Onderzoeksvoorstel "Lessen uit de recente arbeidsmigratie"
Brief lid / fractie
Nummer: 2010D41710, datum: 2010-10-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. Ulenbelt, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2010Z15438:
- Indiener: P. Ulenbelt, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2010-11-02 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2011-01-18 16:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (š origineel)
Onderzoeksvoorstel āLessen uit de recente arbeidsmigratieā Probleemstelling Sinds de openstelling van de grenzen voor werknemers uit MOE-landen per 1 mei 2007 is de arbeidsmigratie uit die landen veel groter dan verwacht. De verwachting was dat het om een tijdelijke toestroom zou gaan. Dat blijkt niet het geval. Op veel maatschappelijke terreinen zijn daardoor problemen ontstaan die lokaal grote gevolgen hebben. Zowel in steden als dorpen op het platteland. In grote steden zoals Rotterdam en Den Haag komen kwetsbare scholen, vaak in kwetsbare wijken, nog verder onder druk te staan. Ook basisscholen en middelbare scholen krijgen te maken met een grote toestroom van Poolse leerlingen. De directeur van het Nova College in Den Haag signaleert grote sociale problemen bij de Poolse leerlingen als gevolg van het arbeidsethos van hun ouders. Werknemers uit de MOE-landen zoeken huisvesting in de wijken met de laagste huren en wonen, om de individuele woonkosten laag te houden, bij voorkeur met veel mensen in een woning. Recreatieparken en campings zijn ook favoriete woonplaatsen Dat leidt tot overbewoning en overlast. In Nederland verschijnen āPolendorpenā, āPolenhotelsā, āPolenbotenā. Meestal op initiatief van werkgevers en uitzendbureaus. Voor de daar verblijvenden is de baas in werktijd ook baas in vrije tijd. Werkloze werknemers uit Moe-landen melden zich in toenemende getale bij de daklozenopvang bij verlies van werk omdat ze ook de ziektekostenverzekering en onderdak verzorgt door hun werkgever verliezen. Ruim 5000 malafide uitzendbureaus buiten 70.000 Poolse werknemers uit. (SNCU sept 2008). De SNCU krijgt 30 serieuze meldingen over misstanden per maand en er werden voor ruim 2.6 miljoen aan boetes opgelegd voor overtreding van de uitzend-CAO. Ecosys schatte in dat de verdringing 25 banen van ingezetenen per 100 migranten bedraagt (2006). Uit onderzoek van de FNV blijkt dat 1 op de 3 bouwvakkers onveilige situaties meemaakt door taalproblemen met MOE-landers. ZZP-ers op de particuliere en klussenmarkt wijzen op concurentievervalsing door ZZP-ers uit de Moe-landen Wethouders hebben tijdens een Polentop de noodklok geluid, en vroegen om o.a. een spreidingsbeleid, aanpak van huisjesmelkers en hulp bij het realiseren van huisvesting.. Tot slot maakte onderzoek in opdracht van de gemeente Rotterdam duidelijk dat ongeveer de helft van de Polen zich blijvend in Nederland heeft gevestigd en de woningmarkt dat niet aankan. In Polen werken veel werknemers uit landen ten oosten om sectorale en regionale tekorten op de Poolse arbeidsmarkt als gevolg van arbeidsmigratie naar het westen op te vangen. Miljoenen Roemenen en Bulgaren werken in zuidelijke EU-landen. In die landen zijn soortgelijke problemen. Onderzoeksvragen Hoe verhoudt zich de feitelijk instroom van werknemers uit de Moe-landen tot de verwachte instroom. Wat is de verklaring voor het verschil? Wat is de verklaring voor de misschatting van de tijdelijkheid van het werk in Nederland. Hoe verloopt de integratie van leerlingen uit de Moe-landen in het Nederlandse onderwijs. Zijn leerkrachten er voor toegerust? Zijn er andere dan taalproblemen, bv als gevolg van het aantal uren dat ouders werken? Wat is de taalbeheersing van de MOE-landers die zich definitief in Nederland hebben gevestigd? Wat is de huisvestingsituatie van de werknemers uit de Moe-landen? Voldoet die huisvesting aan de normen die wij voor huisvesting normaal achten? Wat is het oordeel van omwonenden op deze situatie? Wat is de kwaliteit van de huisvesting in de āPolen-verblijvenā en wat zijn de woonkosten die daar in rekening worden gebracht. Zijn (kenmerken van) werkgevers en sectoren te identificeren die misbruik maken van arbeiders uit de MOE-landen. Beschikken de autoriteiten en cao-partijen over voldoende middelen om misbruik te bestrijden en te voorkomen? Beschikken gemeenten over voldoende mogelijkheden om in te grijpen in onwenselijk woonsituaties en spreiding te bewerkstelliggen? Welke gevolgen heeft het openen van de grenzen met Polen en andere Moe-landen voor de nationale arbeidsmarkt en arbeidsimmigratie in die landen? Welke lessen kunnen getrokken worden uit het openstellen van de grenzen met de MOE-landen voor het beoordelen van de gevolgen voor het eventueel openstellen van de grenzen met RoemeniĆ« en Bulgarije? Zijn er in andere EU-landen soortgelijke problemen? Gaan er in die landen ook stemmen op om de nadelen van het vrij-verkeer van werknemers bij de wortel aan te pakken door herregulering van de interne arbeidsmigratie? .