Preview document (🔗 origineel)

---

1	Alternatieve vormen van financieren

De groep sociaal ondernemers groeit. Het primaire doel van hun
onderneming is maatschappelijke impact. Zij doen dat met een economisch
duurzaam businessmodel. Deze groep ondernemers is bijzonder interessant,
omdat ze oplossingen voor maatschappelijk problemen biedt daar waar de
overheid zich terugtrekt en de markt het (nog) niet aantrekkelijk genoeg
vindt om te investeren.

Maar sociaal ondernemers hebben het vaak moeilijker dan ‘gewone’
ondernemers. Zij moeten vaak een nieuwe afzetmarkt creëren, de marges
zijn relatief laag en de terugverdientijd relatief lang. Dat maakt het
voor hen nog lastiger om aan startkapitaal te komen. Ook
niet-ondernemers, zelfs pure vrijwilligersinitiatieven, moeten
ondernemender werken en zoeken naar alternatieve methoden om hun werk te
financieren.

Deze alternatieve financieringsvormen dienen zich in rap tempo aan. Er
komen  crowdfunding platforms, gemeenschapsfondsen, revolving funds,
microfinanciering, business angels, particuliere investeerders en
donateurs via social media.

In een tijd waarin de overheid steeds minder kan sturen met geld en voor
grote maatschappelijke uitdagingen staat, is het  van groot belang om
deze nieuwe vormen van financieren te verwelkomen (met kritische
nieuwsgierigheid) en te bezien wat hen kan helpen. 

Crowdfunding is een van de belangrijkste nieuwe financieringsvormen op
dit moment, eventueel aanvullend op kredieten of subsidies. In het
buitenland vaak al succesvol toegepast, in Nederland nog in de
kinderschoenen, maar het heeft potentieel. De stand van zaken van
crowdfunding wordt in het Groene Spreekuur belicht. 

Hoe kan meer experimenteerruimte voor crowdfunding  worden gecreëerd?
Hoe kan de overheid hierin faciliterend optreden?

2	Meer ruimte voor innovaties in de bouw op grass root level

Veruit de grootste groep initiatieven die zijn ingediend bij Duurzame
Dinsdag 2011 (45%) gaat over energie. Groot deel van deze energiegroep
gaat over energiebesparing in de bouw. Burgers en bedrijven komen met
innovaties om het energieverbruik in woningen te verlagen. Voor
nieuwbouw worden steeds strengere normen gesteld aan het
energieverbruik. Of de voorgenomen maatregelen leiden tot de gewenste
energie prestatienorm, wordt bepaald met behulp van de
EPC-rekenmethodiek. Innovaties zijn niet opgenomen in dit rekenmodel en
kunnen dus niet altijd meetellen. In de nieuwbouw grijpt men daarom vaak
naar technieken die wél opgenomen zijn in het rekenmodel. 

Voor de bestaande bouw ligt het niet veel anders. Hier bepalen
EPA-adviseurs het energielabel (A t/m E) van een woning en geven advies
over verbetermogelijkheden. Zij hebben vaak onvoldoende zicht op
innovaties (en de consequenties daarvan) om deze mee te nemen in hun
energieprestatieadviezen. 

Het is van groot belang om innovaties op energiegebied ruim baan te
geven. Hoe kunnen we dat regelen?

Hoe zorgen we ervoor dat innovaties op het gebied van energietechnieken
in de bouw, gemakkelijker voet aan de grond krijgen?