[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

32420 NR Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000

Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven (PbEU L 348/98

Nader rapport

Nummer: 2010D25974, datum: 2010-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2010Z09511:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en
Vreemdelingenzaken

Directie Wetgeving

Sector Staats- en Bestuursrecht

 

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.justitie.nl

 

Contactpersoon

J. Leppers

 

T  070 370 79 11

F  070 370 79 10

Registratienummer

5656918/10/6

 

  DOCPROPERTY referentiegegevens   



  DOCPROPERTY woordmerk   





  DOCPROPERTY rubricering   

  DOCPROPERTY _aankoningin  Aan de Koningin 







	  DOCPROPERTY _datum  Datum 	11 juni 2010 

  DOCPROPERTY _onderwerp  Onderwerp 	  DOCPROPERTY onderwerp  Nader
rapport inzake het wetsvoorstel houdende wijziging van de
Vreemdelingenwet 2000 in verband met de implementatie van de richtlijn
nr. 2008/115/EG van 16 december 2009 van het Europees Parlement en de
Raad over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor
de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun
grondgebied verblijven (PbEU L 348/98) 





Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van
19 februari 2010 nr. 10.000461, machtigde Uwe Majesteit de Raad van
State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks
aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 1 april 2010, nr.
W03.10.0056/II, bied ik U hierbij aan.

1.		Concentratie van rechtsbescherming

De adviezen van de Raad zijn gevolgd. Met het oog op de concentratie van
rechtsbescherming zijn de artikelen 27 en 45 zodanig aangepast dat een
meeromvattende beschikking, die geldt als terugkeerbesluit, ook een
inreisverbod kan inhouden. Daaraanvolgend is in de tekst van artikel 62,
zevende lid, verduidelijkt dat de in het zesde lid bedoelde kennisgeving
geldt als terugkeerbesluit in de zin van de richtlijn en eveneens een
inreisverbod kan inhouden. In verband daarmee is aan artikel 1 een
definitie van het terugkeerbesluit toegevoegd. Als gevolg van een en
ander konden de voorgestelde wijzigingen van de artikelen 72 en 75
worden geschrapt.

Conform onderdeel 1a van het advies van de Raad is artikel 62, zesde
lid, zodanig aangepast dat zogenoemde AC-zaken niet door deze bepaling
worden bestreken.

2.		Inreisverbod

2a. 	Verhouding tussen inreisverbod en ongewenstverklaring.

Het advies van de Raad is gevolgd. De bepalingen omtrent het Europese
inreisverbod en de nationale ongewenstverklaring zijn in afzonderlijke
afdelingen ondergebracht. In geval er geen meeromvattende beschikking is
gegeven, wordt het inreisverbod slechts bij afzonderlijke beschikking,
maar nog wel gecombineerd met een terugkeerbesluit, gegeven. Hangende
bezwaar of beroep tegen een meeromvattende beschikking zal een
afzonderlijk uit te vaardigen inreisverbod worden gegeven door middel
van een beschikking die strekt tot wijziging van de reeds gegeven
meeromvattende beschikking, zodat het bezwaar of beroep ingevolge
artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht wordt geacht zich mede
daartegen te richten.

Het inreisverbod en de in aanvulling daarop te geven ongewenstverklaring
zullen gelijktijdig ingaan en gelijktijdig eindigen. De in dit verband
benodigde bepalingen zullen worden opgenomen in het Vreemdelingenbesluit
2000.

Dat neemt niet weg dat zich in de praktijk gevallen zullen voordoen
waarin de ongewenstverklaring later wordt uitgevaardigd dan het
inreisverbod, met name in geval aan de vreemdeling artikel 1F van het
Vluchtelingenverdrag wordt tegengeworpen. De beslissing tot
ongewenstverklaring wordt dan genomen nadat de beslissing strekkende tot
tegenwerping van artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag door een
onherroepelijk geworden rechterlijke beslissing onaantastbaar is
geworden. Daarmee wordt bereikt dat vreemdelingen aan wie artikel 1F van
het Vluchtelingenverdrag is tegengeworpen niet strafbaar kunnen worden
gesteld wegens verblijf hier te lande zolang de tegenwerping van artikel
1F van het Vluchtelingenverdrag niet onherroepelijk is.

Als gevolg van het een ander komen de onderdelen 2b, 2c en 2f niet meer
aan de orde.

2d.		Sancties

Het advies van de Raad is gevolgd, met dien verstande dat het
inreisverbod kracht wordt bijgezet door middel van een strafsanctie in
die gevallen waarin op basis van de huidige regelgeving reeds aanleiding
bestaat tot ongewenstverklaring over te gaan. Dat wordt bereikt door in
voorkomend geval een ongewenstverklaring aan het inreisverbod te
koppelen of nadien daaraan toe te voegen.

2e.	Ingang termijn

De tekst en de toelichting zijn aangevuld overeenkomstig hetgeen de Raad
heeft geadviseerd. In geval het inreisverbod wordt gegeven voor een
bepaalde termijn, wordt de duur ervan berekend met ingang van het
tijdstip waarop de vreemdeling het grondgebied van de lidstaten
daadwerkelijk heeft verlaten.

3. 	Bewaring

De adviezen van de Raad zijn gevolgd. In de toelichting op artikel I,
onderdeel E (artikel 59), is ingegaan op het arrest Kadzoev, waarbij is
aangegeven dat de bewaring met het oog op uitzetting moet worden
onderscheiden van de bewaring van asielzoekers hangende de beslissing op
een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning als bedoeld in
artikel 28. Het bereik van artikel 59, zevende lid, is aangepast.

4. 	Redactionele kanttekeningen

Aan de redactionele kanttekeningen is gevolg gegeven, voor zover nog van
toepassing.

Aan het wetsvoorstel is nog een bepaling toegevoegd strekkende tot
aanpassing van artikel 109 met het oog op het feit dat de bepalingen van
het Schengenacquis thans niet uitsluitend meer zijn neergelegd in een
verdrag, maar ook in Europese verordeningen, zoals de Schengengrenscode,
alsmede de onderwerpelijke richtlijn. Tevens is daarbij acht geslagen op
de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon.

Tenslotte is aan het wetsvoorstel nog een afstemmingsbepaling
toegevoegd, met het oog op de mogelijk eerdere inwerkingtreding van de
Wet modern migratiebeleid.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en
de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Justitie,

  DOCPROPERTY ondertekening   



  DOCPROPERTY rubriceringvolg   



	  DOCPROPERTY rubricering   	  DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE   \*
MERGEFORMAT  2    DOCPROPERTY _van  van    SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT
 3 





	  DOCPROPERTY rubricering   	  if   NUMPAGES  3  = "1" "" " 
DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE  1    DOCPROPERTY _van  van   
NUMPAGES  3 " Pagina 1 van 3 





  DOCPROPERTY directoraatvolg  Directoraat-Generaal Wetgeving,
Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken

   DOCPROPERTY directoraatnaamvolg  Directie Wetgeving

 

Datum

11 juni 2010

  DOCPROPERTY _onskenmerk     DOCPROPERTY onskenmerk   





  DOCPROPERTY rubricering