[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33015 Adv RvSt inzake Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet SZW 2012)

Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet SZW 2012)

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2011D46147, datum: 2011-09-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z18530:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


No.W12.11.0249/III	's-Gravenhage, 19 augustus 2011

Bij Kabinetsmissive van 7 juli 2011, no.11.001649, heeft Uwe Majesteit,
op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij
de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig
gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van enkele wetten van het
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet SZW 2012),
met memorie van toelichting.

Het wetsvoorstel wijzigt een aantal wetten op het terrein van de
socialezekerheidswetgeving, arbeidsverhoudingen, pensioenwetgeving en
kinderopvang. Het betreft zowel wijzigingen van technische aard alsook
inhoudelijke wijzigingen.  

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking
van het wetsvoorstel, maar maakt een opmerking met betrekking tot het
algemene karakter van verzamelwetgeving. Zij is van oordeel dat in
verband daarmee aanpassing van het voorstel wenselijk is. 

1.	Verzamelwetgeving

Het voorstel van wet is een verzamelwet, waarin een groot aantal
technische wijzigingen is opgenomen met betrekking tot
socialezekerheidswetgeving en tevens inhoudelijke wijzigingen met
betrekking tot de Pensioenwet en de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen. 

In de brief van 20 juli 2011 en de daarbij behorende notitie heeft de
regering haar standpunt geformuleerd met betrekking tot
verzamelwetgeving. Uitgangspunt voor het omgaan met dergelijke
verzamelwetgeving is dat daarbij recht wordt gedaan aan de positie van
het parlement. Om een goede behandeling van verzamelwetgeving te
bevorderen heeft de regering toegezegd hieromtrent met een aanwijzing
voor de regelgeving te komen. Tot een inhoudelijke verzamelwet wordt in
principe slechts overgaan indien voldaan is aan de volgende drie
criteria:

de verschillende onderdelen moeten samenhang hebben;

de verschillende onderdelen moeten niet van een omvang en complexiteit
zijn waardoor zij een afzonderlijk wetsvoorstel rechtvaardigen; en

het moet op voorhand niet de verwachting zijn dat een van de onderdelen
dermate politiek omstreden is dat een goede parlementaire behandeling
van andere onderdelen in het geding is. 

De Afdeling stelt vast dat het voorstel van wet zowel technische
wijzigingen omvat als ook inhoudelijke wijzigingen waarbij
laatstgenoemde wijzigingen geen onderlinge samenhang hebben. In die zin
voldoet het voorstel niet aan de criteria. De Afdeling wijst in het
bijzonder op de voorgestelde wijzigingen op het terrein van de
Pensioenwet en de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Uit de toelichting blijkt niet waarom de wijziging van deze wetten niet
in afzonderlijke wetten is neergelegd.

De Afdeling adviseert in de memorie van toelichting voldoende dragend te
motiveren waarom desondanks voor een verzamelwet is gekozen en zo nodig
het voorstel aan te passen.

2.	Voor redactionele kanttekeningen verwijst de Afdeling naar de bij het
advies behorende bijlage.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het
voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.

De vice-president van de Raad van State,

Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no.W12.11.0249/III met redactionele kanttekeningen die de
Afdeling in overweging geeft.

In artikel I, onderdeel A, wordt voorgesteld artikel 12 van de Algemene
Kinderbijslagwet zodanig te wijzigen, dat niet langer een beschikking
wordt afgegeven voor het recht op kinderbijslag bij 6 en 12 jarigen. In
de memorie van toelichting ingaan op de vraag hoe de rechthebbende kan
weten dat hij in dat geval alsnog een beschikking kan aanvragen.

Artikel 6 van het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte
beroepspensioenregeling aanpassen aan de voorgestelde wijziging van
artikel 61, tiende lid, van de Pensioenwet.

	Kamerstukken I 2010/11, 32 500 VI, M.

	Zie Kamerstukken I 2010/11, 32 500 VI, M, blz. 7. 

	De toezegging van de Minister van SZW in zijn brief aan de Tweede Kamer
van 20 juni 2011 dat wijzigingen in de Pensioenwet en de Wet verplichte
beroepspensioenregeling zullen worden meegenomen in de Verzamelwet SZW
2012 kan niet afdoen aan de conclusie dat het voorstel niet voldoet aan
de criteria (Kamerstukken II 

	32 043, nr. 45, blz. 2).

 PAGE    

  PAGE  2 

 PAGE   I 

AAN DE KONINGIN

........................................................................
...........