[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Wijziging van de Bankwet 1998 en de Wet op het financieel toezicht in verband met het versterken van de governance bij de toezichthouders op de financiële markten (Wet versterking governance van de Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten)

Eindtekst

Nummer: 2011D53937, datum: 2011-11-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z10889:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

1 november 2011





Wijziging van de Bankwet 1998 en de Wet op het financieel toezicht in
verband met het versterken van de governance bij de toezichthouders op
de financiële markten (Wet versterking governance van de Nederlandsche
Bank en de Autoriteit Financiële Markten)







VOORSTEL VAN WET



		

	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging hebben genomen, dat het wenselijk is om de
Bankwet 1998 en de Wet op het financieel toezicht te wijzigingen
teneinde de governance bij de toezichthouders op de financiële markten,
de Nederlandsche Bank NV en de stichting Autoriteit Financiële Markten,
te versterken;

	Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. Wijziging van de BANKWET 1998

	De Bankwet 1998 wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 12 worden het vierde en vijfde lid vernummerd tot zesde en
zevende lid en worden het tweede en derde lid vervangen door vier leden,
luidende:

	2. De president en de directeuren worden voor een periode van zeven
jaren bij koninklijk besluit benoemd. Herbenoeming in dezelfde functie
kan eenmaal plaatsvinden. Voor elke benoeming wordt door de raad van
commissarissen, de directie gehoord, een aanbevelingslijst van drie
personen opgemaakt.

	3. Voorafgaand aan het opmaken van de aanbevelingslijst stelt de raad
van commissarissen, de directie gehoord, een functieprofiel op.

	4. De president en de directeuren kunnen slechts indien zij niet meer
voldoen aan de eisen voor de uitoefening van hun functie of indien zij
op ernstige wijze zijn tekortgeschoten bij koninklijk besluit worden
geschorst of uit hun functie worden ontheven. Ontheffing uit de functie
vindt voorts plaats op eigen verzoek.

	5. Onze Minister draagt zorg voor de mededeling in de Staatscourant van
de in dit artikel bedoelde koninklijke besluiten. Tegen een besluit of
schorsing van een directeur als bedoeld in het vierde lid  kan een
belanghebbende beroep instellen bij het College van Beroep voor het
bedrijfsleven.

B

	Na artikel 12 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12a

	1. Bij of krachtens de statuten kan worden bepaald dat taken van de
directie die voortvloeien uit artikel 4, eerste lid, worden toebedeeld
aan één of meer directeuren en dat zij hieromtrent rechtsgeldig namens
de Bank kunnen besluiten. Bepaling krachtens de statuten als bedoeld in
de eerste volzin geschiedt schriftelijk.

	2. De directeur of directeuren aan wie de taken, bedoeld in het eerste
lid, zijn toebedeeld, kunnen door de directie worden gemachtigd tot
uitoefening van de bevoegdheden die nodig zijn voor het vervullen van
deze taken, tenzij de regeling waarop de bevoegdheid steunt zich
daartegen verzet.

	3. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:81 en 10:6 van de
Algemene wet bestuursrecht omvat de machtiging, bedoeld in het tweede
lid, tevens de bevoegdheid om beleid te bepalen ten aanzien van de
taken, bedoeld in het tweede lid, tenzij dit in een mandaatbesluit is
uitgesloten.

C

	Artikel 13 komt te luiden:

Artikel 13

	1. De raad van commissarissen bestaat uit ten minste zeven en ten
hoogste tien leden.

	2. Eén lid van de raad van commissarissen wordt van overheidswege
benoemd, telkens voor een periode van vier jaar.

	3. De voorzitter alsmede de andere leden van de raad van commissarissen
worden telkens voor een periode van vier jaar benoemd door de
aandeelhouders uit een voordracht van drie personen voor elke te
vervullen plaats, opgemaakt door de raad van commissarissen. Voorafgaand
aan het opmaken van de voordracht stelt de raad van commissarissen een
functieprofiel op.

	4. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt het voorzitterschap bekleed
door een daartoe door de vergadering aangewezen ander lid.

	5. De leden van de raad van commissarissen kunnen door de
aandeelhouders worden geschorst of uit hun functie worden ontheven
indien zij niet meer voldoen aan de eisen voor de uitoefening van hun
functie of op ernstige wijze zijn tekortgeschoten. Ontheffing uit de
functie vindt voorts plaats op eigen verzoek.

	6. Met inachtneming van het bepaalde in het Verdrag en de statuten van
het Europees Stelsel van Centrale Banken, houdt de raad van
commissarissen toezicht op de algemene gang van zaken binnen de Bank en
het beleid van de directie ter uitvoering van artikel 4. De raad van
commissarissen staat de directie met raad terzijde en stelt de
jaarrekening vast. De vastgestelde jaarrekening behoeft de goedkeuring
van de aandeelhouders.

ARTIKEL II. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht

	De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:

A

	Na artikel 1:25a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1:25b

	1. Onze Minister kan beleidsregels vaststellen ten aanzien van de
toepassing door de toezichthouders van het bepaalde in de hoofdstukken
1.2 en 1.3.

	2. De beleidsregels worden in de Staatscourant bekendgemaakt.

B

	Artikel 1:26 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid, laatste volzin, komt te luiden:

	Herbenoeming in dezelfde functie kan tweemaal en telkens voor ten
hoogste vier jaren plaatsvinden.

	2. Aan het derde lid wordt een volzin toegevoegd, luidende:

	Tegen deze besluiten kan een belanghebbende beroep instellen bij het
College van Beroep voor het bedrijfsleven.

	3. Onder vernummering van het vierde tot het vijfde lid wordt na het
derde lid een lid ingevoegd, luidende:

	4. Voorafgaand aan het opmaken van de voordracht door de raad van
toezicht stelt de raad van toezicht, het bestuur gehoord, een
functieprofiel op.

C

	Artikel 1:27 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het tweede lid komt te luiden:

	2. De raad van toezicht ziet toe op het beleid van het bestuur en de
algemene gang van zaken en staat het bestuur met raad ter zijde.

	2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

	6. Voorafgaand aan het opmaken van de voordracht door de raad van
toezicht stelt de raad van toezicht een functieprofiel op.

D

	Na artikel 1:27 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1:27a

	1. De directie en de raad van commissarissen van de Nederlandsche Bank
alsmede het bestuur en de raad van toezicht van de Autoriteit
Financiële Markten bestaan uit personen wier betrouwbaarheid buiten
twijfel staat en die geschikt zijn voor de uitoefening van hun functies.

	2. De raad van commissarissen onderscheidenlijk de raad van toezicht
maakt een met redenen omklede beoordeling van de betrouwbaarheid en
geschiktheid van een persoon als bedoeld in het eerste lid.

	3. Er is een profielschets voor de directie en de raad van
commissarissen van de Nederlandsche Bank. De profielschets wordt
opgesteld door de raad van commissarissen, de directie gehoord, en
behoeft de instemming van Onze Minister onderscheidenlijk de
aandeelhouder.

	4. Er is een profielschets voor het bestuur en de raad van toezicht van
de Autoriteit Financiële Markten. De profielschets wordt opgesteld door
de raad van toezicht, het bestuur gehoord, en behoeft de instemming van
Onze Minister.

ARTIKEL III

	Deze wet wordt aangehaald als: Wet versterking governance van de
Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten.

ARTIKEL IV

	Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Financiën,

De Minister van Financiën,

 

 

 PAGE    

 PAGE   1