Preview document (🔗 origineel)

---

Aan de voorzitters van de vaste commissies





	i.a.a. de commissiegriffiers







Plaats en Datum	Den Haag,	  30 augustus 2010

Betreft	Opstellen Toekomst- en onderzoeksagenda Tweede Kamer 2011

Ons kenmerk	2010Z09528/ 2010D25942

Uw kenmerk

	Uw brief van

	In afschrift aan

	Bijlagen

	



	Geachte voorzitters,

De commissies worden hierbij opgeroepen voor 1 november 2010 voorstellen
te doen aan de commissie voor de Rijksuitgaven voor de Toekomst- en
onderzoeksagenda 2011 van de Tweede Kamer.

Per commissie kan één gemotiveerd voorstel worden ingediend. Een
voorstel dient de steun te hebben van een meerderheid in de commissie en
tevens dient bij leden van de commissie de bereidheid te bestaan om
uitvoering te geven aan het onderzoek.

Op basis van een procesevaluatie van de Toekomst- en onderzoeksagenda
2010 breng ik graag enkele aanbevelingen onder uw aandacht (zie bijlage
1).

De commissie voor de Rijksuitgaven toetst de commissievoorstellen aan
eerder vastgestelde criteria (zie bijlage 2) en stelt een voordracht op
aan de Kamer voor maximaal drie onderzoeken. De Kamer besluit in
december 2010 over de onderwerpen voor de onderzoek- en toekomstagenda
2011.

Met vriendelijke groet,

Ch.B. Aptroot

Voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven



Bijlage 1 

Aanbevelingen Toekomst- en Onderzoeksagenda 2011

De commissie voor de Rijksuitgaven doet op basis van een procesevaluatie
Toekomst- en Onderzoeksagenda 2010 (2010Z09526)  de volgende
aanbevelingen aan de commissies:

Een commissie kan besluiten om in de maand oktober een advies te vragen
aan de commissiestaf van de Dienst Commissieondersteuning (DCO) en het
Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven over een concept commissievoorstel,
voordat het voorstel (uiterlijk 1 november 2010) door de commissie wordt
ingediend bij de commissie voor de Rijksuitgaven.

Het commissievoorstel dat wordt geselecteerd, moet door een meerderheid
in de commissie worden gedragen. De commissie dient zich er daarnaast
van te vergewissen dat er voldoende betrokken leden zijn, om het
onderwerp -indien de Kamer daartoe zou besluiten- ook daadwerkelijk in
uitvoering te nemen. 

Zodra de onderwerpen van de Toekomst- en onderzoeksagenda 2011 zijn
vastgesteld (plenaire besluitvorming in december 2010), dient de
initiërende commissie het voortouw te nemen bij de verdere uitwerking
en legt die commissie aan de Kamer voor 1 maart 2011 een zo nauwkeurig
mogelijk uitgewerkt voorstel voor, door tussenkomst van het Presidium
(overeenkomstig de Regeling parlementair en extern onderzoek). 

Bijlage 2

	

Operationalisering toetsingscriteria Toekomst- en Onderzoeksagenda

De commissievoor de Rijksuitgaven zal in de maand november 2010 op basis
van de ingediende voorstellen een voordracht opstellen voor maximaal
drie uit te voeren onderzoeken en/of verkenningen in 2011. 

De commissie zal de voorstellen daarvoor marginaal toetsen aan de
daarvoor bepaalde criteria (opgenomen in Kamerstuk 31 845, nr. 9):

maatschappelijke en politieke relevantie, alsmede mate van urgentie

motivering van de noodzakelijkheid van een parlementair onderzoek

uitvoerbaarheid binnen een jaar.

Een operationalisering van deze criteria is door de commissie voor de
Rijksuitgaven op 19 november 2009 als volgt vastgesteld:

1. 	Relevantie

Breedte betrokkenheid samenleving

Impact op betrokkenen samenleving

Relevantie voor andere overheden

Financieel belang

Politieke relevantie

2. 	Urgentie

Aansluiten bij verwachte ontwikkelingen

Urgentie in verband met maatschappelijke relevantie

Afronding binnen Kamerperiode

3. 	Motivering noodzakelijkheid parlementair onderzoek (meerwaarde ten
opzichte van recent uitgevoerde of geplande onderzoeken)

Geen onderzoek of witte vlekken

Wel onderzoek, maar wordt eenzijdig geacht

Veel onderzoek, maar meta-analyse wordt gevraagd

Duidelijkheid over onderzoek ex post of toekomstverkenning

4. 	Uitvoerbaarheid binnen een jaar

Breedte onderwerp

Gewenste detailniveau

Uitvoerbaarheid < 1 jaar

Toegang tot informatie

Uitvoeringsmodaliteiten 

Extra: mogelijkheden om onderwerp beter uitvoerbaar te maken

Beslag op personele en financiële middelen

 De procedure is opgenomen in Kamerstuk 31845, nr. 9. De Kamer heeft
deze vastgesteld op 1 oktober 2009. Conform die procedure zijn de
woordvoerders van de fracties in de gelegenheid vóór 1 oktober 2010
onderwerpen aan te dragen bij de afzonderlijke commissies voor zowel
uitvoeringsonderzoeken als toekomstverkenningen.

 De Toekomst- en onderzoeksagenda 2010 is gedrukt onder Kamerstuknummer 
32 224, nr. 1

  



  DocProperty "Dienst"   



Betreft	Opstellen Toekomst- en onderzoeksagenda van de Kamer 2011

Kenmerk	2010Z09528 / 2010D25942



	Vervolg Brief

	Bladzijde	  PAGE  3