Eindtekst
Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies
Eindtekst
Nummer: 2012D20188, datum: 2012-04-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2009Z05882:
- Indiener: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2009-04-01 14:55: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-04-02 14:00: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-04-16 10:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2008-2010)
- 2009-05-26 14:00: Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2008-2010)
- 2010-03-04 12:00: Extra-procedurevergadering commissie BZK (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2008-2010)
- 2010-03-11 10:30: Procedurevergadering commissie BZK (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2008-2010)
- 2010-03-18 14:15: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2011-03-08 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-01-25 10:15: Wet financiering politieke partijen (32752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31906) (eerste termijn Kamer) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2012-01-26 17:00: Wet financiering politieke partijen (32752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31906) (voortzetting 1ste termijn Kamer + antwoord eerste termijn) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2012-03-14 19:30: Wet financiering politieke partijen (32752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31906) (re- en dupliek) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2012-03-28 13:25: Wet financiering politieke partijen (32752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31906) (derde termijn) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2012-04-03 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 3 april 2012 Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is met het oog op het begrotingsbeleid een verlaging door te voeren op de subsidies die het Rijk verstrekt, waaronder de subsidies waarop politieke partijen recht hebben op grond van de Wet subsidiëring politieke partijen, en uit dien hoofde de Wet subsidiëring politieke partijen te wijzigen; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I De Wet subsidiëring politieke partijen wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel h tot een komma, een onderdeel toegevoegd, luidende: i. instelling voor buitenlandse activiteiten: een instelling als bedoeld in artikel 3. B In artikel 3 worden, onder vernummering van het vijfde tot zevende lid, twee leden ingevoegd, luidende: 5. Een politieke partij kan voor de toepassing van deze wet één instelling voor buitenlandse activiteiten aanduiden en met deze instelling een schriftelijke overeenkomst tot subsidieverlening sluiten. Een instelling voor buitenlandse activiteiten kan slechts door één politieke partij worden aangeduid. 6. Om als instelling voor buitenlandse activiteiten aangeduid te kunnen worden is vereist dat de instelling een rechtspersoon is die uitsluitend of in hoofdzaak activiteiten verricht ter ondersteuning van zusterpartijen en – organisaties buiten Nederland bij vormings- en scholingsactiviteiten. C Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een punt komma, een onderdeel ingevoegd, luidende: d. indien de politieke partij op de peildatum een instelling voor buitenlandse activiteiten heeft aangeduid, een basisbedrag en een bedrag per kamerzetel van de politieke partij, berekend overeenkomstig het derde lid. 2. Onder vernummering van het derde tot en met zesde lid tot vierde tot en met zevende lid wordt een lid ingevoegd, luidende: 3. Het basisbedrag, bedoeld in het eerste lid, onder d, wordt berekend door, uitgaande van de situatie op 1 januari, € 615 000 te delen door het totale aantal politieke partijen dat een instelling voor buitenlandse activiteiten heeft aangeduid. Het bedrag per kamerzetel, bedoeld in het eerste lid, onder d, wordt berekend door, uitgaande van de situatie op 1 januari, € 885 000 te delen door het aantal kamerzetels van alle politieke partijen die een instelling voor buitenlandse activiteiten hebben aangeduid. 3. In het zesde lid (nieuw) wordt “vierde lid” vervangen door: vijfde lid, en wordt een volzin toegevoegd, luidende: De verdeling op grond van het vijfde lid van het basisbedrag, bedoeld in het eerste lid, onder d, geldt slechts voor zover de politieke partijen een instelling voor buitenlandse activiteiten hebben aangewezen. 4. Het zevende lid (nieuw) komt te luiden: 7. De bedragen, genoemd in het eerste, tweede en derde lid, worden jaarlijks bij ministeriële regeling gewijzigd overeenkomstig de voor de rijksbegroting gehanteerde loon- en prijsbijstelling. D Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 6a Ten behoeve van de kalenderjaren 2010 tot en met 2015 worden de bedragen, genoemd in artikel 6, eerste lid, onderdelen a, b en c, en tweede lid, na toepassing van artikel 6, zesde lid, nader gewijzigd door het resultaat van de berekening: a. per 1 januari 2010 te verlagen met 5,11%; b. per 1 januari 2011 te verlagen met 1,39%; c. per 1 januari 2012 te verlagen met 1,5%; d. per 1 januari 2013 te verlagen met 1,5%; e. per 1 januari 2014 te verlagen met 1,5%, en f. per 1 januari 2015 te verlagen met 1,5%. E Aan artikel 7 wordt een lid toegevoegd, luidende: 3. Het bedrag, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder d, wordt slechts verstrekt voor zover de uitgaven van de aangeduide instelling voor buitenlandse activiteiten voor subsidie in aanmerking komen. Aan de subsidie is de verplichting verbonden dat in de overeenkomst, bedoeld in artikel 3, vijfde lid, is vastgelegd dat ten minste het ten behoeve van de instelling voor buitenlandse activiteiten verstrekte bedrag, door de politieke partij aan de instelling voor buitenlandse activiteiten wordt betaald. F In artikel 10, derde lid, wordt de zinsnede “en uitgaande van het kasstelsel, een rekening van de uitgaven en ontvangsten” vervangen door: en uitgaande van het baten-lastenstelsel, een rekening van kosten en opbrengsten. ARTIKEL II 1. Artikel I, onderdelen C, vierde lid, en D, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2010. 2. Artikel I, onderdeel F, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt, indien de datum van uitgifte van het Staatsblad gelegen is na 31 december 2012, terug tot en met 1 januari 2013. 3. Artikel I, onderdelen A, B, C, eerste tot en met derde lid en E, treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. 4. Artikel 10, derde lid, van de Wet subsidiëring politieke partijen, zoals gewijzigd door artikel I, onderdeel F, van deze wet, is voor het eerst van toepassing op het financieel verslag over het kalenderjaar 2013. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, PAGE PAGE 3