[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [๐Ÿ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Wijziging van artikel 18b van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met het verduidelijken van het rechtsvermoeden van werkgeverschap

Eindtekst

Nummer: 2012D04147, datum: 2012-01-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z17920:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (๐Ÿ”— origineel)




	De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

19 januari 2012







	Wijziging van artikel 18b van de Wet minimumloon en
minimumvakantiebijslag in verband met het verduidelijken van het
rechtsvermoeden van werkgeverschap







VOORSTEL VAN WET



	

	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is naar
aanleiding van een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State betreffende de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag
in artikel 18b tot een verduidelijking te komen van het rechtsvermoeden
van het werkgeverschap;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord,
en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en
verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Artikel 18b, tweede lid, van de Wet minimumloon en
minimumvakantiebijslag wordt vervangen door de volgende twee leden:

2. Als overtreding wordt tevens aangemerkt het door de werkgever
desgevraagd niet of niet tijdig aan de toezichthouder verstrekken van
bescheiden waaruit blijkt: 

a. het aanย de werknemer betaalde loon en de betaalde vakantiebijslag;
en 

b. het aantal door de werknemer gewerkte uren.

3. Voor de toepassing van het tweede lid wordt als werkgever aangemerkt
degene in of ten behoeve van wiens onderneming, bedrijf of inrichting
een persoon arbeid verricht of heeft verricht of waarvan op grond van
feiten en omstandigheden naar redelijk vermoeden een persoon arbeid
verricht of heeft verricht. De in de eerste zin bedoelde persoon wordt
in dat geval voor de toepassing van het tweede lid aangemerkt als
werknemer. Hetgeen in de eerste zin is bepaald geldt behoudens
tegenbewijs.

ARTIKEL II

Artikel 18b, tweede lid, van de Wet minimumloon en
minimumvakantiebijslag, zoals dat artikellid luidde voor het tijdstip
van inwerkingtreding van deze wet, blijft van toepassing op feiten die
zich hebben voorgedaan voor genoemd tijdstip.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van
uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

 

 

 PAGE    

 PAGE   2