Reactie op verzoek commissie over de brief van Valid Express inzake de Wet WIA, No Risk Polis en sociaal ondernemerschap
Brief regering
Nummer: 2011D14912, datum: 2011-03-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. de Krom, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2011Z06041:
- Indiener: P. de Krom, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2011-03-29 17:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2011-04-06 13:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2011-04-27 10:00: Evaluatie WIA en Arbeidsongeschiktheid (Algemeen overleg), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2011-06-29 14:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 23 maart 2011 Hierbij reageer ik op het verzoek van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 januari jl. om een reactie op de brief van Valid Express van 26 december jl. In deze brief verzoekt mevrouw M., oprichtster van Valid Express, om de Wet WIA te verbreden, zodat de no-risk polis ook voor mensen met een uitkering op grond van de Wet WIA onbeperkt van toepassing is. In haar brief trekt mevrouw M.de vergelijking met Wajong-gerechtigden voor wie wel een permanente no-risk polis geldt. Daarnaast verzoekt mevrouw M. om een donatie van € 470.000,- om geleden nadeel te compenseren. Ik ben van mening dat op het moment een evenwichtig systeem bestaat dat tegemoet komt aan de onzekerheid bij werkgevers om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. In het re-integratiebeleid staat een selectieve inzet van instrumenten voorop. De no-risk polis is een gericht instrument om werkgevers over de streep te trekken om mensen in dienst te nemen met een –gepercipieerd- verhoogd risico op ziekteverzuim. De werkgever heeft door dit instrument vooraf de zekerheid dat hij in geval van ziekte geen kosten van loondoorbetaling heeft. Deze aanspraak duurt in beginsel vijf jaar na aanvang van het dienstverband. In specifieke gevallen kan een periode van vijf jaar echter te kort zijn. Voor die gevallen is een ruimere regeling getroffen. Het gaat hier om: Wajong-gerechtigden; Bij wet bepaalde groep werknemers met arbeidsbeperkingen met een verhoogd gezondheidsrisico. Wajonggerechtigden Het gaat hier om een groep mensen met ernstiger beperkingen (zoals een verstandelijke beperking of ontwikkelingssttoornis) en een slechtere arbeidsmarktpositie dan andere werknemers met arbeidsbeperkingen. Daarbij hebben Wajong-gerechtigden geen arbeidsverleden en zijn in het algemeen op een nieuwe werkgever aangewezen. Dit blijkt ook uit de laatste Monitor Arbeidsbeperkten en Werk. De arbeidsdeelname van gedeeltelijk arbeidsgeschikte WGA-ers ligt met 54% in 2009 aanmerkelijk hoger dan de arbeidsdeelname van Wajong-gerechtigden van 25%. Gezien deze bijzondere positie van Wajong-gerechtigden heeft de wetgever in 2005 besloten dat de duur van de no-risk polis voor Wajong-gerechtigden niet beperkt moet worden tot vijf jaar maar permanent moet gelden. Werknemers met arbeidsbeperkingen en verhoogd gezondheidsrisico Daarnaast zijn er werknemers met arbeidsbeperkingen bij wie sprake is van een verhoogd gezondheidsrisico. Ook voor deze groep is een extra voorziening getroffen. Als bij aanvang van het dienstverband wordt vastgesteld dat de werknemer lijdt aan een ziekte waardoor binnen de vijfjaarsperiode sprake is van een aanzienlijk verhoogd risico op ernstige gezondheidsklachten, kan de duur van de no-risk polis met nog eens vijf jaar worden verlengd. Dit is ter toetsing aan het UWV. Tevens verzoekt mevrouw M. om een donatie van € 470.000,-. Ik zie daartoe geen reden. Door mevrouw M. voor deze kosten te compenseren, zou zij ten onrechte worden bevoordeeld ten opzichte van andere ondernemers in Nederland. De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, P. de Krom