[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

32468 NR inzake herziening regels betreffende de processtukken in strafzaken

Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de herziening van de regels inzake de processtukken, de verslaglegging door de opsporingsambtenaar en enkele andere onderwerpen (herziening regels betreffende de processtukken in strafzaken)

Nader rapport

Nummer: 2010D32742, datum: 2010-09-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2010Z12096:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en
Vreemdelingenzaken

Directie Wetgeving

 

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.rijksoverheid.nl/justitie

 

Contactpersoon

F.J.E. Krips

 

T  070 370 61 38

f.krips@minjus.nl

 

Registratienummer

5665387/10/6

 

  DOCPROPERTY referentiegegevens   



  DOCPROPERTY woordmerk   





  DOCPROPERTY rubricering   

  DOCPROPERTY _aankoningin  Aan de Koningin 







	  DOCPROPERTY _datum  Datum 	25 augustus 2010

  DOCPROPERTY _onderwerp  Onderwerp 	  DOCPROPERTY onderwerp  nader
rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van het Wetboek van
Strafvordering in verband met de herziening van de regels inzake de
processtukken, de verslaglegging door de opsporingsambtenaar en enkele
andere onderwerpen (herziening regels betreffende de processtukken in
strafzaken) 





Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 7 mei 2010,
no.10.001272, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies
inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen
toekomen. Dit advies, gedateerd 8 juli 2010, nr. W03.10.0168/II, bied ik
U hierbij aan.

1.		Samenhang tussen het wetsvoorstel versterking positie
rechter-commissaris 			en het onderhavige wetsvoorstel

De Raad van State acht het van belang dat in de memorie van toelichting
een nadere uiteenzetting wordt gegeven omtrent de uitwerking van de
doelstellingen van het wetsvoorstel versterking positie
rechter-commissaris. Overeenkomstig het advies van de Raad wordt thans
in de inleidende paragraaf van de toelichting nader ingegaan op de wijze
waarop de nieuwe uitgangspunten voor de positie en taakopdracht van de
rechter-commissaris doorwerken in de bevoegdheden en taken in de
regeling van de processtukken in strafzaken. Daarbij wordt ook aandacht
besteed aan de tijdige beschikbaarheid van het gehele procesdossier voor
de rechter-commissaris zodat deze de hem toegekende bevoegdheden naar
behoren kan vervullen. 

2.		Het recht van de verdachte op kennisneming van de processtukken

Met de Raad ben ik van mening dat het voor het waarborgen van de rechten
van de verdachte essentieel is dat de verdachte in een vroegtijdig
stadium kennis kan nemen van de processtukken en dat in het belang van
de rechtszekerheid zoveel mogelijk duidelijkheid moet bestaan over het
moment waarop dat recht geldend kan worden gemaakt. Het wetsvoorstel,
zoals het aan de Raad van State ter advisering werd voorgelegd, liet de
bestaande wettelijke regeling op dit punt ongewijzigd. Die regeling
houdt in, dat de verdachte op ieder moment in het voorbereidend
onderzoek het recht op inzage in de processtukken heeft, behoudens het
bepaalde in artikel 30, tweede lid, Sv. De Raad adviseert om vanuit een
oogpunt van rechtszekerheid deze regeling aan te vullen met een bepaling
waaruit volgt dat de verdachte het recht op kennisneming in elk geval
toekomt vanaf het eerste verhoor. Dit advies heb ik overgenomen.
Verwezen wordt in dit verband naar het aangepaste artikel I, onderdeel
D, van het wetsvoorstel en de aanvullingen in paragraaf 5.3 van de
memorie van toelichting, onder het kopje ‘Het ontstaansmoment van het
recht op kennisneming’. 

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om de navolgende wijzigingen in
het wetsvoorstel en de toelichting aan te brengen.

Aan het voorgestelde artikel 149b, eerste lid, Sv (onderdeel J) is een
volzin toegevoegd. Geëxpliciteerd wordt dat ook de schriftelijke
vordering van de officier van justitie en de beschikking van de
rechter-commissaris, bedoeld in dat artikellid, bij de processtukken
dienen te worden gevoegd. Daarmee wordt zeker gesteld dat uit het
dossier ook blijkt dat een beroep op de regeling is gedaan wanneer de
rechter-commissaris de machtiging om voeging van bepaalde stukken of
gedeelten daarvan achterwege te laten, niet heeft verleend. 

Aan het wetsvoorstel zijn de artikelen II en III toegevoegd die een
verduidelijking beogen van artikel 153, tweede lid, Sv zoals dat komt te
luiden na inwerkingtreding van artikel I, onderdeel A, van de Wet van 15
september 2005 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering
(elektronische aangiften en processen-verbaal)(Stb. 2005, 470). Verwezen
zij verder naar de toelichting op genoemde artikelen in het
artikelsgewijze gedeelte van de memorie van toelichting.

Paragraaf 5.4 van de memorie van toelichting is aangevuld met een
passage waarin nader wordt verduidelijkt dat na toepassing van het
voorgestelde artikel 149b, eerste lid, Sv de zittingsrechter, indien hij
het nodig acht dat bepaalde stukken nogmaals op de mogelijkheid van
voeging worden beoordeeld, die beoordeling als regel (wederom) in handen
stelt van de rechter-commissaris (vgl. paragraaf 5.4, onder het kopje
‘Bevoegdheid van de officier van justitie inzake het achterwege laten
van voeging’, vijfde alinea).

Ik moge U hierbij verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van
wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Justitie,

  DOCPROPERTY ondertekening   



  DOCPROPERTY rubriceringvolg   



	  DOCPROPERTY rubricering   	  DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE   \*
MERGEFORMAT  2    DOCPROPERTY _van  van    SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT
 2 





	  DOCPROPERTY rubricering   	  if   NUMPAGES  2  = "1" "" " 
DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE  1    DOCPROPERTY _van  van   
NUMPAGES  2 " Pagina 1 van 2 









 PAGE   1 

VERTROUWELIJK	Pagina  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  2 



	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  2  van   SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT 
2 



  PAGE  2 









  DOCPROPERTY directoraatvolg  Directoraat-Generaal Wetgeving,
Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken

   DOCPROPERTY directoraatnaamvolg  Directie Wetgeving   DOCPROPERTY
onderdeelvolg     DOCPROPERTY directieregel   

 

  DOCPROPERTY _datum  Datum 

  DOCPROPERTY datum  5 augustus 2010 

  DOCPROPERTY _onskenmerk   

  DOCPROPERTY onskenmerk   





  DOCPROPERTY rubricering   

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en
Vreemdelingenzaken

Directie Wetgeving

Sector straf- en sanctierecht 

Datum

25 augustus 2010

Ons kenmerk

5665387/10/6