Voorstel aan commissie voor de Rijksuitgaven inzake onderzoek verpleeghuizen
Onderzoeksvoorstel
Nummer: 2010D39709, datum: 2010-10-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.G. Wolbert, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2010Z14663:
- Gericht aan: P.E. Smeets, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: A.G. Wolbert, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van zaak 2010Z14721:
- Gericht aan: P.E. Smeets, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: A.G. Wolbert, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2010-11-03 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
Voorstel tbv commissie voor de Rijksuitgaven Betreft : Onderzoek naar oorzaken van het verschil in kwaliteit tussen verpleeghuizen Van: Agnes Wolbert Datum: 10 oktober 2010 ______________________________________________________ Relevantie en probleemstelling: Hoewel veruit het merendeel van de ouderen thuis woont tot het levenseinde, neemt het aantal ouderen dat aangewezen is op verpleeghuiszorg toe. Daarnaast neemt de ernst van de aandoening van de opgenomen cliënten ook toe: een hogere zorgzwaarte, met daarmee ook toenemende kwetsbaarheid van deze groep mensen. Verpleeghuiszorg in Nederland is erg belangrijk, maar helaas niet van constante en betrouwbare kwaliteit. Hoewel de zorgaanbieders dezelfde tarieven per cliënt krijgen (gerelateerd aan de zorgzwaarte), verschilt de kwaliteit tussen de instellingen onderling zeer sterk. Er zijn excellente huizen, maar er is vooral een grote groep middenmoters waarvan cliënten en verwanten en anderen vinden dat deze ook beter zouden moeten presteren en er zijn nog steeds huizen die zó chronisch slecht presteren, dat ze verscherpt toezicht vragen van de inspectie om niet gedwongen worden te sluiten. Uit diverse onderzoeken is duidelijk (meest recent: PWC “van Bezinnen naar beginnen” 2010) welke factoren ertoe leiden dat sommige instellingen beter presteren dan de anderen. De onderzoeksvraag: Als bekend is welke factoren de onderlinge verschillen in kwaliteit veroorzaken, welk instrumentarium is dan effectief in het bevorderen van kwaliteitsverbetering in de middengroep en de achterblijvers? Met andere woorden: welk overheidsbeleid leidt tot snelle en drastische uitbreiding van de groep excellente instellingen? Financieel belang: De komende jaren gaat er jaren opnieuw veel geld naar de verpleeghuiszorg, ook veel extra geld. Verhogen van de tarieven kan helpen, maar is helaas geen garantie voor het verdwijnen van de onderlinge verschillen. Ook als hogere tarieven worden vergoed, is er grote kans dat de onderlinge verschillen tussen de instellingen blijven. Zonder voldoende budget gaat het niet, maar enkel meer budget is waarschijnlijk geen garantie dat de kwaliteit van verpleeghuizen overal over goed vooruit zal gaan. Ze krijgen immers wederom allen hetzelfde tarief en wederom zullen sommige instellingen de extra euro’s beter besteden dan andere. De vraag is dus, op welke manier de succesfactoren kunnen worden gestimuleerd, zodat het effect van de financiële investeringen echt beklijft. Urgentie: Het is van belang om dit onderzoek op zo kort mogelijke termijn te doen. De vraag naar verpleeghuiszorg neemt elk jaar toe en ouderen in Nederland moeten ervan op aan kunnen dat die zorg van goede kwaliteit is. Meerwaarde en eerder onderzoek: : Tot nu toe wordt vooral en eenzijdig onderzoek gedaan naar de efficiëntie van instellingen. Het zijn bedrijfseconomische analyses van de sector. Men kijkt naar de verhouding overhead / uitvoering, naar de cliëntentevredenheid, medewerkers tevredenheid, de hoogte van de risicoreserves etc. een andere groep onderzoeksgegevens betreft de tevredenheid van cliënten De zeer recente benchmark (okt 2010) van Actiz is een goed voorbeeld van een mix van beide. Maar hoe goed een instelling het qua bedrijfsvoering ook doet, het is daarmee in de praktijk van alledag voor de bewoners nog geen excellente organisatie. Eerder onderzoek: Er is vaker onderzoek gedaan naar de kwaliteit en de effectiviteit van de verpleeghuiszorg. De meest recente zijn het onderzoek van GUPTA (Trouw aan de belofte, 2010) naar de effectiviteit van verpleeghuizen en het genoemde onderzoek van PWC (2010). De meeste onderzoeken zijn echter bedrijfsmatige benchmarks. Het onderzoek van PWC kijkt ook naar meer kwalitatieve factoren. Daaruit blijkt onder andere, dat de stijl van leidinggeven in de instellingen een bepalende factor is voor kwaliteit. Geen enkel onderzoek gaat echter over de vraag: als we weten welke factoren de succesfactoren zijn, wat is dan effectief overheidsbeleid om ervoor te zorgen dat de grote groep middenmoters en de achterblijvers betere zorginstellingen worden? Breedte / uitwerking vraagstelling: Deelvragen zouden kunnen zijn: is er een relatie tussen beroepseer en excellente organisaties? Kunnen we opleiding en kwaliteit van de beroepsopleidingen hieraan verbinden? Is er een relatie met de hoeveelheid bewoners in één huiskamer?