Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de Raad Algemene Zaken
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2012D02759, datum: 2012-01-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.W. Knops, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M. van Keulen, griffier
Onderdeel van zaak 2011Z25396:
- Indiener: U. Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken
- Medeindiener: H.P.M. Knapen, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2011-12-13 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2011-12-15 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2012-01-24 15:00: Raad Algemene Zaken (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Europese Zaken
Preview document (š origineel)
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld ā¦ januari 2012 Binnen de vaste commissie voor Europese Zaken bestond bij zeven fracties de behoefte om aan de minister en staatssecretaris van Buitenlandse Zaken enkele vragen en opmerkingen voor te leggen met betrekking tot de Raad Algemene Zaken van 27 januari 2012 en enige andere punten op de agenda. De voorzitter van de commissie, Knops Adjunct-griffier van de commissie, Van Haaster Geannoteerde agenda Raad Algemene Zaken van 27 januari 2012 Meerjarig financieel kader 2014-2020 (MFK) De leden van de fractie van de VVD nemen er kennis van dat in de geannoteerde agenda de Nederlandse inzet wordt weergeven om de EU-begroting vanaf 2011 met maximaal de inflatie te laten stijgen. In eerder antwoord op schriftelijke vragen van het lid Dijkhoff (VVD) over het verzoek van de EU om 550 miljoen euro extra middelen (ingezonden 22 november 2011) gaf u aan bij het vaststellen van nieuwe vastleggingenplafonds ook rekening te houden met de grote omvang van de RAL (Reste Ć liquider). Zal dit eveneens ter sprake komen bij de Raad Algemene Zaken van 27 januari? Zo ja, hoe zal er bij het nieuwe Meerjarig Financieel Kader gezorgd worden dat de RAL niet meer tot een dergelijke omvang zal uitgroeien? Is er van de kant van de Europese Commissie inmiddels meer duidelijkheid gekomen over de RAL, na uw verzoeken hiertoe? Het doet de leden van de VVD-fractie deugd dat de regering de motie-Lucas (33000 VIII, nr. 84) in de geannoteerde agenda als ondersteuning van de inzet tijdens de onderhandelingen over het MFK omschrijft. Een moderne EU-begroting gericht op innovatie en economische groei is volgens de leden van de VVD-fractie onmisbaar voor een sterke Europese economie. Daar hoort ook bij dat er gesneden moet worden in de cohesie-, landbouw-, en structuurfondsen. Zijn er naast Nederland nog andere lidstaten die inzetten op de lijn zoals weergegeven in de motie-Lucas? Is er binnen de Europese Raad steun voor het hieruit voortvloeiende Nederlandse standpunt over een nominale bevriezing van de landbouwfondsen? Zijn er ook landen die pleiten voor een verlaging? De VVD-fractie is van mening dat Nederland niet moet uitsluiten, ook met het oog op de motie-Lucas, in te zetten op verlaging van het GLB wanneer dit tot de mogelijkheden behoort. De leden van de VVD-fractie verzoeken de regering de Kamer accuraat en tijdig op de hoogte te houden over (op handen zijnde) veranderingen in de Nederlandse inzet voor de zaken die genoemd zijn in de motie-Lucas, te weten verlagingen van de cohesie-, landbouw- en structuurfondsen en de Europese investeringen voor onderwijs, onderzoek en innovatie. De leden van de VVD-fractie willen nogmaals onderstrepen groot voorstander te zijn van het invoeren van macro-economische conditionaliteiten bij het verkrijgen van Europees geld. Wanneer landen zich niet aan afgesproken regels houden met betrekking tot bijvoorbeeld begrotingsdiscipline, moet het mogelijk zijn om betaling van Europese subsidies op te schorten. De leden van de fractie van de Partij van de Arbeid hebben met belangstelling kennis genomen van de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken d.d. 27 januari 2012. De leden hebben nog enkele vragen bij de voorliggende agenda. De leden zijn verheugd te zien dat Nederland nog steeds bereid is om in te zetten op een verlaging van het plafond van het totaalbudget; dit hebben zij in eerdere debatten over dit onderwerp herhaaldelijk aangeven. Ook het gegeven dat er binnen de Europese Commissie brede steun is om het nieuwe MFK nauw aan te sluiten op de Europa 2020-strategie stemt de leden gerust. Op 13 december jl. is de motie-Lucas aangenomen waarin de regering verzocht wordt om tijdens de onderhandelingen over de voorgestelde EU-begroting 2014-2020 te pleiten voor verlagingen van de cohesie-, landbouw- en structuurfonden en de Europese investeringen voor onderwijs, onderzoek en innovatie te ontzien. De leden van de fractie van de Partij van de Arbeid kunnen zich voorstellen dat tijdens de oriĆ«nterende discussie deze onderwerpen wellicht de revue zullen passeren. Kan de regering toelichten wat haar inzet zal zijn bij deze gesprekken? De leden hebben in eerder debatten aangeven dat zij bij het cohesiebeleid graag meer nadruk zouden willen zien op maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO); kan de regering toelichten in hoeverre dit een rol speelt in de onderhandelingen en wat haar insteek precies zal zijn? Dit leden van de PvdA-fractie willen in dit kader nog benadrukken dat zij het teleurstellend vinden dat er een aantal zaken niet aan de orde zijn gekomen in stand-van-zakenbrieven van de regering over de onderhandelingen over het MFK. De leden benadrukken in dit verband dat Europese groei veel meer is dan alleen versterking van de economische samenwerking; het gaat ook om het behouden van de Europese waarden en het uitdragen daarvan. Een beter Europa is een Europa dat markten reguleert, dat de bestaanszekerheid en het welzijn van de mensen dient, dat streeft naar een matiging van de ongelijkheid, en dat ambitieus werkt aan een schonere, meer duurzame economie. Een beter Europa betekent ook dat de politieke samenwerking moet worden versterkt. Een Europa dat zich bezig houdt met onderwerpen als onderwijs, sociale vraagstukken en met milieu. De PvdA had dit graag zien terugkomen in het MFK. Gaan deze onderwerpen nog een rol van betekenis spelen in het mandaat van Nederland? Inhoudelijk wil de Commissie het externe beleid meer richten op gebieden waar de EU internationaal het verschil kan maken, zoals energie, infrastructuur en regionale samenwerking. De externe instrumenten zullen volgens de Commissie inzet op globale uitdagingen zoals de bescherming van mensenrechten, goed bestuur, illegale migratie, stabiliteit en klimaat moeten faciliteren. De leden van de PvdA-fractie horen graag of de regering deze mening deelt en, indien dit het geval is, op welke wijze deze genoemde uitdagingen aansluiten op de Nederlandse visie op het externe EU-beleid. De leden van de fractie van de PVV achten het gematigd positief dat het kabinet inzet op een reductie van het Europees uitgavenplafond. Wat de PVV betreft mag dit echter nog forser. Dit ook in het licht van de minimaal Ć©Ć©n miljard korting op de Nederlandse afdracht, welke is opgenomen in het regeer- en gedoogakkoord. Kan de regering een toelichting geven op de stand van zaken hieromtrent (concrete afdrachtkorting van minimaal Ć©Ć©n miljard)? In Brussel doet men nog steeds net alsof andermans geld hun op de rug groeit. De Europese Commissie wil een nieuw logo invoeren voor haar dienst. De kosten hiervan lopen in de miljoenen. De Duitse socialist Martin Schulz stelt als kersvers Voorzitter van het Europees Parlement maar liefst 36 stafleden aan! Wie vraagt zich nog af hoe de EU zou kunnen bezuinigen in de huidige crisissfeer? Is de regering het met de Partij voor de Vrijheid eens dat deze actie volkomen waanzinnig en wereldvreemd is? En is de regering ook bereid dit in duidelijke taal richting Brussel te communiceren? De leden van de CDA-fractie danken de regering voor het toezenden van de geannoteerde agenda. De leden van de CDA fractie steunen de regering om te streven naar evenwichtige en transparante FinanciĆ«le Perspectieven. De leden van de fractie hebben echter de vraag hoe de regering in haar strategie rekening houdt met het terugverdieneffect door middel van de diverse fondsen naar Nederland, met inachtneming van de motie-De Mos/Koopmans (Kamerstuk 32500 XIII, nr. 115). Tevens vragen de leden op welke wijze de synergiemotie door de regering binnen het kader van het MFK wordt ingebracht. De leden van de SP-fractie steunen ten volle de inzet van de Nederlandse regering om nu eerst de omvang van het Meerjarig Financieel Kader te bespreken en daar natuurlijk in te zetten op een bevriezing en het liefst een verlaging van de omvang. Prioriteiten horen gekozen te worden binnen budgettaire kaders en het kan volgens deze leden niet zo zijn dat lidstaten worden gedwongen fiks te bezuinigen maar de Europese begroting toeneemt. De leden van de SP-fractie steunen in principe de regeringsinzet dat vooral gesneden dient te worden in de landbouw- en cohesiefondsen en dat onderwijs, onderzoek en innovatie worden ontzien. Deze leden vragen wel ervoor te waken dat ook deze laatste gebieden hun meerwaarde dienen te bewijzen ten opzichte van uitgaven die nationaal aan deze gebieden worden besteed. Deze leden wijzen op het risico dat door toenemende bezuinigingen nationale instellingen proberen hun tekorten te compenseren met Europees geld. Krijgen we dan niet hetzelfde rondpompen met geld dat nu bij de structuurfondsen plaatsvindt, vragen de leden van de fractie van de SP zich af. De leden van de fractie van GroenLinks vragen waarom Nederland niet eerst de inhoudelijke prioriteiten wil vaststellen voordat over het plafond wordt besloten. Deelt de regering de mening van GroenLinks dat de hoofdzaak moet zijn dat het geld goed besteed wordt en dat in dat geval een verhoging van de Europese begroting ook in het Nederlands belang kan zijn? Zo nee, waarom niet? Ziet de regering mogelijkheden om cohesiegelden en het CEF in te zetten voor het creĆ«ren van groeiperspectieven voor lidstaten in financiĆ«le problemen? Is de regering bereid om akkoord te gaan met een lagere korting op het cohesiefonds indien dit voor een groter deel wordt ingezet in de armste lidstaten? Presentatie Deens voorzitterschapsprogramma De leden van de PvdA-fractie merken op dat binnen het thema āEen veilig Europaā er een stevig coƶrdinerende rol voor de Hoge Vertegenwoordiger ingezet dient te worden. De leden vragen in hoeverre dit niet een overbodige toevoeging is. Dient de Hoge Vertegenwoordiger deze rol niet al te vervullen? Wat is de opvatting van de regering over deze nieuwe āstevig coƶrdinerende rol?ā De PVV-fractie is zeer kritisch op het huidige EU-voorzitterschap van Denemarken. Het is helaas overduidelijk zichtbaar geworden dat de centrumrechtse regering recentelijk is ingewisseld voor een linkse coalitie. De Deense premier stelde kort geleden over het voorzitterschap dat we in crisistijden āgeloof moeten hebben in onze instellingenā. Alsof de geloofwaardigheid van Europese instellingen daarvan zou moeten afhangen! De leden van de PVV-fractie zien in het Deense voorzitterschapprogramma een sterke nadruk op klimaatdoelen en milieuregels. Deze leden zijn het totaal niet eens met de stelling dat de EU leiderschap moet tonen in internationale klimaatonderhandelingen; dit is een veel te grote broek en daarnaast ook een buitengewoon kostbaar voornemen. Voorop lopen in de onderhandelingen en het streven naar een leidende positie zal namelijk ongetwijfeld resulteren in vreemde subsidies en regels. De recente CO2-taks (ETS-systeem) is hiervan een voorbeeld. De concurrentiepositie van Europa wordt door dit soort initiatieven sterk ondermijnd met alle financiĆ«le gevolgen van dien. Hoe kijkt de regering aan tegen deze ambitie van de Denen en is dit in lijn met het Nederlandse beleid? Versterking van de interne markt, daar kan niemand tegen zijn. De PVV pleit ook al lang voor een vermindering van regels en administratieve rompslomp. Een reductie van de ambtelijke kosten alsmede een administratieve verlichting voor bedrijven zijn goede uitgangspunten. Het is dan ook vreemd dat het programma tegelijkertijd ook spreekt over het cohesiebeleid als zijnde een verzekering voor een meer competitieve EU. Een subsidie die een enorme bureaucratie vereist en daarnaast geen garantie is voor aanhoudende groei, zoals wordt gesteld. Ziet de regering dergelijk subsidiebeleid als zekerheid voor continue groei? Corruptie kost de Europese lidstaten ontzettend veel geld. Het woord ācorruptieā komt in het hele voorzitterschapprogramma echter totaal niet voor! In oktober werd duidelijk dat in 1,27 procent van de uitgaven van EU-gelden sprake is van vastgestelde fraude. De Europese Rekenkamer heeft afwijkingen geconstateerd bij 3,7 procent van de betalingen. Europese subsidies zijn een geliefd doelwit van corrupte ambtenaren. Is de regering bereid om op dit punt te pleiten voor opsporing van fraude met Europese subsidies en ook voor de terugbetaling van deze ontvreemde gelden? De Denen pleiten voor meer diversiteitsbeleid ten aanzien van de hoeveelheid vrouwen in de top van private bedrijven: āHet Deense voorzitterschap zal een focus plaatsen op de hoeveelheid vrouwen in de besturen van private bedrijvenā (zie pagina 12 van het voorzitterschapprogramma). Het lijkt de leden van de PVV-fractie niet de taak van de Europese Unie om zich te mengen in het personeelsbeleid van nationale, private bedrijven. In het regeerakkoord staat dat selectie op basis van kwaliteit moet plaatsvinden, in plaats van dat er voorkeursbeleid op basis van geslacht en etnische afkomst wordt gehanteerd. Het Nederlandse regeringsstandpunt staat dus haaks op de Deense visie die wordt uitgedragen in dit voorzitterschapprogramma. Waarom financieren we als Nederland nog steeds Europees diversiteitsbeleid en is dit niet in strijd met het subsidiariteitsbeginsel? De PVV maakt bezwaar tegen de stelling dat vrij verkeer van personen per definitie de groei van de EU zou stimuleren, zoals wordt beweerd in het programma (zie pagina 14 van het voorzitterschapprogramma). We hebben in Nederland ontzettend veel problemen met MOE-landers. De werkgelegenheid neemt af en tegelijkertijd zie je hun aandeel in de vermogenscriminaliteit in Nederland toenemen. In de landen van herkomst neemt de criminaliteit juist af. Zo is het aantal autodiefstallen in Polen na de Schengenakkoorden met bijna 77 procent gedaald. De sterkste afname deed zich voor in 2004, toen Polen lid werd van de Europese Unie. Tegelijkertijd stijgt de georganiseerde criminaliteit in West-Europa en daalt fors in Midden- en Oost-Europa. De gevolgen zijn in West-Europa een toename van prostitutie, diefstal en misbruik van de sociale voorzieningen. Alleen al in en rond Rotterdam is het aantal delicten door Litouwers toegenomen van 200 in 2007 tot ruim 2300 dit jaar. Het rapport van de āTijdelijke commissie Lessen uit recente arbeidsmigratieā bevestigt dat er ook fractiebreed in Nederland bepaalde zorgen zijn op dit gebied. De commissie heeft zich bij haar onderzoek vooral geconcentreerd op problemen die in Nederland zijn ontstaan als gevolg van arbeidsmigratie en is van oordeel dat het kabinet op korte termijn deze negatieve effecten van arbeidsmigratie voortvarend zou moeten bestrijden. Brussel is naar de mening van de PVV-fractie een sta in de weg op dit punt, gezien het gegeven dat keer op keer enkel de vermeende positieve kanten van arbeidsmigratie worden belicht. Is de regering bereid deze tendens te doorbreken door de problemen omtrent arbeidsmigratie in Brussel prominent op de agenda te zetten? Dan tot slot: het uitbreidingsbeleid. In het voorzitterschapprogramma staat letterlijk: āHet uitbreidingsproces gaat door als een verantwoord uitbreidingsbeleidā (zie pagina 21). Dus met andere woorden: verantwoord uitbreiden, maar dat er uitgebreid gaat worden staat dus onomstotelijk vast! Verdere uitbreiding van de Unie is voor de PVV uiteraard onbespreekbaar. We hebben al problemen genoeg en de meerderheid (60%) van Nederland wil helemaal geen verdere uitbreiding. Hoe denkt de regering invulling te geven aan deze gevoelens die bij een meerderheid van de Nederlandse bevolking leeft? De leden van de D66-fractie stellen vast dat het Pools voorzitterschap na de Europese Raad van 9 december 2011 concludeerde dat Nederland de grootste teleurstelling onder het Pools voorzitterschap was. Nederland sprak als enige land een veto uit tegen de toetreding van RoemeniĆ« en Bulgarije tot Schengen. Ook het Deens voorzitterschap heeft de toetreding van deze landen tot Schengen hoog op de agenda gezet. Wat is de reactie van de regering op deze kritiek? Blijft de regering toetreding van de twee landen eenzijdig blokkeren? Situatie in Hongarije De leden van de fractie van de Partij van de Arbeid steunen de lijn die nu door de Europese Commissie is ingezet. Hiermee wordt een krachtig signaal afgegeven dat men niet met twee maten meet: ook bestaande leden dienen zich conform Europese regelgeving te gedragen. De leden van de PVV-fractie stellen vast dat de onafhankelijkheid van de Hongaarse centrale bank, de rechterlijke macht en de toezichthouder op databescherming volgens de Europese Commissie niet zouden overeenkomen met de Europese regelgeving. In eerste instantie is deze situatie aan de Hongaren zelf. De huidige regering is democratisch gekozen en veel van het beleid vloeit voort uit beloftes die gedaan zijn in de verkiezingstijd. De PVV vindt het hoogst opmerkelijk dat de steun aan Griekenland, een land dat veel financiĆ«le regels aan haar laars lapte, nooit zo controversieel is geweest als de steun aan Hongarije. Dit is een vorm van selectieve verontwaardiging. Is de regering het met de PVV eens dat Hongarije een democratisch land is en dit in eerste instantie een aangelegenheid van een soeverein land zelf is? De CDA-fractie ziet de Europese Commissie als hoeder van de onderlinge afspraken en steunt de Commissie in het toezien dat de lidstaten dit nakomen. De rechtsstaat is elementair voor de Europese waardengemeenschap en de CDA-fractie steunt daarom de aanpak van de Commissie om dit te waarborgen. De leden van de SP-fractie hameren al tijden erop dat ook de reeds toegelaten lidstaten moeten blijven voldoen aan de minimumvoorwaarden die het lidmaatschap aan hen stelt. Zo dringen deze leden al een tijd aan op het snel tot stand komen van een rechtsstaatmonitor. Ook deze leden maken zich zorgen over de signalen die ze uit Hongarije krijgen, echter zij wijzen wel op het belang dat een onderzoek naar mogelijke schending van de EU-lidmaatschapseisen zeer zorgvuldig dient te gebeuren. Deze leden zijn dan ook benieuwd waarom de Nederlandse regering aandringt op een apart verslag voor Europese lidstaten naast de reeds aangekondigde acties van de Europese Commissie. Geeft zij daarmee aan dat het niet uiteindelijk aan het Europees Hof van Justitie is om vast te stellen of Hongarije nog steeds aan de minimumvoorwaarden voldoet, maar het een politieke beslissing van de lidstaten zelf moet zijn? En indien dat laatste het geval zou zijn, kan de Nederlandse regering dan ook aangeven waar voor haar de meeste zorgen liggen? De leden van de fractie van D66 hebben met belangstelling kennis genomen van de agendapunten voor de Raad Algemene Zaken van 27 januari 2012. Deze leden hebben enkele opmerkingen en vragen. Zij hebben instemmend kennisgenomen van het feit dat Nederland samen met Luxemburg en BelgiĆ« de Europese Commissie en Hongarije heeft gevraagd om opheldering over mogelijke schending van beginselen van EU-recht door Hongarije. Deze leden maken zich ernstige zorgen over de situatie in Hongarije. De grondrechten en democratische waarden in het EU-land staan ernstig onder druk. De regering-OrbĆ”n heeft in Hongarije de onafhankelijkheid van de centrale bank, de media en het constitutionele Hof ingeperkt. De Hongaarse Grondwet verwijst sinds kort naar christelijke beginselen en een nieuwe godsdienstwet schrapt de erkenning van honderden religieuze organisaties. De fractieleden van D66 vinden dat de regering meer moet doen om Hongarije tot de orde te roepen. Wat zijn concreet de volgende stappen? Deze leden benadrukken nogmaals de mogelijkheid van artikel 7 van het Verdrag van Lissabon. Is de regering bereid zich in de Raad Algemene Zaken hard te maken voor het starten van artikel 7 van het Verdrag van Lissabon? De leden van de D66-fractie zijn blij met de inbreukprocedure van de Europese Commissie, maar verzoeken het kabinet zich in te zetten op een EU-onderzoek naar de grondrechtensituatie in Hongarije. Kan de regering hier op reageren? De leden van de fractie van GroenLinks vragen of de regering bereid is om de inbreukprocedures tegen Hongarije ook op de agenda van de Europese Raad te zetten indien er geen toezeggingen worden gedaan door de Hongaarse regering. Voorbereiding van de Europese Raad d.d. 1 en 2 maart 2012 De leden van de fractie van GroenLinks stellen vast dat in het conceptverdrag voor het begrotingspact is opgenomen dat deelname aan het ESM verplicht is voor de ondertekenaars. Hoe schat de regering de kans in dat in de verdragstekst van het ESM wordt gerefereerd aan het begrotingspact? Zal deelname aan het begrotingspact een verplichting zijn om in aanmerking te komen voor steun van het ESM? Deelt de regering de inschatting van GroenLinks dat dit tot onrust kan leiden op de financiĆ«le markten omdat het twijfel zaait over de bereidwilligheid om eurolanden bij te staan die de ratificatieprocedure niet of moeizaam doorlopen? Deelt de regering de mening dat nationale parlementen buitenspel worden gezet als deelname aan het begrotingspact een voorwaarde is voor bijstand door het ESM? Stand van zaken van de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader van de EU voor de periode 2014-2020 (MFK) In de brief van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken over de onderhandelingen over het MFK wordt wederom een uitgebreide weergave gegeven van de verschillende overkoepelende onderwerpen die aan de orde zijn gekomen tijdens de onderhandelingen, zo stellen de leden van de fractie van de VVD vast. Ook de Nederlandse inzet wordt nogmaals weergegeven. Er lijken echter weinig nieuwe feiten in de brief te staan. Betekent dit dat op geen enkel terrein een akkoord in zicht is en dat de Nederlandse inzet op de verschillende terreinen nog geen aanpassing nodig heeft gehad? In de brief van 22 december jl. over de stand van zaken van de onderhandelingen over het MFK staat dat er ābegin volgend jaarā een reactie zal komen van de regering op de motie-Lucas. Over deze motie wordt ook kort bericht in de geannoteerde agenda. Kan de regering aangeven wanneer de Kamer een wat meer uitgebreide reactie kan verwachten? In dezelfde brief staat ook het uitkomen van het programma āCreative Europeā vermeld. Hierbij wordt ā¬1,8 miljard geĆÆnvesteerd in cultuurprogrammaās. Dat is een stijging van maar liefst 37% ten opzichte van de vorige meerjarenbegroting. De VVD-fractie is van mening dat logica hier ver te zoeken is. In een Europese begroting die gericht zou zijn op innovatie en economische groei hoort deze buitenproportionele stijging niet thuis. Wat is de inzet van de Nederlandse regering hierbij? Deelt u de mening van de VVD dat een stijging van dit cultuurbudget in de vorm van āCreative Europeā zeker in deze tijden misplaatst en onwenselijk is? In de brief over de onderhandelingen over het MFK staat ook weergegeven dat de posities over de wenselijkheid van een financiĆ«le transactiebelasting zeer verdeeld zijn. De Tweede Kamer heeft zich hier met de motie-Dijkhoff stevig over uitgesproken. De VVD staat hier nog steeds achter: geen financiĆ«le transactiebelasting als eigen middel van de EU. De leden van de VVD-fractie zouden willen weten of de Nederlandse regering dit standpunt actief heeft ingenomen in de Europese Raad en hierbij ook gezocht heeft naar medestanders. Bij een belangrijk onderwerp als een mogelijke financiĆ«le transactiebelasting, waar de Kamer een motie over heeft aangenomen, zou de VVD-fractie het op prijs stellen als in het vervolg uitgebreider wordt bericht. Hierbij denken de leden van de VVD-fractie aan een weergave van het krachtenveld, een herhaling van het Nederlandse standpunt, waar de presentatie van het Nederlandse standpunt toe geleid heeft en eventueel een weergave van de noodzaak het standpunt aan te passen. De leden van de D66-fractie zijn content met het kwartaaloverzicht van de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader 2014-2020. Kan de regering ingaan op de inzet op het gebied van verbeterde verantwoording over de EU-middelen met betrekking tot de onderhandelingen over het MFK? Zal dit voortaan worden meegenomen in de rapportage? Kan de regering aangeven welke concrete en haalbare doelen er zijn voor de onderhandelingen over het MFK? De D66-fractieleden hechten veel waarde aan transparantie en verantwoording van de EU-middelen. Ook de regering pleit voor het verplicht stellen van de openbare nationale lidstaatverklaringen. Nederland stuit echter op weerstand in de Raad. De leden van de D66-fractie vragen zich af hoe het krachtenveld binnen de Raad verdeeld is. Kan de regering in een brief aangeven wat de voornaamste bezwaren zijn van het Voorzitterschap en wat de individuele overwegingen van andere lidstaten zijn met betrekking tot het komen tot een nationale lidstaatverklaring? De leden van de D66-fractie constateren dat de regering inzet op een nominale bevriezing van het budget voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid ten opzichte van het huidige Meerjarig Financieel Kader. Dit komt neer op een verlaging van 9%. Blijft dit de inzet van de regering? Wat betekent een daling voor het budget van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid voor de beleidsmatige invulling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid? Wat zijn de consequenties voor Nederland? De regering kondigt aan te pleiten voor een forse verlaging van de cohesie- en structuurfondsen. De D66-fractieleden vinden een verlaging op zijn plaats, maar willen benadrukken dat het geld veel meer moet worden ingezet voor structurele hervormingen in de zwakkere economieĆ«n, zoals Griekenland en Portugal. Zij wensen dat de regering zich zal inspannen voor structurele hervormingen in plaats van de kortlopende projecten. Is de regering bereid dit te doen? Wat zijn de concrete consequenties van een verlaging van de cohesie- en structuurfondsen voor Nederland en andere lidstaten? Kabinetsreactie inzake de Europese Groeianalyse 2012 van de Europese Commissie (āAnnual Growth Surveyā) De leden van de VVD-fractie stellen vast dat, voor wat betreft de Annual Growth Survey, de Europese Commissie aangegeven heeft een versnelde implementatie van voorstellen op belangrijke EU-dossiers, zoals bijvoorbeeld interne markt, noodzakelijk te vinden. De leden van de VVD-fractie zouden graag willen weten of de regering het eens is met dit standpunt en of zij een aantal voorbeelden kan noemen van voorstellen waarbij snelle implementatie noodzakelijk zou zijn. De VVD-fractie is voorstander van snelle implementatie van EU-maatregelen, zeker op belangrijke gebieden als interne markt. De regering deelt de mening van de VVD-fractie dat het door de Commissie geconstateerde achterblijven van implementatie van nationale en EU-maatregelen zorgelijk is. Welke nadelen ondervindt Nederland van het achterblijven van deze implementatie? Zijn er ook in Nederland voorbeelden van maatregelen waarvan de implementatie achterblijft? De VVD-fractie verzoekt de regering in de Europese Raad nogmaals te wijzen op het belang van snelle implementatie van EU-maatregelen. Immers, zeker in tijd van crisis is het belangrijk dat iedere lidstaat zich houdt aan eerder gemaakte afspraken. De leden van de SP-fractie zien weinig nieuws in de Annual Growth Survey (AGS) ten opzichte van die van vorig jaar. In het algemeen zien zij vele doelstellingen die sympathiek zijn zoals het verminderen van werkeloosheid en armoede en het versterken van het MKB. De wijze waarop deze doelen vervolgens door de Nederlandse regering worden uitgewerkt, wijzen zij af. Met betrekking tot begrotingsconsolidatie zouden zij graag zien dat er onderscheid wordt gemaakt in de AGS tussen de snelheid waarmee begrotingen op orde worden gemaakt afhankelijk van de economische toestand waarin lidstaten zich bevinden. Ook zouden ze graag zien dat ingezet wordt op het creĆ«ren van werk en werkbehoud in plaats van het vergroten van de onzekerheid van werknemers. Zij zijn ook teleurgesteld dat de regering wel constateert dat het opleidingsniveau niet altijd aansluit bij de vraag vanuit de werkgevers maar zich niet verzet tegen bezuinigingen op het onderwijs. Tot slot op dit punt constateren de leden van de SP-fractie dat in de AGS te veel de nadruk wordt gelegd op wat landen individueel kunnen doen en kansen om Europees gezamenlijk groei te stimuleren laten liggen, zoals door in te zetten op een vergaande vergroening van de Europese economie. Met betrekking tot de Annual Growth Survey willen de leden van de fractie van GroenLinks de volgende vragen stellen aan de regering. Op welk type macro-economische onevenwichtigheden duidt de regering wanneer het dat stelt? Deelt de regering de visie dat de Europese problematiek voor een groot deel ook wordt veroorzaakt door onevenwichtigheden tussen lidstaten en dat dus ook Noord-Europese lidstaten deel uitmaken van deze onevenwichtigheden? Is de regering bereid om maatregelen te nemen in Nederland om de onevenwichtigheden in de Europese economie weg te nemen? Wat vindt de regering van de verontwaardiging in Portugal over het feit dat veel grote Portugese bedrijven in Nederland zijn gevestigd vanwege het voordeel dat dit oplevert in de vennootschapsbelasting? Wat is in de ogen van de regering het nut van een dergelijke vorm van belastingconcurrentie tussen lidstaten? Fiche inzake Verordening aanpassing bezoldiging en pensioenbijdrage personeel van de EU De leden van de PVV-fractie stellen dat ook de salarisontwikkeling van de EU-ambtenaren (1,7% stijging) uiteraard niet op steun van de PVV kan rekenen. Verbazingwekkend is dat de Europese Commissie stelt in een reactie dat de economische crisis niet ernstig genoeg is! De PVV vraagt zich af in welke wereld de Europese Commissie leeft. De fractie van de PVV vindt enig besef dat elke euro afkomstig is van de Europese burger op zijn plaats. De Europese salarissen zijn al fors; een kwart van de EU-ambtenaren verdient bijna vier keer modaal. Terwijl veel burgers uit diverse lidstaten drastisch inleveren of werkloos geraken, doet men in Brussel alsof er niets aan de hand is. Ziet de regering nog mogelijkheden om dit tegen te houden? De leden van de SP-fractie steunen het voornemen van de Nederlandse regering om niet in te stemmen met de salarisverhoging van EU-ambtenaren. Zij zouden graag zien dat de regering erop inzet om structureel de inkomenspositie in lijn te brengen met nationale ambtenaren, met name door de excessieve onkostenregeling voor hen aan te passen. Volledige agenda Verslag Raad Algemene Zaken d.d. 5 december 2011 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1110) Geannoteerde agenda Raad Algemene Zaken d.d. 27 januari 2012 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1115) Fiche inzake Mededeling kader voor de volgende generatie innovatieve financiĆ«le instrumenten (Kamerstuk 22 112, nr. 1272) A-punt Milieuraad inzake afwijzing Commissievoorstel EU-ambtenarensalarissen (Kamerstuk 32 502, nr. 20) Stand van zaken van de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader van de EU voor de periode 2014-2020 (Kamerstuk 21 501-20, nr. 601) Kabinetsreactie inzake de Europese Groeianalyse 2012 (āAnnual Growth Surveyā) van de Europese Commissie (Kamerstuk 21 501-20, nr. 600) Fiche inzake Verordening aanpassing bezoldiging en pensioenbijdrage personeel van de EU (Kamerstuk 22 112, nr. 1311).