[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Lijst van vragen inzake afsprakenlijst bestuurlijk overleg MIRT voorjaar 2011

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2011

Lijst van vragen

Nummer: 2011D32302, datum: 2011-06-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2011Z12661:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Lijst van vragen - Afsprakenlijst bestuurlijk overleg MIRT voorjaar 2011

Kamerstuknummer	:	2011Z12661

Vragen aan	:	Regering

Commissie	:	Infrastructuur en Milieu



Nr	Vraag	Blz

van	

tot

1	Is een overzicht beschikbaar van 1 Ă  2 A4 waarin de lopende projecten
onder vermelding van investeringsbedragen, de start van het project en
de geplande einddatum in tabelvorm zijn weergegeven? Zo ja, wanneer kan
de Kamer dit overzicht verwachten? 	0	 

2	Acht u het reëel om daar waar een gehele regio nieuwe hoogwaardige
verbindingen wil aanleggen, hiervoor naast een overheidsbijdrage, een
extra bijdrage te vragen van degenen die er het meest van profiteren?	0	


3	Zijn er lessen te trekken c.q. getrokken uit de succesvolle
herintroductie van de tram in veel Franse steden? Heeft de “versement
transport” aan dit succes bijgedragen en kan dit inspiratie bieden
voor de Nederlandse situatie? 	0	 

4	Op welke wijze blijkt uit de afsprakenlijst bestuurlijk overleg MIRT
dat het Rijk de regie in het ruimtelijk domein grotendeels overdraagt
aan de provincie?	0	 

5	Welk bedrag wordt beschikbaar gesteld voor mobiliteitsmanagement
anders dan via de investeringen in aanleg en uitbreiding van
infrastructuur?	0	 

6	Welk bedrag zal op uitvoering van de in de afsprakenlijst opgenomen
projecten worden bespaard met het loslaten van het bundelingsprincipe
voor infrastructuur? 	0	 

7	Welke afwegingen liggen ten grondslag aan de prioritering in termen
van tijd en urgentie van de projecten in het MIRT? 	0	 

8	Hoe verhouden zich de projecten zoals genoemd in de afsprakenlijst
zich tot de projecten  genoemd in de structuurvisie Milieu en Mobiliteit
zoals die 16 juni 2011 is gepresenteerd? Waar liggen bestuurlijke
knelpunten die projecten van infrastructuur en milieu vertragen? Waarom
zijn die projecten dan toch opgenomen en wordt niet de voorkeur gegeven
aan projecten waar wel draagvlak voor is? 	0	 

9	Krijgen de projecten in het kader van het Basisnet vervoer gevaarlijke
stoffen voorrang in de wijze van prioriteren? Zo nee, waarom niet? Zo
ja, in welke zin wordt die prioriteit in de praktijk zichtbaar? 	0	 

10	Zijn er projecten in het MIRT opgenomen, die gelet op de urgentie en
prioritering, zover zijn getemporiseerd dat deze eigenlijk
redelijkerwijs wel afgeschreven kunnen worden? Zo ja, welke projecten
zijn dat? Zo nee, op welke termijn en op welke wijze gaat er aan deze
projecten uitvoering gegeven worden?	0	 

11	Welke lessen uit de evaluaties van grote PPS-constructies zijn
meegenomen in de ambities die er op het vlak van PPS zijn verwoord? 	0	 

12	Welke criteria zijn leidend  in de prioritering van de deal-flow bij
het aangaan van PPS-constructies?	0	 

13	Welke percentuele bijdrage levert precies het schrappen van de
Subsidieregeling Maatschappelijke Organisaties en Milieu (SMOM) aan de
dekking van de kosten van de projecten uit het MIRT?	0	 

14	Van welk toekomstscenario is uitgegaan bij het vaststellen van de
prioritering in projecten voor dit overleg? Welke (economische)
groeiverwachtingen voor mobiliteit en vervoer over respectievelijk weg,
spoor en water horen daar bij?	0	 

15	Welke consequenties heeft de afspraak in het regeerakkoord over de
financiering van bovenwettelijke inpassing op de lopende projecten uit
het MIRT?	0	 

16	Hoe wordt de totale investeringsruimte 2021-2028 van 19,4 miljard
verdeeld over de verschillende domeinen en op basis van welke criteria?

Hoe wordt het budget van 7,3 miljard, dat dit kabinet gaat beleggen,
verdeeld over de verschillende domeinen en op basis van welke criteria?

Hoeveel ruimte van de in de brief genoemde 7,3 miljard euro wordt met de
gekozen prioritaire projecten globaal ingevuld en hoe is de verdeling
per beleidsdomein en per landsdeel?

In hoeverre is er binnen de genoemde 7,3 miljard nog ruimte voor
projecten die nog niet zijn opgenomen in de prioritaire lijst maar
waarvoor wel een MIRT-onderzoek loopt zoals OV in de stad Utrecht of op
korte termijn een MIRT-onderzoek zal starten zoals Hoogwaardig Openbaar
vervoer (HOV) Arnhem-Nijmegen?

Krijgt bij genoemde criteria uit vraag a en b het criterium
‘juridische verplichting’ een prominente rol, bijvoorbeeld dat eerst
en vooral moet worden voldaan aan de waterveiligheidsnormen in de
Waterwet?	0	 

17	Punt 5 Noordvleugel

Welke technische punten spelen er met betrekking tot de Oosterspoorbaan?
Wordt het openhouden van deze spoorlijn langs de Maliebaan vanuit
zuidelijke richting overwogen?

Is het waar dat een eventuele sluiting van de zuidelijke Oosterspoorbaan
c.q. Maliebaan tot gevolg zal hebben dat de Valleilijn nog intensiever
benut zal worden als omleidingsroute?

Zou herstel van de in onbruik geraakte spoorverbinding De Haar
Aansluiting - Woudenberg - Leusden PON daar ook een rol in kunnen gaan
vervullen?

Indien deze aspecten thans niet meegenomen zijn bij voornoemd onderzoek,
bent u bereid om deze alsnog mee te nemen?	0	 

18	Punt 8 Noordvleugel

Welke maatregelen worden genomen met het budget van 47,5 mln (exclusief
regionale bijdrage) voor de verkenning stedelijke bereikbaarheid Almere?
0	 

19	Punt 13 Noordvleugel

Welke knelpunten zijn er bij Amsterdam CS? Zijn deze al meegenomen in
het voorkeursbesluit Programma Hoogfrequent Spoorvervoer of zijn dit
nieuwe knelpunten?

Waarom staat de vrije kruising Transformatorweg nu weer ter discussie
terwijl volgens het MIRT-projectenboek 2011 de uitvoering al is gestart?
Geldt nog steeds de geplande opleveringsdatum? Welke deadline is aan
ProRail gesteld voor deze nieuwe discussie?	0	 

20	Punt 19 Noordvleugel

Wat zijn de uitkomsten van het MIRT-onderzoek MRA Zuidwest?	0	 

21	Punt 1 Zuidvleugel

Waarom steunt u de Churchill Avenue Variant voor de RijnlandRoute niet?
Waarom beoordeelt u deze variant als niet robuust? Deelt u de mening dat
deze variant een veel grotere verlichting betekent van de overlast in de
binnenstad aangezien met de variant F er veel binnenstedelijk verkeer
zal blijven gezien de herkomst of bestemming in de binnenstad?	0	 

22	Punt 1 Zuidvleugel

Welke onduidelijkheid is er over gewenste ruimtelijke ontwikkelingen in
relatie tot de overige projecten uit de MIRT-verkenningen Rotterdam
Vooruit en Haaglanden? 

Kunt u de resultaten van deze MIRT-verkenningen voor deze projecten (de
genoemde balansnota's en de onderliggende documenten) en de inhoud van
het nu voorgestelde pakket aanloopinvesteringen naar de Kamer sturen? 

Wat is het resultaat van de verkenning naar de Goudse Lijn (Den
Haag-Gouda) die onderdeel zou zijn van de MIRT-verkenning Haaglanden?	0	


23	Punt 14 Zuidvleugel

Wanneer wordt de besluitvorming over de Hoekse Lijn uiterlijk afgerond?
0	 

24	Wat is de planning van de verkenning "grondexploitatie en
planvorming"?	0	 

25	Punt 7 Noord-Brabant

Welke koerswijziging van NS Poort heeft er plaats gevonden ten aanzien
van NSP Breda?	0	 

26	Punt 3 Oost-Nederland

Kunt u de Kamer vóór het AO MIRT informeren over de situatie rond de
decentrale spoorlijnen in Oost-Nederland?

Kunt u bij de beantwoording van de commissievragen over station
Bilthoven het verzoek van de provincie Gelderland betrekken en aangeven
op welke wijze u medewerking zult verlenen aan dit verzoek?	0	 

27	Punt 16 Oost-Nederland

Wat zijn de (tussen)resultaten van de gezamenlijke verkenning van de
spoorlijn Arnhem-Doetinchem-Winterswijk? Welke varianten zijn/worden
onderzocht?

Wat is de stand van zaken met de reeds eerder beloofde verbetering van
de technische kwaliteit van de infrastructuur en de verbetering van de
functionele robuustheid? 

Is het juist dat de resultaten tegenvallen en er juist meer in plaats
van minder storingen voorkomen, en dat maatregelen voor de functionele
robuustheid nog steeds niet genomen zijn?

Overweegt u thans ook bestuurlijk ingrijpen (bijvoorbeeld via een last
onder dwangsom) om ProRail te dwingen de infrastructuur per omgaande op
orde te brengen? Zo nee, waarom niet?	0	 

28	Punt 10 Noord-Nederland

Hoe groot zijn de exploitatietekorten in het regionaal OV in de regio
Groningen-Assen en hoe verhoudt deze discussie zich tot de door u
voorgenomen bezuiniging op de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer
(BDU)?	0	 

29	Punt 15 en 16 Noord-Nederland

Wat is de deadline voor ProRail voor het opleveren van de planstudie
Leeuwarden Werpsterhoek? Zou het niet veel sneller gaan zo'n klein
project via een normale WRO procedure op grond van de Wet ruimtelijke
ordening te onderzoeken? 

Wat is de deadline voor ProRail voor de studie naar de spoorbrug over
het van Harinxmakanaal, aangezien deze discussie al enkele jaren loopt?
0	 

30	Punt 17 Noord-Nederland

Waarom wordt de 10,5 mln voor de spoortunnel "Om den Noort" te Wolvega
gefinancieerd uit de gelden uit de motie-Koopmans (Kamerstuk 27 658, nr.
41)?

Wat draagt deze maatregel bij aan de bereikbaarheid en reistijden van de
spoordriehoek Leeuwarden-Zwolle-Groningen waarvoor de gelden uit deze
motie bestemd zijn?

Is de overwegveiligheid tussen Meppel en Leeuwarden te beschouwen als
een regelgevingsprobleem (extra trein dus overwegmaatregelen), of als
een werkelijk probleem? 

Zou het niet veel effectiever en doelmatiger zijn om overwegen te
saneren op het voor de voor het Landsdeel Noord kritieke deeltrace
Zwolle-Meppel aangezien daar meer dan twee maal zoveel treinen rijden
als op de relatief rustige traject Meppel-Leeuwarden? 

Is het juist dat de problematische situatie is ontstaan doordat de
gemeente Wolvega een ingrijpende lokale verkeersstructuurwijziging heeft
doorgevoerd (te weten de aanleg van een noordelijk ringweg) die tot
gevolg had dat de betreffende overweg 'om den Noort' een overwegknelpunt
werd? 

Deelt u de analyse dat een dergelijke lokale verkeersstructuurwijziging
met negatieve consequenties voor de overwegveiligheid in strijd is met
de Kadernota Railveiligheid, en alleen als ongelijkvloerse overweg
gerealiseerd had mogen worden?	0	 

31	Punt 18 Noord-Nederland

Wordt bij het onderzoek quick scanmaatregelen op de Friese lijnen ook de
innovatieve optie van uitgesteld remmen en/of lighttrainspecifieke
snelheidsverhoging (waarbij de plaatsing van de klassieke baanseinen
ongemoeid kan worden gelaten) met behulp van ATB-NG meegenomen?	0	 

32	Kunt u aangeven hoe de budgetten uit de motie Koopmans c.s.
(Kamerstuk 27 658, nr. 41) voor de spoordriehoek
Leeuwarden-Groningen-Zwolle worden verdeeld? Over welke projecten is
reeds besloten en hoeveel van dit budget is nog beschikbaar? Waarom is
de Kamer nog steeds niet geĂŻnformeerd over de totale invulling van de
motie, terwijl inmiddels wel het voorkeursbesluit over het Programma
Hoogfrequent Spoorvervoer bekend is en er in het najaar van 2010 een
overleg over de invulling van dit pakket met de regio zou plaatsvinden?

Kunt u elke maatregel uit dit pakket toetsen aan de winst voor de
treinreiziger?

Maken de maatregelen gericht op rijtijdbeperking zoals een kortere
opvolgtijd door korte blokken op de flessenhalzen (zoals genoemd in
Kamerstuk 27658-45 d.d. 13 juli 2009) nog steeds deel uit van de plannen
die worden gefinancierd uit de middelen die met deze motie ter
beschikking zijn gesteld? Zo nee, waarom niet?

Deelt u de mening dat korte opvolgtijd door kortere blokken een van de
belangrijkste maatregelen is voor de spoordriehoek
Zwolle-Leeuwarden-Groningen om het wachttijdverlies te beperken en de
punctualiteit te verbeteren?

Waarom is het pakket voor Noord-Nederland volgens de beantwoording van
de Kamervragen over het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) d.d. 1
oktober 2010 (vraag 26, Kamerstuk 32404, nr. 4) onderdeel van het RSP?
Dit is toch een budget dat door de Kamer is beschikbaar gesteld als
onderdeel van PHS (zie ook beheerplan ProRail 2011 blz. 8) en de Kamer
daarom toch betrokken dient te worden bij de invulling van dit pakket?

Klopt het dat de bochtafsnijding Hoogeveen een sterk negatieve MKBA
heeft? Is deze maatregel daarmee definitief van de baan? Deelt u de
mening dat een intercity-stop op Hoogeveen door deze bocht nauwelijks
extra reistijd kost omdat er toch al sprake is van een
snelheidsbeperking?	0	 

33	Klopt het dat de Hanzelijn is uitgevraagd, aangeboden, ontworpen en
wordt getest en opgeleverd voor een baanvaksnelheid van 200 km/u onder
ERTMS level 2? Zo ja, gaat NS straks hier ook 200 km/uur rijden? Zo nee,
waarom niet en kunt u dit verplichten in de nieuwe concessie voor het
hoofdrailnet?	0	 

34	Punt 9 Noord-Brabant

Is ten behoeve van een beter renderende rechtstreekse verbinding
Brussel-Maastricht ooit overwogen om de bestaande intercitylijn E
(Knokke/Blankenberge-Brussel-Aarschot-Hasselt-Tongeren) in Hasselt te
splitsen en naar Maastricht door te trekken via de recentelijk heropende
verbinding Lanaken-Maastricht? Bent u bereid dit alternatief aan de orde
te stellen?

Wanneer wordt het aanzienlijk veiligere TBL1+ of ETCS-L1 geĂŻnstalleerd
op de lijn Maastricht - Visé Grens, conform de toezegging van uw
ambtsvoorganger d.d. 31 maart 2010 (Kamerstuk 32123 XII, nr. 50, pagina
19)?	0	 

35	Punt 8 Noord-Brabant

Wordt er bij de door het Rijk gefinancierde aanpassing van een deel van
de VIRM-treinen rekening gehouden met de mogelijkheid om deze treinen
qua tractiespanning geschikt te maken voor het doorrijden op het
Belgische en Duitse spoorwegnet?

Is het tevens mogelijk om bij de ombouw ook voorinstallatie van ETCS,
STM-Indusi en STM-TBL te doen plaatsvinden, in lijn met richtlijn
2006/269/EC (bijlage TSI subsysteem besturing en seingeving van het
conventionele trans-Europese spoorwegsysteem, paragraaf 7.2.2.4.4) en
het amendement van het lid Slob op Kamerstuk 32500 A, nr. 9)?

Wie berekent of de exploitatie van de verbindingen met buitenlandse
hogesnelheidslijnstations via de genoemde verbindingen financieel
haalbaar is en op welke basis? Welke (ook economische en strategische)
aspecten worden meegenomen? Welke rol speelt de NS als bestaande
vervoerder daarbij?

De Duitse vervoersautoriteiten Verkehrsverbund Rhein-Ruhr en Aachener
Verkehrsverbund/Nahverkehr Rheinland hebben hun nadrukkelijke steun voor
de komst van de intercityverbindingen in meerdere brieven uitgesproken
en concrete voorstellen qua uitvoering en samenwerking gemaakt. Zijn
deze niet voldoende om nu tot een spoedige uitvoering te komen?

Aan welke opties wordt gedacht om de ambitie voor
Heerlen-Herzogenrath-Aken toch waar te kunnen maken?	0	 

36	Punt 1 Zuidvleugel

Klopt het dat in de Rijksstructuurvisie ‘bereikbaarheid Regio
Rotterdam en Nieuwe Westelijke Oeververbinding’ gerekend wordt met
verouderde verkeersmodellen tot 2020, terwijl de Tweede Maasvlakte in
2033 gereed is, in plaats van met het model dat rekent tot 2030?

Wat is precies de scope van de toegezegde volledige en volwaardige
vergelijking tussen de Oranjetunnel en de Blankenburgtunnel?

Bent u bereid hierbij ook naar de aanpalende wegvakken te kijken van
zowel hoofdwegennet als onderliggend wegennet, aangezien de Nieuwe
Westelijke Oeververbinding ingrijpende gevolgen kan hebben voor de
aansluitende wegvakken? Zo nee, waarom niet?

Zou u hierbij in kunnen gaan op de contra-expertise die door Goudappel
Coffeng op verzoek van het Havenbedrijf Rotterdam is uitgevoerd, die
aantoont dat het verkeer op de A4 Delft Schiedam met de
Blankenburgtunnel belemmerd zal worden waardoor nooit aan de
hoofddoelstelling van de nieuwe westelijke oeververbinding, te weten het
waarborgen respectievelijk verbeteren van een optimale doorstroming op
de (inter)nationale hoofdcorridor A4, voldaan zal kunnen worden?

	0	 

37	Punt 6 Noordvleugel 

Maakt versoepeling van de gebruikte norm uit de Nota Mobiliteit (NoMo
norm) voor reistijd in de spits van maximaal 1,5 keer de reistijd buiten
de spits deel uit van de Value Engineering bij de planstudie Knooppunt
Hoevelaken? Zo nee, waarom niet?

Welke versoepeling van de norm zou u aanvaardbaar vinden voor deze
planstudie?

Is er relatief veel lokaal verkeer op de snelwegen in het studiegebied
van de planstudie Hoevelaken, in vergelijking met de gemiddelde snelweg?

Zijn er relatief veel aansluitingen op de snelwegen in het studiegebied
van de planstudie Hoevelaken, in vergelijking met de gemiddelde snelweg?

Heeft de A1/A28 rond Amersfoort met inachtneming van de voorgaande
vragen de kenmerken van een stedelijke Ringweg?

Als de NoMo norm op het traject voor het traject Maarn A28 –
Hoevelaken – A1 Bunschoten verhoogd zou worden naar 2, als bedoeld in
de Nota Mobiliteit voor stedelijke ringwegen, is de planstudie
Hoevelaken dan nog noodzakelijk?

Wat is de stand van zaken en het overleg dat u voert met de regio rond
het Spoedwetproject A28 en meer specifiek uw voornemen de aansluiting
Hoevelaken tijdelijk en deels af te sluiten? 

Bent u bereid de aansluiting buiten beschouwing te laten in het
Spoedwetproject A28 en mee te nemen in de Planstudie Hoevelaken? Bent u
eventueel bereid de regionale oplossingen voor het openhouden van de
aansluiting te onderzoeken?

Hoe komt het dat het eerder beschikbaar gestelde budget voor de
Planstudie Knooppunt Hoevelaken niet voldoende is om een goed werkend
verkeersysteem aan te leggen dat voldoet aan de in de startnotitie
gestelde NoMo-normen?	0	 

38	 Punt 16 Noord-Brabant

Welke aanbevelingen van het onderzoek spoorlijn Breda-Utrecht neemt u
over in de tweede fase van de MER? Zijn hiermee bedoeld de aanbevelingen
zoals vermeld op pagina 3 in de bij het rapport behorende
aanbiedingsbrief d.d. 10 mei 2011, en de conclusies en slotbepalingen
uit het rapport ontwerpstudie spoorlijn A27, Hoofdstuk 5 van Movares in
opdracht van Provincie Noord-Brabant, april 2011?

Wat wordt bedoeld met ‘de ruimtereservering voor het knooppunt
Gorinchem’? Verstaat u onder knooppunt Gorinchem ook De Merwedebrug,
het tracé door Gorinchem en de kruising A27 met A15 en Betuwelijn?

Is de middenligging ter plaatse van Gorinchem volgens bovenstaande
definitie ook uw insteek/opdracht bij de start van de tweede fase MER
studie (met inachtneming van de door u gestelde voorwaarden) aangezien
het onderzoek concludeert dat zijligging daar complexer en duurder wordt
en de middenligging voordelen biedt op het gebied van ruimtebeslag,
stedenbouwkundige en landschappelijke impact, de lokale wegen, en
combinatie met aansluitingen op de snelweg.

Kunt u specifiek ingaan op de grote kostenverschillen die blijken uit
het rapport ter hoogte van Gorinchem indien wel of niet rekening wordt
gehouden met een spoorlijn? Deelt u de mening dat dit een acceptabele
voorinvestering is om rekening te houden met de spoorlijn en dat als dit
niet gebeurt de spoorlijn financieel gezien vrijwel onmogelijk wordt
gemaakt?

Mag de voorinvestering voor de spoorlijn Breda-Utrecht ook in het
DBFM-contract voor de A27 worden meegenomen, waardoor een integraal,
multimodaal project tot stand kan worden gebracht?

Neemt u de overige aanbevelingen als bijvoorbeeld “hybride variant met
gedeeltelijke kruisingen op twee plaatsen” ook mee in de tweede fase
MER studie ten einde een spoorlijn Breda-Utrecht buiten het deel
Gorinchem ook mogelijk te laten maken?	0	 

39	In de voorkeursvariant voor het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
(PHS) ' Maatwerk 6/6'  zijn voor de lijn Utrecht - Harderwijk twee
stoptreinen per uur voorzien. Kunt u bevestigen dat vanuit
Randstadspoor-overwegingen de lijnvorming voor stoptreinen op Utrecht -
Harderwijk wel degelijk vier keer per uur zal zijn en dat u voornemens
bent voor stoptreinen een bediening van vier keer per uur tussen
Utrecht-Harderwijk als uitgangspunt te nemen?	0	 

40	Hoe kan zeker gesteld worden dat de 500 miljoen die in het
regeerakkoord extra wordt uitgetrokken voor het Infrastructuurfonds
daadwerkelijk ten goede komt aan wegen (2/3 deel) en spoor (1/3 deel)?	2
 

41	Welke plannen vallen onder het Actieprogramma Regionaal OV
(Rijksbijdrage 500 miljoen)?	2	 

42	Waarom wordt niet overwogen de BDU (Brede Doeluitkering Verkeer en
Vervoer) te verhogen en de decentrale overheden zelf te laten beslissen
over hun openbaar vervoer en hun decentraal spoorvervoer?	2

	43	Wanneer komen de nieuwe aangepaste plannen voor het Programma
Hoogfrequent Spoorvervoer, na de afwijzing van het eerdere pakket door
de Kamer?	2	 

44	Waarom wordt bij de investeringen in het spoor weer uitgegaan van een
reizigersgroei van 5%, terwijl dat jaar in, jaar uit, niet haalbaar
blijkt te zijn?	2	3

45	Wat zijn volgens u reële groeimogelijkheden voor het aantal
reizigers op het spoor en welk lager investeringsbedrag past daar bij?	2
3

46	Waar is het uitgangspunt van de benutting van 3/8 van de ruimte in
het MIRT 2021-2028 op gebaseerd?	3	 

47	Is de gedachte wellicht om, door vanaf nu in elke kabinetsperiode
slechts voor drie jaar middelen uit het MIRT te benutten, elke
kabinetsperiode het vooruit beleggen van geld voor de verre toekomst met
Ă©Ă©n jaar af te laten nemen? Zo ja, betekent dit niet dat het wel vijf
à zes kabinetsperioden duurt, voordat na een Tracébesluit binnen één
Ă  twee jaar kan worden gebouwd?	3

	48	Welke criteria worden toegepast om te komen tot de uiteindelijke
keuzes voor welke van de bestaande projectwensen op het gebied van
mobiliteit en water (in totaal circa 50 Ă  90 miljard) met de beperkte
beschikbare middelen ( 7,3 miljard) worden uitgevoerd? 	3	 

49	Kunt u een overzicht van alle projectwensen en geraamde kosten aan de
Kamer doen toekomen? 	3	 

50	Kunt u aangeven welke punten van het verlanglijstje (de lijst met
projectwensen op het gebied van infrastructuur) naar uw mening
daadwerkelijk bijdragen aan de verbetering van de mobiliteit?	3	 

51	Kunt u aangeven welke punten van de lijst met projectwensen naar uw
mening bijdragen aan de verbetering van de achterlandverbindingen?	3	 

52	Kunt u aangeven welke punten van de lijst met projectwensen naar uw
mening bijdragen aan de bereikbaarheid van main-, brain- en greenports? 
3	 

53	Kunt u concreet aangeven wat u bedoelt met ‘inzetten op’, als u
schrijft in te gaan zetten op beter benutten? Gaat het hierbij om het
uitvoeren, komt er eerst nog een onderzoek, of bedoelt u nog iets
anders?	3

	54	Welke aanzuigende werking hebben de huidige plannen voor Hoevelaken
op het verkeer? Hoe groot zal de toename van het verkeer op het
hoofdwegennet zijn door de plannen, en hoe groot de toename van het
verkeer op het onderliggend wegennet?	3	 

55	Welke maatregelen worden bij het knooppunt Hoevelaken in de “value
engineering” als niet-noodzakelijk, dan wel niet-gewenst opgenomen?
Worden wel alle wettelijke inpassingsmaatregelen meegenomen? 	3	 

56	Herinnert u zich de lijst met projecten uit de gebiedsagenda's en het
MIRT projectenboek in de bijlage van uw brief d.d. 3 december 2010,
kamerstuk 32500 A nr. 15) en de aanvullingen daarop uit het
commissieverzoek d.d. 16-12-2010 (zaaknummer 2010Z19003)?

Kunt u per landsdeel een totaal overzicht geven van al deze potentiële
projecten waarbij duidelijk is aangegeven welke projecten wel en welke
projecten niet zijn opgenomen in de prioriteringsbrief van 14 juni 2011?

Herinnert u zich uw toezegging uit uw brief van 3 december 2010 dat u
voor de prioritering van projecten zou gaan "scoren"?

Kunt u het overzicht uit vraag b daarom aanvullen met deze score waarbij
zoals toegezegd de meest prominente projecten bovenaan staan zodat de
Kamer beter inzicht krijgt in de gemaakte keuzes en de (vooralsnog)
afgevallen projecten?

e. Kunt u het overzicht uit vraag b aanvullen door per project, zowel de
geselecteerde als de niet geselecteerde, indicatief aan te geven wat het
verwachte financiële ruimtebeslag is (indien nodig met marges aangezien
voor veel projecten er slechts een ruwe schatting beschikbaar zal zijn,
en zonder rekening te houden met eventuele co-financering) zodat er een
beeld ontstaat van de nu verwachte besteding van de middelen in het MIRT
de komende jaren en van de mogelijke beleidsalternatieven?	4

	 

57	Welke projecten uit de motie De Rouwe (32500 XII, nr. 57) en het
commissieverzoek d.d. 16-12-2010 (zaaknummer 2010Z19003) zijn geheel
opgenomen in uw planning? Welke projecten gedeeltelijk? Tegen welke
bedragen is dat gebeurd? Als projecten na deze ronde bestuurlijke
MIRT-overleggen niet in uw planning zijn opgenomen, betekent dat dan dat
ze van de baan zijn?	4	 

58	Hoe bent u voornemens om de infrastructurele aanpassingen, die
gepaard zouden moeten gaan met de verplaatsing van vliegbewegingen van
Schiphol naar de luchthaven bij Lelystad, ter hand te nemen?	5	 

59	Wat is de rol van het Rijk bij de verkenning van de
verstedelijkingsopgaven Zaan- en IJ-oevers en hoe verhoudt zich deze
ontwikkeling tot de aangenomen motie De Rouwe over organische groei
(32500-XII, nr. 29)?	5	 

60	Klopt het dat u de volgende projecten niet hebt opgenomen in uw
prioritering? Wat is daarvan de reden?

- OV-SAAL lange termijn

- doortrekken Noord-Zuidlijn richting Amstelveen

- Station Schiedam Kethel

- Spoorverdubbeling Delft-Zuid - Schiedam Centrum	5	 

61	Kan per landsdeel worden aangegeven welk van de niet in het MIRT
opgenomen projecten volgens het betreffende landsdeel de hoogste
prioriteit heeft?	5	11

62	Welke problemen veroorzaakt eventuele vertraging in het Duitse
besluitvormingsproces over de aansluiting op de Betuweroute voor de
bereikbaarheid van de Rotterdamse haven? 	6	 

63	Volgens welk tijdsplan wil u de bereikbaarheid van de Rotterdamse
haven aanpakken? 	6	 

64	Hoe zult u de doorstroom van het toenemende verkeer vanuit de
Rotterdamse haven via de A15 waarborgen? 	6	 

65	Wat houdt de marktconsultatie/concurrentiegerichte dialoog met
betrekking tot de Planstudie Hoevelaken in en welk tijdpad bent u
voornemens te doorlopen? 	6	 

66	Stelt u de dubbeldoelstelling bereikbaarheid Ă©n inpassing zoals
opgenomen in de startnotitie Planstudie Knooppunt Hoevelaken voorop in
de marktconsulatie/concurrentiegerichte dialoog? Zo ja, hoe voorkomt u
dat de inpassing en lokale bereikbaarheid ondergesneeuwd raken bij de
bereikbaarheidsdoelstelling voor het hoofdwegennet? 	6	 

67	Welke maatregelen neemt u om te voorkomen dat de kosten voor goede
inpassing en het op orde houden van de lokale bereikbaarheid (waaronder
het behoud van de aansluiting Hoevelaken) eenzijdig bij de lokale en
regionale overheden wordt neergelegd? In hoeverre sluit dit aan bij het
feit dat het pakket verder bestaat uit landelijke en regionale
maatregelen en dat de landelijke maatregelen niet mogen leiden tot
verslechtering op het onderliggend wegennet? 	6	 

68	Wat gaat u doen om de betrokken gemeentebesturen (colleges van
burgemeesters en wethouders en gemeenteraden) en provinciebesturen
(colleges van gedeputeerde staten en provinciale staten) en inwoners van
de betrokken gemeenten en provincies mee te nemen in het
besluitvormingsproces van de marktconsultatie/concurrentiegerichte
dialoog over de maatregelen rond Hoevelaken?	6	 

69	Bent u bereid de regionale inzet voor goede inpassing en het open
houden van de aansluiting Hoevelaken een serieuze plek te geven in de
marktconsultatie/concurrentiegerichte dialoog?	6	 

70	Op welke Utrechtse woningbouwopgave wordt geduid bij punt 15 van de
afspraken inzake Noord-Holland, Flevoland, Utrecht en RRAAM? Wat is de
rol van het Rijk bij de vaststelling hiervan? Wat is de rol van het Rijk
bij de implementatie hiervan? Hoe is bij de uitwerking hiervan rekening
gehouden met de aangenomen motie De Rouwe (32 500 XII, nr. 29) over
organische groei?	6	 

71	Wat houdt de verkenning “grondexploitatie en planvorming” in het
programma investeringscondities bouw in?	6	 

72	Wordt in het onderzoek woningbehoefte MRA/NV en Utrecht ook
onderzocht of consumentenwensen eerder gericht zijn op organische of op
planmatige groei?	6	 

73	Wat houdt het project Hoornse Hop in?	6	 

74	Kunt u de onderbouwing van de verkeerskundige meerwaarde van de
A13/A16 aan de Kamer doen toekomen? Wat is de betekenis van het feit dat
zelfs in het lage groeiscenario de aangelegde A13/A16 in 2020 al een
knelpunt zal vormen? Hoe robuust is die oplossing darmee te noemen?	6	 

75	Bent u bereid om de Bos-variant Portway Rotterdam als alternatief
voor de A13/A16 te onderzoeken en op zijn merites te beoordelen? 	6	 

76	Bent u bereid om het plan 'Bouwen aan een groene metropool' van
Milieudefensie te beoordelen op voor het MIRT nuttige suggesties en kunt
u aangeven welke onderdelen daarvan als geheel of gedeeltelijk
alternatief voor de A13/A16 kunnen worden beschouwd?	6	 

77	Welk effect zullen de aangelegde A4 Midden Delfland en de Nieuwe
Westelijke Oeververbinding (kwantitatief en kwalitatief) hebben op het
probleem waar de A13/A16 een oplossing voor moet bieden? Is er bij de
A13/A16 al rekening gehouden met de aanleg van een Nieuwe Westelijke
Oeververbinding?	6	 

78	Kunt u in verband met het draagvlak voor de inpassing van de A13/A16
waarnaar u op zoek bent, aangeven welke standpunten de gemeenteraden van
Rotterdam en Lansingerland hebben ingenomen ten aanzien van de wijze van
inpassing van de geplande snelweg?	6	 

79	Wat is de meerwaarde van de betrokkenheid van het Rijk bij de
verstedelijkingsopgave in de Zuidvleugel en hoe verhoudt deze zich tot
het regeerakkoord?	7	 

80	Bevat de ontwikkeling van de Technologische Innovatiecampus Delft
elementen van de aanleg van een nieuw bedrijventerrein? Zo ja, hoe
verhoudt zich dit tot de geconstateerde leegstand van bedrijventerreinen
in de regio? 	7	 

81	Waaruit bestaat de kritiek van Limburg op de Nationale Markt- en
Capaciteitsanalyse(NMCA)-methodiek? Bent u bereid de Kamer te informeren
over de uitkomst van de vergelijking tussen de ervaren knelpunten in
Limburg en de uitkomsten van de Rijks-NMCA?	7	 

82	Per wanneer verwacht u aansluiting van de Betuweroute op het Duitse
spoor? Kunt u de Kamer aanvullende informatie doen toekomen aangaande de
status van het Duitse besluitvormingsproces met betrekking tot de
aansluiting aan Duitse zijde op de Betuweroute?	8	 

84	Waarom kan kunt u het voorstel van de regio om de A1 te
voorfinancieren niet eenvoudigweg overnemen, maar beraadt u zich hierop?
8	 

85	Waaruit blijkt dat het bewonersalternatief voor de Rijnlandroute, de
Churchill Avenue Variant, minder robuust is? Is de robuustheid eenvoudig
te verhogen? Hoeveel minder robuust is deze variant? Wat zijn de
meerkosten van deze variant? Wat zijn de extra becijferde
(maatschappelijke) baten van deze variant?	9	 

86	Onder welke voorwaarden is het gebiedsbudget voor de Rijnlandroute en
de Rijn-Gouwelijn beschikbaar gesteld?	9	 

87	Kunt u toelichten waarom het aquaduct A6 ter hoogte van Scharsterrijn
prioritair is? Hoeveel filedruk veroorzaakt deze brug per jaar in
verhouding tot andere tot 2028 verwachte knelpunten op het Nederlandse
wegennet?	9	 

88	Wat is nu het budget voor de Afsluitdijk inclusief een bijdrage uit
het 3/8 deel van het verlengde Infrastructuurfonds?	11	 

89	Wordt in het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) beheer en
onderhoud ook lange termijn beheer en onderhoud aan private partijen
meegenomen als optie? Is het niet zaak hiertoe een aantal wegtrajecten
en spoortrajecten aan te wijzen om ervaring hiermee op te doen?	13	 

90	Welk deel van het aanlegbudget tot 2020 is momenteel nog niet belegd
als daar de extra 1,5 miljard voor beheer en onderhoud al vanaf is
getrokken?

Welke wijzigingen vinden er plaats op dit resterende aanlegbudget als
gevolg van de prioriteringsbrief en/of de bestuurlijke afspraken MIRT?

c. Bent u bereid in het vervolg de financiële oplegger bij de
halfjaarlijkse MIRT-brief aan te vullen met de gevolgen voor de
budgetten in het Infrastructuurfonds?	13	 

91	Hoe groot is de kasspanning op het budget voor spoorwegen?	13	 

92	Wat levert decentralisatie/stopzetten van bufferzones financieel
gezien op?	14	 

93	Kunt u een overzicht geven van de genoemde structurele subsidies met
een groot budgettair beslag en de incidentele of aflopende subsidies met
een beperkt budgettair beslag voor de jaren 2010 t/m 2015?

Bent u, nu de taakstelling voor subsidies hoger is dan de feitelijke
subsidies in 2015, voornemens alle subsidies af te schaffen?

Hoeveel budget moeten Deltares, Veilig Verkeer Nederland (VVN),
Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV),
Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR), Fietsersbond en
Stichting Knowledge & Development Centre (KDC) inleveren en hoeveel
blijft er over?	14	 



  FILENAME  GRT_RGR_IM_2011Z12661.DOC 		  PAGE  1 /  NUMPAGES  10