[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op verzoek commissie om een reactie op de mail inzake schapenleed bij een boer in Uitgeest

Brief regering

Nummer: 2010D26729, datum: 2010-06-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2010Z09827:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 juni 2010

Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit van 12 mei jl., stuur ik u hierbij mijn
reactie op de mail inzake schapenleed bij een boer in Uitgeest. 

Op 16 april vindt er een melding plaats bij de Algemene Inspectiedienst
(AID) van een mogelijk geval van dierverwaarlozing. Op dezelfde dag
heeft de AID-controleur ter plekke een inspectie uitgevoerd. Een aantal
dieren bleek kreupel te lopen. De dieren zijn hierna in het bijzijn van
de eigenaar nogmaals op deze dag bekeken. Van de 153 aanwezige dieren
bleken er tien kreupel te lopen. Omdat een aantal dieren ook wat schraal
was, heeft de AID-controleur aangegeven dat het voer aangevuld moest
worden met mineralen. Bij de hercontrole na zes dagen was de situatie
beduidend verbeterd. Er bleken nog vier schapen enigszins kreupel te
lopen, maar verder was alles in orde. 

 

Naar aanleiding van de videobeelden heeft op 17 mei jl. in overleg met
de politie en de eigenaar een tweede hercontrole plaatsgevonden. In
aanwezigheid van de politie is door de AID samen met de lokale
dierenarts een controle uitgevoerd waarbij de schapen op twee weilanden
zijn geïnspecteerd. De opstallen op deze weilanden zijn ook aan een
onderzoek onderworpen. De algemene indruk was redelijk tot goed. De
schapen hadden de beschikking over voldoende voer en water en er waren
geen aanwijzingen voor dierenmishandeling of verwaarlozing. Er is
hierover door de dierenarts een schriftelijke verklaring opgesteld.

In tegenstelling tot wat de schrijver van de mail impliceert, heeft de
AID snel en adequaat gereageerd op de melding. Ook is door de AID kennis
genomen van het betreffende videomateriaal. 

Hierbij is geconcludeerd dat de beelden niet bruikbaar zijn voor de
waarheidsvinding omdat niet is vast te stellen waar en wanneer de
beelden gemaakt zijn en welke schapen het betreft. 

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN

VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg