[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart

Eindtekst

Nummer: 2011D49002, datum: 2011-09-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z18166:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

29 september 2011



	Regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de
Nederlandse identiteitskaart







VOORSTEL VAN WET



	

	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: 

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is op korte
termijn te voorzien in een grondslag voor de heffing van rechten voor de
Nederlandse identiteitskaart;

	Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

	Voor het verrichten van handelingen ten behoeve van de aanvraag van een
Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van
de Paspoortwet door de burgemeester van een gemeente, kunnen rechten
worden geheven. Deze rechten worden aangemerkt als gemeentelijke
belastingen. Hoofdstuk XV, paragraaf 1 en 4, van de Gemeentewet, is van
toepassing. De artikelen 229b en 229c van de Gemeentewet zijn van
overeenkomstige toepassing.

Artikel 2

	1. Een gemeentelijke belastingverordening ter zake van het heffen van
rechten als bedoeld in artikel 229, eerste lid, onderdeel b, van de
Gemeentewet, voor het verrichten van handelingen ten behoeve van de
aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart, berust vanaf de dag tot
welke deze wet terugwerkt op artikel 1.

	2. Artikel 7, tweede lid, van de Paspoortwet en een algemene maatregel
van rijksbestuur als bedoeld in artikel 7, derde lid, van de
Paspoortwet, hebben mede betrekking op rechten als bedoeld in artikel 1.

	3. In verband met het aanvragen van een Nederlandse identiteitskaart
worden geen rechten geheven indien de aanvraag is ingediend in de
periode vanaf 9 september 2011 tot de dag tot welke deze wet terugwerkt.

Artikel 3

	Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van
uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug
tot en met de dag na de datum van indiening van het wetsvoorstel bij de
Tweede Kamer. 

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 

 

 PAGE    

 PAGE   2