzicht op een andere plaats in de begroting wordt geboden. 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op het bepaalde in artikel 14, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001. Artikel 4 Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het jaar waarop de vaststelling van de begroting betrekking heeft. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 januari. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister voor Jeugd en Gezin, De Minister voor Jeugd en Gezin,Begrotingsstaat behorende bij de Wet van .........., Stb. ... Begroting 2010 Begroting van Jeugd en Gezin (XVII) (bedragen x β¬ 1 000) Art. Omschrijving Oorspronkelijk vastgestelde begroting Verplichtingen Uitgaven Ontvangsten TOTAAL 6 178 593 6 509 890 14 947 Beleidsartikelen 6 169 232 6 500 529 14 947 1 Gezin en inkomen 4 292 764 4 292 764 272 2 Gezond opgroeien 74 584 399 642 1 977 3 Zorg en bescherming 1 801 884 1 808 123 12 698 Niet beleidsartikelen 9 361 9 361 0 98 Algemeen 308 308 0 99 Nominaal en onvoorzien 9 053 9 053 0 PAGE PAGE 1