Preview document (🔗 origineel)

---

  DOCPROPERTY woordmerk   



  DOCPROPERTY retouradres  > Retouradres Postbus 20301 2500 EH  Den
Haag 



  DOCPROPERTY rubricering   

  DOCVARIABLE adres *\MERGEFORMAT  Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG 

  DOCPROPERTY kix   





  DOCPROPERTY _datum  Datum 	  DOCPROPERTY datum  27 oktober 2010 

  DOCPROPERTY _onderwerp  Onderwerp 	  DOCPROPERTY onderwerp 
Beantwoording Kamervragen over bewindvoerders die te weinig tijd hebben 

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden

 

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Postbus 20301

2500 EH  Den Haag

www.rijksoverheid.nl/ministeries/venj

 

 

Ons kenmerk

  DOCPROPERTY onskenmerk  169155 

 

Uw kenmerk

2010Z14125

 

Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts
één zaak in uw brief behandelen.

  DOCPROPERTY referentiegegevens   



In antwoord op uw brief van 5 oktober 2010 deel ik u mede dat de
schriftelijke vragen van de leden Recourt en Spekman (beiden PvdA) van
uw Kamer over bewindvoerders die te weinig tijd hebben (ingezonden 5
oktober 2010) worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage bij deze
brief.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,  DOCPROPERTY aanhefdoc
*\MERGEFORMAT   

  DOCPROPERTY ondertekening   



2010Z14125

Vragen van het leden Recourt en Spekman (beiden PvdA) aan de Minister
van Justitie over bewindvoerders die te weinig tijd hebben. (Ingezonden
5 oktober 2010)

1

Kent u het bericht ‘De bewindvoerder maakt er een potje van’ uit het
Nederlands Dagblad van 2 oktober 2010? 1)

Antwoord

Ja.

3 

Is er onderscheid tussen de norm tussen de bewindvoering op grond van de
Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) en beschermingsbewind? Zo
ja, kunt u bij de beantwoording van deze vragen rekening houden met dit
onderscheid?

Antwoord

Ja, de wet onderscheidt twee vormen van bewindvoering met elk een eigen
normenkader.

Bewindvoering op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke personen
(Wsnp) vloeit voort uit de Faillissementswet en strekt ertoe dat een
bestaande schuldenlast door de bewindvoerder wordt gesaneerd. Daarnaast
bestaat bewindvoering op grond van het Burgerlijk Wetboek. Als een
meerderjarige als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand
tijdelijk of duurzaam niet in staat is zelf zijn vermogensrechtelijke
belangen behoorlijk waar te nemen, kan een beschermingsbewind worden
ingesteld over een of meer van de goederen die aan deze persoon (zullen)
toebehoren.

2

Herkent u het beeld dat wordt opgeroepen dat bewindvoerders te weinig
tijd hebben per cliënt? Zo ja, is het waar dat schuldenaren hierdoor
nog meer schulden hebben gekregen? Kunt u dit kwantificeren? 

4

Kunt u inzicht geven in het gemiddeld aantal zaken per bewindvoerder en
de vergoeding per dossier? Is er een tijdsnorm waarbinnen een gemiddelde
bewindvoering kan worden verricht?

Antwoord op vragen 2 en 4

Uit de recent aan uw Kamer gestuurde zesde meting van de Monitor Wsnp
(TK, 2009-2010, 32 123 VI, nr. 125) blijkt dat een
schuldsaneringsbewindvoerder een gemiddelde zaaklast heeft van 42 zaken.
De Raad voor de Rechtsbijstand ziet toe op een maximum van 250
standaardzaken dat een schuldsaneringsbewindvoerder tegelijkertijd in
behandeling mag hebben. De afgelopen jaren is de gemiddelde zaaklast per
bewindvoerder afgenomen doordat er minder nieuwe Wsnp-zaken waren. 

Aangezien een beschermingsbewindvoerder naar schatting in meer dan de
helft van de gevallen een familielid of bekende van betrokkene is, zal
deze vaak eenmaal bewindvoerder zijn en dus 1 zaak in behandeling
hebben. Van professionele beschermingsbewindvoerders zijn geen exacte
gegevens bekend over hun praktijkomvang of het gemiddelde aantal zaken
per bewindvoerder.

Bij beschermingsbewind loopt de hoeveelheid werk die een zaak vergt
sterk uiteen. In de Aanbevelingen meerderjarigenbewind van het Landelijk
overleg kantonsectorvoorzitters (LOK,   HYPERLINK
"http://www.rechtspraak.nl"  www.rechtspraak.nl ) wordt aangenomen dat
beschermingsbewind kan worden uitgevoerd in 15 uur per jaar. Als extra
werkzaamheden moeten worden verricht, kan de bewindvoerder een verzoek
bij de kantonrechter indienen om deze vergoed te krijgen tegen het
geldende uurloon.

Zowel ten aanzien van schuldsanerings- en beschermingsbewindvoerders
herken ik niet het beeld dat zij structureel te weinig tijd per zaak
hebben. Gezien het voorgaande ligt dat ook niet voor de hand.

De vergoeding voor de schuldsaneringsbewindvoerder bestaat uit twee
onderdelen. De RvR betaalt op basis van het Besluit Subsidie
Bewindvoerder Schuldsanering (Staatsblad 2001, nr 80) per zaak een
subsidie uit van gemiddeld € 1.200. Daarnaast ontvangt de
bewindvoerder per zaak op basis van het Besluit Salaris Bewindvoerder
Schuldsanering (Staatsblad 2001, nr 81) uit de boedel een vergoeding per
maand. Een schuldsaneringstraject duurt in principe drie jaar.

Er bestaat in beginsel geen tijdsnorm per beschermingsbewind, aangezien
de duur van dit bewind afhangt van de duur dat iemand in een zodanige
toestand verkeert dat hij niet in staat is zelf zijn
vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen. Om die reden kan
ik ook niet aangeven waar de vergoeding per zaak op neerkomt. In de
eerdergenoemde aanbevelingen van het LOK zijn wel richtsnoeren opgenomen
voor de hoogte van de periodieke beloning van
beschermingsbewindvoerders. 

5

Op welke wijze wordt de kwaliteit van het werk van de bewindvoerders
gecontroleerd?

Antwoord

Op het vlak van schuldsaneringsbewind heeft de RvR in samenspraak met
het werkveld onder andere een kwaliteitsstandaard op organisatieniveau
ontwikkeld (Kwaliteitsnormen voor bewindvoerderorganisaties in het kader
van de Wsnp) en individuele kwaliteitscriteria (Besluit voorwaarden
Register bewindvoerders Wsnp). Bewindvoerdersorganisaties worden na
aanwijzing regelmatig geaudit door de RvR om te monitoren of zij nog aan
deze eisen voldoen. Daarnaast wordt het werk van
schuldsaneringsbewindvoerders door de rechtbank gecontroleerd op grond
van hun halfjaarlijkse verslagen. Verder kan iedereen een klacht
indienen bij de rechter-commissaris tegen een handeling van een
schuldsaneringsbewindvoerder.

Ik verwijs naar mijn antwoorden op vragen van de leden Heerts en Wolbert
van uw Kamer (TK, 2008-2009, Aanhangsel Handelingen 1164) voor de manier
waarop de kwaliteit van het werk van beschermingsbewindvoerders wordt
gecontroleerd.

6

Wat zijn de sanctiemogelijkheden tegen bewindsvoerders die ondermaats
presteren? Wordt er regelmatig gebruik gemaakt van deze eventuele
sancties? Zo ja, hoe vaak? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Als een organisatie van schuldsaneringsbewindvoerders een tijdens een
audit geconstateerd gebrek na een bepaalde periode niet heeft
gecorrigeerd, ontvangt die organisatie geen auditcertificaat en worden
de rechtbanken hierover geïnformeerd. Uiteindelijk kan de RvR de
aanwijzing van een bewindvoerderorganisatie intrekken.Dit is volgens de
RvR tot op heden niet aan de orde geweest. Bewindvoerders die niet meer
voldoen aan de criteria op persoonsniveau worden door de RvR uit het
bewindvoerdersregister geschrapt. Deze maatregel is volgens de RvR de
afgelopen 12 jaar slechts in zeer incidentele gevallen toegepast.

Als de rechtbank ondermaats presteren constateert, kan zij de RvR
informeren, die na het toepassen van hoor en wederhoor een lagere
subsidie kan toekennen in de betreffende zaak. Tot op heden is dit
volgens de RvR slechts op een organisatie toegepast. De rechtbank kan
ook zelf een lager salaris (uit de boedel) vaststellen. In hoeverre dit
voorkomt, is mij niet bekend. Ook kan de rechtbank de bewindvoerder bij
wijze van sanctie ontslaan. Hierover zijn geen exacte cijfers bekend. De
RvR heeft meegedeeld dat naar schatting per jaar hooguit enkele
bewindvoerders bij wijze van sanctie worden ontslagen.

Voorzover een fout van een schuldsaneringsbewindvoerder tot schade
leidt, kan deze daarvoor aansprakelijk worden gesteld. Mij zijn hierover
geen aantallen bekend. Alle schuldsaneringsbewindvoerders zijn door de
RvR verplicht een beroepsaansprakelijkheidsverzekering af te sluiten.

Tegen een ondermaats presterende beschermingsbewindvoerder kan de
kantonrechter optreden door deze te veroordelen tot het vergoeden van
eventueel daardoor geleden schade. Verder kan de kantonrechter de
bewindvoerder ontslaan wegens gewichtige redenen. Van de inzet van beide
sancties wordt geen (centrale) registratie bijgehouden. Over de
ontslagen heeft het LOK meegedeeld dat het naar schatting gaat het om
een tiental gevallen per jaar.

Bovendien geldt voor beide typen bewindvoerders dat zij bij ondermaats
presteren het risico lopen in de toekomst minder of geen benoemingen te
krijgen. Hiervan gaat een preventieve werking uit.

1) Nederlands Dagblad, ‘De bewindvoerder maakt er een potje van’, 2
oktober 2010



  DOCPROPERTY RUBRICERINGVOLG   

 PAGE    

VERTROUWELIJK	Pagina  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  4 



  DOCPROPERTY rubricering   	  DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE   \*
MERGEFORMAT  1    DOCPROPERTY _van  van    SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT
 1 



  PAGE  1 



	  DOCPROPERTY Rubricering   	  if   DOCPROPERTY mailing-aan    = "1" ""
"  if   NUMPAGES  4  = "1" "" "  DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE  1 
  DOCPROPERTY _van  van    NUMPAGES  4 " Pagina 1 van 4 "  Pagina 1 van
4 





	  DOCPROPERTY Rubricering   	  DOCPROPERTY _pagina  Pagina   PAGE   3  
 DOCPROPERTY _van  van    SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT  4 



	

  if   DOCPROPERTY mailing-aan     = "1" "  if   SECTIONPAGES  1  = "1"
"" "  DOCPROPERTY _pagina  Pagina    PAGE  1    DOCPROPERTY _van  van   
SECTIONPAGES  2 "  " ""  

  DOCPROPERTY directoraatvolg Directoraat-Generaal Rechtspleging en
Rechtshandhaving

   DOCPROPERTY directoraatnaamvolg  Directie Juridische en Operationele
Aangelegenheden   DOCPROPERTY onderdeelvolg     DOCPROPERTY
directieregel   

 

  DOCPROPERTY _datum  Datum 

  DOCPROPERTY datum  21 oktober 2010 

  DOCPROPERTY _onskenmerk  Ons kenmerk

   DOCPROPERTY onskenmerk  169155 





  DOCPROPERTY rubricering