[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

32457, bijgewerkt t/m nr. 7 (NvW d.d. 1 december 2010)

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet ter implementatie van Richtlijn 2009/44/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad van 6 mei 2009 tot wijziging van Richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en kredietvorderingen betreft (PbEU L 146/37)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2010D48876, datum: 2010-12-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2010Z11259:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 7 (NvW d.d. 1 december 2010)



32 457	Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet ter
implementatie van Richtlijn 2009/44/EG van het Europees Parlement en de
Europese Raad van 6 mei 2009 tot wijziging van Richtlijn 98/26/EG
betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen
en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en
Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten wat
gekoppelde systemen en kredietvorderingen betreft (PbEU L 146/37)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



		Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben dat Richtlijn 2009/44/EG van het
Europees Parlement en de Europese Raad van 6 mei 2009 tot wijziging van
Richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve karakter van de
afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en
afwikkelingssystemen en Richtlijn 2002/47/EG betreffende
financiëlezekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en
kredietvorderingen betreft (PbEU L 146/37) dient te worden omgezet) in
Nederlands recht;

	Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

	De Faillissementswet wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 212a wordt als volgt gewijzigd:

	1. In onderdeel f wordt de zinsnede “een afwikkelende instantie”
ingevoegd: een systeemexploitant.

	2. Onderdeel g vervalt.

	3. In onderdeel k wordt na “een centrale bank” ingevoegd: , een
centrale tegenpartij.

	4. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel n door een
puntkomma worden na onderdeel n drie onderdelen ingevoegd, luidende:

	o. werkdag: de periode voor afwikkeling zowel overdag als ’s nachts,
en die alle gebeurtenissen omvat die tijdens de bedrijfscyclus van een
systeem plaatsvinden;

	p. interoperabele systemen: twee of meer systemen waarvan de
systeemexploitanten een onderlinge regeling hebben getroffen voor de
uitvoering tussen de systemen van overboekingsopdrachten;

	q. systeemexploitant: een door de Minister van Financiën op grond van
artikel 212d aangewezen systeemexploitant.

B

	[Vervallen]

C

	Artikel 212b wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het woord “instelling” wordt telkens vervangen door: deelnemer.

	2. Aan het slot van het eerste lid wordt ingevoegd: of rechten en
verplichtingen die voor een deelnemer ingevolge of in verband met zijn
aan deelname aan het systeem ontstaan.

	3. In het tweede lid vervalt de zinsnede “die deelneemt”.

	4. In het derde lid wordt de zinsnede “op de dag van de
faillietverklaring” vervangen door “binnen een werkdag als
omschreven in de regels van het systeem, gedurende welke de
faillietverklaring heeft plaatsgevonden”, wordt de zinsnede
“centrale tegenpartij, de afwikkelende instantie of het
verrekeningsinstituut “ vervangen door “systeemexploitant” en
wordt de zinsnede “ten tijde van de uitvoering van de opdracht”
vervangen door: op het tijdstip waarop deze opdrachten onherroepelijk
worden.

	5. In het vierde lid wordt aan het slot toegevoegd: alsmede in geval
van een faillietverklaring van een systeemexploitant van een
interoperabel systeem die geen deelnemer is.	

	6. Na het vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

	5. Bij interoperabele systemen stelt elk systeem in zijn eigen regels
het tijdstip van invoering en het tijdstip van onherroepelijkheid in het
systeem zodanig vast dat er zoveel mogelijk voor wordt gezorgd dat de
regels van alle betrokken interoperabele systemen in dit opzicht
gecoördineerd worden. Tenzij zulks in de regels van de systemen die van
de operabele systemen deel uitmaken uitdrukkelijk is bepaald, laten de
regels van de andere systemen waarmee een systeem interoperabel is, de
in dat systeem gehanteerde regels over het tijdstip van invoering en
onherroepelijkheid onverlet.

D

	Artikel 212d, wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

	a. De zinsnede “als systeem” wordt vervangen door: als
systeemexploitant en het onderscheiden systeem.

	b. Na de zinsnede “drie of meer deelnemers,” wordt ingevoegd: de
systeemexploitant.

	c. De zinsnede “standaardprocedures voor het uitvoeren” wordt
vervangen door: standaardprocedures voor de clearing of het uitvoeren.

	d. Aan het slot wordt een zin toegevoegd, luidende:

	Als systeemexploitant kan worden aangewezen een entiteit of entiteiten
die wettelijk aansprakelijk is of zijn voor de werking van een systeem.

	2. Onder vernummering van het derde tot en met het zesde lid tot het
vierde tot en met het zevende lid wordt na het tweede lid een lid
toegevoegd, luidende:

	3. Een tussen interoperabele systemen gesloten overeenkomst vormt geen
systeem.

	3. In het vierde lid (nieuw) wordt na de zinsnede “Aan de beschikking
tot aanwijzing als systeem” wordt toegevoegd: en aan de beschikking
tot aanwijzing als systeemexploitant.

	4. In het vijfde lid (nieuw) wordt de zinsnede “Het systeem”
vervangen door: De systeemexploitant.

	5. Na het zevende lid (nieuw) wordt een lid toegevoegd, luidende:

	8. Een instelling deelt desgevraagd een ieder die een gerechtvaardigd
belang heeft mee aan welke systemen de instelling deelneemt en verstrekt
informatie over de belangrijkste regels die gelden voor de werking van
die systemen.

ARTIKEL IA

De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 3:174 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van het tweede lid, onderdeel a, wordt toegevoegd: of
rechten en verplichtingen die voor een kredietinstelling of verzekeraar
in verband met haar of zijn deelname aan een systeem als bedoeld in dat
artikel zijn ontstaan. 

	2. In het derde lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «de dag waarop de
rechtbank de beschikking heeft gegeven» vervangen door «binnen een
werkdag als omschreven in de regels van het systeem, gedurende welke de
rechtbank de beschikking heeft gegeven», wordt de zinsnede «centrale
tegenpartij, afwikkelende instantie of systeemexploitant,» vervangen
door «systeemexploitant» en wordt de zinsnede «ten tijde van de
uitvoering van de opdracht» vervangen door: op het tijdstip waarop deze
opdrachten onherroepelijk worden.

ARTIKEL II

	Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 51 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onderdeel b komt te luiden:

	b. financiëlezekerheidsovereenkomst tot overdracht: een overeenkomst
op grond waarvan de onder d, e of f bedoelde goederen worden
overgedragen als waarborg voor een verplichting;

	2. Onderdeel c komt te luiden:

	c. financiëlezekerheidsovereenkomst tot vestiging van een pandrecht:
een overeenkomst op grond waarvan een pandrecht wordt verschaft op de
onder d, e of f bedoelde goederen;

	3. Onder vernummering van onderdeel f tot en met onderdeel h tot
onderdeel g tot en met i wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

	f. kredietvordering: een geldvordering voortvloeiend uit een
overeenkomst waarbij een kredietinstelling als bedoeld in artikel 1:1
Wet op het financieel toezicht krediet verschaft in de vorm van een
lening met uitzondering van geldvorderingen waarbij de debiteur een
natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van beroep of
bedrijf, tenzij de zekerheidsnemer of zekerheidsverschaffer van een
dergelijke kredietvordering een van de instellingen is als genoemd in
artikel 52 lid 1 onder b.

B

	Artikel 53 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Aan het tweede lid wordt een zin toegevoegd, luidende:

	De zekerheidsnemer krijgt een pandrecht op het verkregene. Dit recht
wordt geacht te zijn verkregen op het moment dat de
financiëlezekerheidsovereenkomst werd gesloten.

	2. Het vierde lid vervalt.

	3. Onder vernummering van het derde lid tot het vierde lid wordt een
lid ingevoegd, luidende:

	3. Voor de in het tweede lid bedoelde vordering van de zekerheidsgever
tot overdracht van gelijkwaardige goederen heeft deze een voorrecht op
de bij de zekerheidsnemer aanwezige gelden en effecten.

	4. Het vierde lid (nieuw) komt te luiden:

	4. In afwijking van lid 2 kan in de financiëlezekerheidsovereenkomst
worden bepaald dat de zekerheidsnemer de vordering waarvoor het verpande
tot zekerheid strekt verrekent met de waarde van de gelijkwaardige
goederen, op het tijdstip waarop de vordering moet worden voldaan of
zoveel eerder als zich een executiegrond voordoet.

	5. Na het vierde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

	5. Dit artikel is niet van toepassing indien de
financiëlezekerheidsovereenkomst strekt tot verpanding van een
kredietvordering in de zin van artikel 51 onder f.

C

	In artikel 54, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt door een
puntkomma na onderdeel b een onderdeel ingevoegd, luidende:

	c. de kredietvordering waarop het pandrecht rust over te dragen en de
opbrengst te verrekenen met het hem verschuldigde.

ARTIKEL III

A

	Een systeem dat als zodanig is aangemerkt voor de inwerkingtreding van
deze wet, blijft dit voor de toepassing van de gewijzigde versie van de
richtlijn 2009/44/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad van
6 mei 2009 tot wijziging van richtlijn 98/26/EG betreffende het
definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en
effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en richtlijn
2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten wat
gekoppelde systemen en kredietvorderingen betreft.

B

	Een overboekingsopdracht die in een systeem is ingevoerd vóór de
inwerkingtreding van deze wet, maar die na dat tijdstip is afgewikkeld,
wordt als overboekingsopdracht beschouwd in de zin van de richtlijn
2009/44/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad van 6 mei 2009
tot wijziging van richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve
karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in
betalings- en afwikkelingssystemen en richtlijn 2002/47/EG betreffende
financiëlezekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en
kredietvorderingen betreft.

ARTIKEL IV

	Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van
uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Justitie,

De Minister van Financiën,

 

 

 PAGE    

 PAGE   3