32586 Adv RvSt inzake uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie
Wet tot wijziging van de Wet op het overleg huurders verhuurder en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2010D53227, datum: 2010-12-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2010Z20183:
- Indiener: J.P.H. Donner, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2011-01-11 14:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2011-01-13 10:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2011-02-03 12:00: Uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2011-09-08 10:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2011-09-29 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2011-10-13 10:15: Wijziging van de Wet op het overleg huurders verhuurder en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie) (32586) (Hamerstukken), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W08.10.0256/IV 's-Gravenhage, 11 augustus 2010 Bij Kabinetsmissive van 30 juni 2010, no.10.001816, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Wet op het overleg huurders verhuurder en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie), met memorie van toelichting. Het voorstel van wet geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. Hij geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Gelet op artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, is het college van oordeel dat openbaarmaking van dit advies achterwege dient te blijven. De Vice-President van de Raad van State, PAGE 2 AAN DE KONINGIN ........................................................................ ...........