32421 Adv RvSt inzake de Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving
Wijziging van verschillende wetten in verband met harmonisatie en vereenvoudiging van deze wetten ten behoeve van de uitvoering van die wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2010D25953, datum: 2010-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2010Z09513:
- Indiener: J.P.H. Donner, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Medeindiener: J.C. de Jager, minister van Financiën
- Medeindiener: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-06-22 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-06-24 14:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2010-06-29 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2010-09-08 14:00: Wijziging van verschillende wetten in verband met harmonisatie en vereenvoudiging van deze wetten ten behoeve van de uitvoering van die wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving) (32421) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-09-28 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-10-13 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2010-11-04 16:00: Extra procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-11-10 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2010-11-18 10:15: Hamerstuk: Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving (32421) (Hamerstukken), TK
Preview document (đ origineel)
No.W12.10.0126/III 's-Gravenhage, 26 mei 2010 Bij Kabinetsmissive van 19 april 2010, no.10.001066, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede namens de Minister van FinanciĂ«n en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van verschillende wetten in verband met harmonisatie en vereenvoudiging van deze wetten ten behoeve van de uitvoering van die wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving), met memorie van toelichting. Het voorstel van wet geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. Voor redactionele kanttekeningen verwijst de Raad naar de bij het advies behorende bijlage. De Raad geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Gelet op artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, is het college van oordeel dat openbaarmaking van dit advies achterwege dient te blijven. De Vice-President van de Raad van State,Bijlage bij het advies van de Raad van State betreffende no.W12.10.0126/III met redactionele kanttekeningen die de Raad in overweging geeft. In het in artikel III, onderdeel A, voorgestelde artikel 16a WAZ, het in artikel III, onderdeel B, derde lid, voorgestelde artikel 20, zesde lid, WAZ, het in artikel III, onderdeel C, voorgestelde artikel 21, zevende lid, WAZ, het in artikel V, onderdeel D, voorgestelde artikel 39b WAO, het in artikel V, onderdeel F, voorgestelde artikel 43a, zesde lid, WAO, het in artikel V, onderdeel H, tweede lid, voorgestelde artikel 47, zevende lid, WAO, het in artikel VI, onderdeel E, voorgestelde artikel 3:17a Wet WAJONG, het in artikel VI, onderdeel F, tweede lid, voorgestelde artikel 3:21, vijfde lid, Wet WAJONG en het in artikel VI, onderdeel G, voorgestelde artikel 3:22, zevende lid, Wet WAJONG, âeen uitkering op grond van de Ziektewetâ vervangen door âziekengeld op grond van de Ziektewetâ en âde uitkering op grond van de Ziektewet overtreft, danwel zou overtreffen, indien de uitkering op grond van artikel 45 van de Ziektewet geheel of gedeeltelijk is geweigerdâ vervangen door âhet ziekengeld overtreft, danwel zou overtreffen indien het ziekengeld niet geheel of gedeeltelijk zou zijn geweigerd op grond van artikel 45 van de Ziektewetâ. In artikel IV, onderdeel B, tweede lid, na âdoorâ een dubbele punt plaatsen en de daarnavolgende aanhalingstekens schrappen. Verder met betrekking tot artikel IV, onderdeel B, rekening houden met het voorstel van wet tot Wijziging van een aantal wetten ter uniformering van het loonbegrip (Wet uniformering loonbegrip) (Kamerstukken II 32 131) dat tevens artikel 17 Wfsv wijzigt. In artikel IV, onderdeel H, eerste lid, "de aanhef van" schrappen. In het in artikel IV, onderdeel U, voorgestelde artikel 122h "Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen" vervangen door "UWV", na "zoals dat luidde" invoegen "op de dag" en na "onderdeel G," invoegen "van de Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving". In het in artikel V, onderdeel Q, voorgestelde artikel 91h WAO duidelijker tot uitdrukking brengen om welke aangelegenheden het gaat, daarbij het woord 'aangelegenheden' vermijdend, en "het recht" vervangen door de desbetreffende artikelen. In artikel VI, onderdeel K, na "artikel 8:4" invoegen:, eerste lid,. In artikel VIII, onderdeel P, en het in onderdeel S voorgestelde artikel 86b, âartikel 47a, derde lidâ vervangen door: artikel 47a, tweede lid. Dit in verband met de inwerkingtreding van artikel 26, onderdeel S, van de Aanpassingswet vierde tranche Awb. In artikel XI, onderdeel B, "het inkomen" vervangen door: het inkomen uit arbeid. In het in artikel XVI, onderdeel B, voorgestelde artikel 2.8 na "zoals dat luidde" invoegen: op de dag. In paragraaf 2.1.5 van de memorie van toelichting aandacht besteden aan het feit dat de werkgever een hogere werkgeversbetaling ontvangt van het UWV dan hij aan loon aan de werknemer hoeft te betalen. PAGE PAGE 2 PAGE I AAN DE KONINGIN ........................................................................ ...........